r '
■41 J- ..
jii'f ^
!;l
■■■i
' / l i : ' / ' : /
Î658. Koninglyken ftandaard opde wallen plan-
' ten, bragt de borgers in dc wapenen, ver-
declde de werken, en befloot aldus liever,
afwachcende de hulp, die ten zyncn behoeve
in de Vereenigde Geweften vervaardigd
wierdc, zich en zyn ganfche
Ho^ezin onder dc puynhoopen zyner
ftad te begraaven, dan in de handen zyner
vyanden te vallen. Dc gedachtenis van
deezen moedigen Vorft cn zyne Gemaalin
, nevens hec vcrcronwen, 't gene z y
beyden op dc Godlykc voorzienigheyd
ftelden, wordc op deezen gedenkpenning
bewaard.
(i'lHiAn. Rondom het borftbeeld van den belegerden Koning, welkc den (i) achttienden van Lentc-
geflachtk! maand des jaars zcfticnhonderdncgcn gebooren was, Iccft men dceze gewyde (z) fpreuk opde
tafel. 86. voorzydc;
(2) I.Boek '
Mofis kap.
XXII. D O M IN U S P R O V ID E B IT .
¿•14.
D E H E E R E Z A L ’T VOOR Z I EN.
Op dc tcgcufsyde leeft men, rondom het borftbeeld van Sofia Amelia, Dochter van Hertog
(3)Hubn. Joris van ( 3 ) Lunenburg, en des Konings van Deenemarke, tot randfchrift decze fpreuk, ont-
geflachtk. Iccnd van den Koninglyken (4) Harpzangdichter:
ta fe l J 9 1 .
(4)Pfaltn
XXXIX.
¿8. S P E S M E A IN D EO.
MTN E HOOP E I S OP GOD.
Geenszins ydel was de verwachting,
die de Koning van Deenemarke van den
beloofden onderftand der Vereenigde Geweften
had; want als de Staaten van Holland
vernaamen, dac de Koning van
Zweede op hec veroveren van Deenemarke
toeley, om daarnaa ook den Keurvorft
van Brandenburg uyt weerwraake van dac
die zyne zyde verlaaten had, op het l y f te
vallen,ja zich,totonuytlpreekclyke fchaade
van den Nederlandfchen koophandel, ge-
(s) Brandt ( ^ )meeftervande Ooftzee te maaken,
Lecv. van verfcheenen z y ftaatfcherwyze den laat-
fol. van Oogftmaand in de Vergadering
der Algemeene Staaten , voordraagende
den onrechtmaatigen inval, en de nieuwe
vreedebreuk der Zweeden, en betuygden
dierhalven van gevoelen cc zyn, dat men
f6) Aitie-uyc krachte (6) van hec Verbond, in ’t
negenenveertig en zevenenvyfcig mec
en oorlog,DeenemSrke geflooten, zesduyzend man
\0i119] ’ voet mec eeneonrzaglykc oorlogsvloote,
onder hct beleyd van den Admiraal van
Obdam,ten fpoedigfte behoorde derwaart,
en toc ondcrftand van den oaderdrukten
Koning, te zenden. En ofwei de Gemagtigden
van Groeninge en de Ommelan-
den dien voorftel alleen beaamden, ea
die van Uytrecht en Zeeland betuygdea
hec goeddunken van hunne Meefters, op
een ftuk van die aangelegenheyd, alvooren
te willen innen, voer men in Holland
echter, verftaande uyt den t’huys gekeer-
den Heet van ßcuningen hcc gevaar van
den Koning van Deenemarke, met dc
voorgedraage uytruftingen fterk voort.
Achtendertig vendelen te voet kreegen
dierhalven laft van zieh naar ’c Vliete begeeven
, om onder ’t Opperbevel van den
Kornel Puchler op de eerfte orde ingc-
icheeptjcn ten deele in Koppenhage, ten
(7) deele in ’t flot Kroonenburg, gebragt (7) Brandt
te können worden. De Krygsvernufte-
lingen Pool en Minneker kreegen dierge-£01.152.
ly ken laft, en alle de Admiraaliteytcn bev
e l, om de iu zee kruyfendc fchepen
t’huys
van Holland, wiens ingezeetenen jaar- i65’8.
iyks mec den Ooftcrfchen koophandel (2)
t’huys cc ontbieden cn ten fpoedigfte klaar
te maaken. Die vaq Zccland, ziende
deeze voortvaarendheyd der Staaten vau
Holland, decden daartegens hunne aantuyging
,gely|c opk die van Uytrecht en
S i a i E Overyflel ,cn verklaarden ( i ) zich alsnog
van ftaat te bly vco houdeij aan de aangecekende be-
tuyging, die z y gp dep voorftel van Holland
den laatften van Oogftmaand in dc
Algemeene Ijtaatsvergadering gedaan hadden.
En waaflyk Ichopn de vlooc der
Staaten nu byna otn te vertfckken gereed
was, 200 waaren eoficer d? gevoeleps der
byzondere Staaten wegeqs cenc zaak van
dac gewigc ngg verdejcld. Want gelyk die
cn oorl.
IV.deel,
tol. 231.
wel zesendertig tonnen fchats aan vrachc - Lecv. 1
looncn Wonnen, dit werk geweldig aan- foi.i57.'^'
drongen, zoo waaren de andere bevreesd,
dat debegeerde byftand aan Vrankryk cn
Engeland tegens de borft mogte zyu , als
die hec mec Zweede fcheenen re houdcn*
Des was het gevoelen van ÜytrcChc ende
andere Landeq, die geien gewin by den zee-
handel hadden, van die zaak veeleer door
bemiddeling dan door de wapenen ce beflif-
fen; en ’c zal ook ffit zelTdegevoclcn geweeft
zyn , dat tot hec munten van deczen leg-
penning aldaar aanleyding gegeeven heeft.
4-
Dc gekroonde Leeuw der Vereenigde Geweilen, als, blykt uyt den door hem vaftgehouden
pylcnbundcl, heeft hier gecn zwaard, maar houdt eene gelykhangende en onzydige weegichaal
met den flinkeren klaauw, om dus nict met de wapenen , maar eene onpartydige rechtswyzin*
ge recht te docn, zooals dit omfchrift, dat nevens het Uytrechtfche wapenfchild in den rand der
eene zydfc geleezen wordc, beveftigt;
N O N T E L I S , P R IM I S B E L G I S E P T E M P L IC I S A R M IS : 165-8:
N I E T M E T D E P T L E N , D E E E R S T E W A P E N E N D E R
Z E V E N F E R E E N I G D E GE PF E ST EN. l6yS.
Wier byzondere wapenfchilden , rondom den hoed van vryheyd, op de anderc zyde binnen dit
randfchrift, \ gene deq voorigcn zin volkomen maakt, gezien worden ;
S E D C O N S T A N T L I B R A L I B E R A R E G N A P A R I .
MA A R M E T E E N E O N P A R T T D i q S WE E G S C H A A L B E S T A A N
D E F R T E R E G E E R I N G E N .
Hoc ’t ook hiermede waare, ipimers
was het zeker, dat het gevoelen der Staaten
van Holland, om den Koning van
Deenemarke in zyne uyterfte verl^cn^
heyd by ce fpringen, eyndelyk ftan4
fteep , en de Admiraal Obdam bßvcl
kreeg om mec de gereed leggende vloote
toc dac eynde naar de Zondc te zeylen,
de fchepen, goederen, en perfoonen hunner
ingezeetenen, by de Zweeden aangehouden,
re verlofleu, de Zw.eedfche
vlooc ontmoetende die aan te taften, hec
overfcheepen van dien landaardt op Holftcyn
o f Jutland te beletten, en, indien
de Keurvorft van Brandenburg geneegen
was om een gedeelte zyns legers, tot hulpc
van Deepemarke, ip Zeeland o f
(3) cfoers pver te brengen, daartoe de (3)Bräft£f£
behulpiaame hand te leenen. Mcc die
hevej en de klaarleggende vloote de Ad- fol. 153:
ipiraal Qbdam , den zcventiendpn van
Wyurnaand , in zee geraakc ^jyude,
kwam hy vopp ’c eynde dier maand
onder ’c bchagcr rif, en den Noordooft-
ly ken en uycerftcq hoek vau Jutland,
om den Koning, die zieh nog eycn moe-
T t c t t X dig
,.4;
f;
■
' À
rii!
i r i Î
ili
«H
Í J í ;
j i i :
i 'i l i