!äi
1
1
H
‘ i!
r »
■i ' i/fV'l:
ÆS ä
L U D O V IC U S X I I I I , R E X C H R I S T I A N I S S im u s .
LO D EWT K D E X I V , A L L E R C H R I S T E L T K S T E KONING.
Op de achterzyde ziet men, tuffchen dc zandheuvels der duynen, eene gevleugelde Overwinning
cenige Spanjaards vertreeden, en in de rechter’ hand den Vreedeftaf van Merkuur, in dc
(linkere ccne l'picts houden; ondcr dit byfchrift:
V IC T O R IA P A C I F E R A
D E V R E E D E B R E N G E N D E O V E RWIN N IN G .
Voorts Iccft men op den voorgrond, tot meet ophelderinge vnn hct omfchrift, deezc woorden:
'
H I S P A N I S C A E S I S AD D U N Q U E R C A M . M D C L V I I I .
D E S P A N J A A R D S B T D Ü T N K E R K E G E S L A A G EN . i«y8.
( r ) D e
! . psg,
291.
l l T o if.
d ’Or fol.
419.
Zcer groot was deczc, overwinning
voor den François, vermids dc Spanjaard
met het ilagveld , alle zyne tenten, gefchut,
pakkaadje, en, behalven omtrent
( i ) driehonderd Korneilen en mindere ße-
veihebbcrs, by de drieduyzend gcmeene
L o u is foldaaten den overwinnaar had in handen
XlV.tom. gelaaten. De helft minder was omtrent
het getal der gefneuvelden; onder welke
Philips van Lannoy Graaf van la (x) Mot* '
tcrië geteld, en wiens dood, om zyne uyt-
muntende hoedaanigheden, door alle de
ingezeetenen der Spaanfche Nederlanden
beklaagd wierdt. Geduurende het gemelde
gevechc deed de Markgraaf van Lcde,
die als Stedevoogd in Duynkerke hec bevel
voerde, ccnen hevigen uytval opde
benden, wclkc dc Maarfchalk van Turenne
tot bewaaring der omfchanfingcn, beukeryen,
cn naderniffcn voor die ftad had
achtergelaaten. De eerfte aanval was zcer
vinnig en hec opgevolgdc gevechc zeer
(3) De bloedig ter wederzyden. Doch de (3)
Markgraaf van Richelieu, die over de
L o u is ■ achterhoede der Françoizen geboodt,
Î91'!' ziende dat zyne hulp in het gevecht, dat
tuifchen het Spaanfche en Franfche leger
wierdt gehouden, mids het cerfte reeds was
op de vingt gejaagd, aldaar onnut was,
trok in allen Ipoed terug tot onderftand
der aangegreepene benden voor Duynkerke,
onderfteunde de z yn c , en hieldt aldus
nietalleen de daarvoor opgeworpene
werken in , maar noodzaakte ook de uyt-
gelpatte bezettelingen, om mec verlies terug
te wyken. W elke, onaangezien deeze
en der ontzetteren nederlaag, beftemd
hadden de aanbetrouwde ftad tegens het
zeegepraalende leger des Franfchen Ko«
, ningstot hetuyterftetcbefchermen; omaan
; Donjohan, diezich inßrugge, en aan den
Iden Prins van Kondé, (4) die zich in
j Ooftende geworpen had, tot hec herzamcieii
( der verftrooide benden tyd en gelecgen-
heyd te geeven. Dan ziende ledert niet
alleen den Markgraaf van Lede zeer
zwaar gequetft en aan zyne wonde overleeden
, maarook dc meefte buytenwerken
door de Francoizen veroverd , traa*
den z y den drieëntwintigften ( j ) in
onderhandeling, en ftelden den volgenden
d a g , volgcns het gemaakte verdrag
met alle tekenen (6) vau eere nyttrek-
kende, de ftad in handen des Franfchen
Konings, tot wiens lof wegens dit winnen
van Duynkerke dces penning gemaakt is.
f4) Parival
fie clede
fer .tom .I ,
Pa§-.43n
Cs)D=
Riencourt
H ift.d c
L o u is
X lV .tom .
I . pag,
(ó/La rrey
H ift.d e
L o u is
X lV .tom :
llI.paS.48.
H I S T O R I P E N N I N G E N . F BoeL
L U D O V IC U S X I I I I , R E X C H R I S T IA N I S S im u s .
LO D EWY K D E X I F , A L L E R C H R I S Y E L Y K S T E KONING.
Rondom het kopftuk des Franfchen Konings, die op de tyding deezer overwinningc zieh
naar de grenzen van Vlaandre begeeven l^d, leeft men in den rand der eene zyde :•
LU*
De gekroonde Overwinning, die in de cene hand een Palmtak, en metde andere hct wapen*
fchild van Duynkerke houdt, llaat op de andere zyde? binnen du omfchrift;
D U N K E R C A IT E R U M C A P T A . M D C L V I I I .
D U Y N K E R K E A N D E R M A A L G EWON N EN . i6p8;
In deCze nieuwgewonne ftad déed de Koning,
rydende tuifchen zynen Broeder, den
(O L a r r e y Hertog van Anjou, cn den (i)Kardmaal
St^rom" Mazaryn, den zesentwintigften van
fv.feoi?'” *Zomermaand zync ftaatlyke intreede, liec
3ÎÎ- ftraks in de Hoofdkerk gekomen , uyt
dankbaare erkenteniffe der behaalde voordeelen,
den Ambroziaanfchen lofzang zingen,
en nog dien zelfden dag deeze ge-
vyigtige ftad in handcn vaa den Engcllchen
Hoogbevelhebber Lokart cn M y lord
Mordant leveren ; om dus tc voldoen
aan hcc Verbond, dac hy raet Kromwel
geflooccn'had. Decze hadden niet zoodra
in den naam vanden Briefchen Bclchermer
van Duynkerke bezic genomen, ofonrle-
digden ftraks Mardyk van de Engelfche
bezetting, en ftelden dac in dc handen der
Françoizen; die het in ’c voorgaande
jaar gewonnen, en wegens de oveileve-
ring van Duynkerke aan Kromwel ver-
pand hadden. Dees had nu wederom
een Parlement uyt zyne bcfte vrienden en
voornaamfte vcrcrouwelingen beroepen ;
wier vlcyzucht zooverrCi ging van aan
Kromwel dc Kpninglykc waardigheyd zeive
aan te bieden. Doch hcc z y zckcr
(z) La rre y daartegciis ingeleverd vertoogfchrift der
Hift.d’An- (z) uytmunrendfte Legerhoofden, ofeene
iv!'for"’ geveynsde ingetoogenheyd hem terug
34i- hicldc, immers hy wees deeze aanbieding
van de hand, en vernoegde zich met
vooraltoos een onbepaald vermoogen, onder
den ouden naam van Befchermheer, te
blyven voeren; mec de magc van iemand
cot zynen naavolger te moogen benocmcn.
Den zesentvvintigften van Zomermaand
des voorgaanden jaars gefchiedde dan andermaal
zyne inhulding als Befchermcr
van Grootbrittanje mec Koninglyke plcg-
tighcdcn; zynde Kromwel mec eenen rooden
Icharlaken (3) tabbaard, mec hermy-
nen bont gevoerd, bekleed, Wiens fleep g le t .'tom!
hem door den Zoon van den Lord Roberts i'LfoL
naagedraageu wierdr. Onder andere pleg- ’
righeden ftelde men hera eenen Bybel
mcc ecn’ fchepter en bloot zwaard cer
hand, tot een zinnebeeld van zyne onderhoorige
volken naar des zelfs inhoud ce
moeten regeeren en befchermen. En hebbende
op ’t aangebooden boek den ontworpen
eed aigelegd, wierdc hy opnieuws
onder tsompergefchal als Befchermheer vau
Engeland, Schorland, cn lerland, uyr-
geroepen, en volgens hcc genomen (4) WHoii.
befluyt, federt al hec geld mec zyne becl-
deniffe en de tytelen dier nieuwe Waar* pag. 104.
digheyd gemunc; zooals op deeze driederhande
geldftukken kan gezien worden,
welke ora hunne zeldzaamheyd iu
de penningkaflen der liefhebberen bewaard
worden ,en inditjaar gemuntzym
I. II. en III. Rondom het gelaurierde borftbeeld van den Èritfchcn Befchermheer, leeft men
op de voorzyden van allc drie deeze geldftukken decze tytels:
l l .H e e L R r r r r OLI--