N E D E R L A N D S C H E
+
De ccnc zyde verbeeldt ecnen FÍcdcrlander, die zieh , mids hct fluyten van *t Beftand , tuf-
fclicn dc afgeicgde wapenen op cencn gefchcurden trommel tot ruft begeefc. Het randfchrift is :
Q U IE S C O . C IO ID C IX .
S e n a t u s C o n s u l t o .
I K RUSr . 1Ö09.
OP R A A D S B E S L U Y T .
Op dc andere zyde komt Merkuur hem b y ’ t oor trekken en uyt zoo zorgeloozen flaap op*
dill wekken mec deezc fpreuk, gcnomcn uyc de zcdelyke tweelingen, aan Kaco (i) toegefchreeven
P L U S V IG I L A .
WA A K M E E R D E R .
( i ) Neu-
ville Hift.
vanHoll.
l .d e d ,
raä-19-
(ai Mete-
ren Ned.
Hift. fol.
619.
(4) Ne«-
Tille Hift.
van Holl.
I. deci,
pag. 10.
Met het zelfde inzigt en om in de diepe
rufte des Beftands niet te worden verraft en
overvallen, bleeven dc(i)VereenigdeGe-
weften niet in gebreeke v a n , onaangezien
de algemeene ruft, vcertigfchcpen
voor Guiñé, tachtig voor den Amerikaan-
fchen koophandel, "en twintig voor de ey-
ipnden van Kuba en Sint Domingo te onderhouden.
Maurits zelf, verzeld van Graaf
Willem van Naflbu , van zynen Broeder
Frederik Hendrik, van zynenSchoonbroe-
dcr Don Emanuel van Portugaal, en van
drie Gemagtigde Staatsieden, ging alle de
grensfteden (3 ) bezigtigen. T e Lillo zynde
gekomen, welke fchans tot fluyting der
Schelde gefticht was, deed hy dc zelve
merkelyk vcrgrooten; waarvan dc koften
wel hoiiderddnyzend guldens beliepen.
Vanhier rot in Zeeland voortgercyfd,
wierdt de ftad Vlifllnge met haare werken
bezigtlgd, engelaftdie plaats veel grooter
te maaken en eene kom te graaven , om
daarin des winters cen groot geral fchepen
voor den ysgang te können bergen. Sedert
wierdt Sluys, Yzendyk en Aardenburg be-
zochc, en alles, dac de krygskunde totnogtoe
had uytgevonden,om diete fterken
(4) te koft gelegd. Hec zelfde licten ook
de Aartshertogen door de ervaarenfte krygs-
luyden aan hunne onderhoorige grensfteden
verrichten; en in V Hertogenbofch ,
dac nu eene grcnsvefting geworden was ,
en totnogtoe geene bezetting ontfangen
had, ook eenige manfchap ter befchcrming
trekken. Z y lieccn ook den ftaat van ’s
Lands fchulden opmaaken, die men bcvondc
acht millioenen grootte weezen. Omhicr-
op te beraadflaagen wierden de Staaten (y)
te Bruflel bcfchreeven; welke, naadat de
afdanking van het Hoogduycfche voet-en
paardevolk door de Aartshertogen was bc-
willigd, ook de verzochte onderftandgel-
den toeftondcn. Geenen minderen yver
betoonden de Aartshertogen in ’c handhaaven
van hunnen Godsdienft, want z y gaa-
van een plakaac uyt tot weering van alle
boeken en middelen, waardoor zich de
leer van den Hervormden Godsdienft
binnen hunne onderhoorige Landen zoude
(6) können uytbreyden. Met een
woord, hunne waakzaamheyd zoo in ’t
herftellen van de Staats- als krygszaaken
was zoodaanig, dat men in Brabant in
dit jaar de drie volgende legpenningen
c’hunner eere nog heefc zien ia ’t licht komen.
I. O p
(c)lMctcr,
Ncd. Hift.
fol. 617.
verfo.
(6) Brandt
Hift.der
Reform.
II. deci,
pag. 114*
I. Op de voorzyde van den eerften leeft men, rondom het wapcnfehild der Aartshertogen, in
den rand dit Latynfchc opfchrift:
C A L C u l i R A T I onum F IN A N T I A R U m.
R E K E N P E N N I N G E N V A N D E K AM E R D E R G E L D M I D D E L E N .
Op de tegenzyde zict men binnen ecnen heldcren ftraalkrans eene Vorftlyke kroon, omringd
van verfcheydene opene oogen en ooren, en deeze van dit randfchrift;
S E R V A T V IG I L A N T IA R E G N A . löop
D E WA A K Z A AM H E Y D B E H O U D T D E R YK EN. 1609.
II. De tweede is op de eene zyde de zelfde, doch op de andere beftempeld met hct Aartshertoglyke
wapenfchild, cn in den rand deeze woorden;
A L B E R T U S E T E L I Z A B E T a D e i G r a t i a .
A A L B E R T E N I Z A B E L L E DOOR GODS G EN AD E .
m . Of ook wel, Í
tei;
5opden derden, met de Aartshertoglyke borftbcelden, binnen deczen ty-
A L B E R T U S e t E L I S A B E T a D E I G R A T IA .
A A L B E R T E N I Z A B E L L E DOOR GODS G E N A D E .
(i )M ct«.
Ned. Hift.
fol. 633.
(2) Refol.
derStaaten
van Holl.
23 Dec.
löop.fol.
iianglc].
Gelyk ’e rb y het laatftgeflooten Beftand
nog verfcheydene zaaken , raakende den
in- en uy tvoer der wederzydfchc koopman-
ichappen, dc tollen, het wedergeevender
aangcilaagene goederen, en andere zaaken
meer, tot ecnc nadere byeenkomfl: uytge-
ftcld ( l ) waaren, om alsdan opgehelderd
en volkomcn bcflift te worden; zoo zonden
dc Aartshertogen, opdat hct pas getroffen
Beftand nicer en mccr mogte bckrach-
tigd worden , op den ncgenticndeu van
Herfftmaand den Schacbevvaarder (z) Ro-
biano,Lodewyk Verreyken, cn Johan Maas
naar’s Graavenhaage, om de onalgedaanc
punten tc vereflcncn. Den eenentwintig-
ften hadden z y gchoor in dc vcrgadcring
der Algcmecne Staaten, die van hunncnt
wege, om in ondcrhandeling te treeden,
Jong'dicer Hendrik van Brienen, Johan
I I . Deel.
van Oldenbarneveld, Jakob van Maldcrc;
Volkcrt Both , Gellius Hillcma, Juftus
van Ryzcnburg , Tinko van Oennama,
Jongkhcer Erncft van Itrerhim, en Abel
Koenders van Helpen benocmdcn. Naadat
de gcichillen, over de gegeevene vol-
magten der Aartshertogen ontflaan, waaren
uyt den weg geruymd, wierden dein
verlchil zynde hoofdzaaken zelfs by de
hand gcvar, cn door de bequaamheyd der
wcderzydfche Gemagtigden inzooverrc
vcrcfTcnd, dat met hct eynde des jaars ge-*
noegzaam het Verdrag, beftaande in cen- (ilRefof
entwintig (3) leden was ontworpen. En vü^Holf"
dewyl men by ’t derde en vierde lid van ’t 5 Febr.
zelve Verdrag had vaftgefteld,datde Aarrs-
hertogen en Verecnigde Staaten, behalven 53.’
opiedcrs landfcheyding , vandedoortrck-
kcndc gocdercn (4) zoo re water als te fol. 632. '
P iand ,'"^ °‘
ii-l
f -
>1,
P I » "