" i i i »
[ ; t ' '*
Mil j ; '
jl >h.
'■ if"» feii-fc
/ § i
M,
IF",
: ■/
f ;,H
;■ : " 'Ü
y >, -li
r . . : 0
i f » '
‘i Ä i j
166?.
. J j o N E D E R L A N D S C H E
ccncn wagen litten , die door vier vccpaardcn wordt voortgetrokkcn. Voorts keft men om"
•• flüo^e
(i) Brandt
l.ecv. v.m
d c B uyter.
fol. 3S4.
E T P O N T U S (i) S E R V I E T . i6äf.
OOK Z A L H EM DE Z E E T E N D I E N S T STAAN. lödf.
m c n lV Dcderdc ecn züvere Engclfclie ftilling , ende vierde, vynde in zilver cen Engel-
fcl.c iixpcnce of halve (hilling, cn in koper een Farthing of oortje, voeren m den rand der voot-
zyden, rondom ’s Konings borftbeeld, dit kantfchrift:
C A R O L U S A C A R O L O . l i i f .
K A R E L K A R E L S ZO O N . lid s ’.
Grootbiittanie, als blykt uyt den naam, die op den voet der tegenzyden te leezen ftaat, is op
dc zelve als een'c zittende Vrouw verbeeld; binnen dceze fpreuk:
C V U A T U O R M A R I A V IN D I C O .
I K E I G E N E MT V I E R Z E E N .
V Onder vier Koninglyke kroonen, ziet men op het voorftuk van den laatften de Roos van
Eng/land, de Diftelbloem van Schotland, de Leli van Vrankryk, ende Harp van Icrland ; binile;!
dit randfchrift ;
C A R O L U S A C A R O L O .
K A R E L K A R E L S ZO O N .
Ecn Koninglyk Admiraalsfchip is op hct ruggeftuk in zee, onder decze fpreuk, verbeeld:
Q U A T U O R M A R I A V IN D I C O .
«
I K E I G E N E M I V I E R Z E E N .
Nedcrlnodfche fchepen. Op een wcj’ gercnd
antwoord vervaardigden z y zieh ten ftryde
, desgelyks ook de Nederlanders, die
tnftcheu dc wcdcrzydfchc flooten zich
halveniaans wyzc aaneen gekoppeld
fchaarden, het gefchut op de cene zyde
der fchepen plantten, en alles ten ftryde
gerecd maakten. Dees wierdc den tienden
van Oogftmaand des morgens ten zes unten,
door 'c geeven van eene algemeene
(i) Wou- ijag van de zyde ( i ) der Engelfchen he-
tt“ Oo«? gönnen, en van dc Nederlanders mct geen
in4 Reys- minderen moed beantwoord. Alles loeide
en beefde op ’t yflyk gedonder van ’ c gefchut
, de ftyle Noordiche klippen fcheenen
op haare vafte grondflagen te fchnd-
den, vuur eu lucht te zyn dooreen ge-
mengd, eu drie uuren achtereen de zeege
in twyfel te ftaan. Toen verklaarden ook
de Noormanuen zich voor dc Nederlanbefchr.
III. boek,
pag.li?.
ders, bcgoßcu insgelyks van hunne ilorcn
(x) op de Engelichen te vuuren; die den
wind tegens hebbende mct hccle laagen
cevcus zoodaanig getroffen wicrdcn, dat
z y eyndelyk vcrflaauwden, dc ankers kap-
te a , en overlaaden mct dooden en gequetften
verward, ja eenigen zelfs krcngcndc
(1) Wouter
Schonten
om nict te zinken, uyt dc baai met zulke
wanorde viugtten, dat zy zcifs ccnc boot,
twee floepen, en eenige gevangens achtcr-
lieten. De Nederlanders dus overwinnaars
hadden op hunne fchcpcn omtrent dertig
dooden en zeventig gequetften, behalven
( 3 ) dieop deftilleggendc koopvaarders cn
voorts te lande, zoo in de ftad als de fterk-
ceii ftaande het gevecht gefneuveld waaren.
Deeze miflukre roofzucht der Engelfchcn,
en hec fchcnden der gaftvryhcyd van dc
Noordiche havensgaavcn aanieydingtot hct
munten vau dceze twee gedenkpenningcn.
Ooll-
jnd. Reys-
befchryv.'
III.boek ,
pag.2i6.
(3) Ibid;
pag. I I 7»
Mids dces hoogmoed, en dat de reeds
bekome voorfpoed den Engelfchen in ’t
vervolg nog grootere voordeelen fcheen te
(1) Brandt (y) belooven, liep de hoop des Vreedes
d^Ruytei meerenmeer terug, cn was degroor-
foi.383. ftc bekommering der Staaceu, die nu eene
nieuwe vloot, veel magtiger dan de voorige,
hadden vervaardigd, wegens'de uyc
de Indien verwacht wordende koopvaardyfchepen.
Want de Engelfchen, naadat
de Nederlandfche oorlogfchepen binnen
hunne havens waaren geweeken, kruyftcn
mcc een gedeelte der hunne tuflchen de ey landen
Hitiand en Faro, mec hcc twccdc
(3) Brandt omtrcnc de voornaamfte (3) havens van
d?Ruyt« Noorwegen, en mec hec overige hunner
fol.4ij. vloote tuflchen hcc Doggerzand en de
Hollandfche havens; op hoope van aldus
. de t’huys komende. Ooftindifche vloot te
onderfchcppen.' Welke al haar vermoogen
te .werk fteldc, om tuflchen Hicland
en Faro te zeylen; doch die doende zoude
z y zekerlyk den Engelichen in den
mond zyn gcloopen : maar doorden gefta-
digen regenwind hier in zynde|verhinderd,
wendde z y hec om (4) den Noord, en had (4) Wou*
dus het geluk van de Vyandlyke hruyfers [^¡^^chou-
te miflen, cn onder de gunft van eenen hee- ¡nd. Reys-
vigenftorm,die de Engelfchen van de kus-
ten ()) van Noorwegen verwyderd h ad ,pag. 196.'
den achtften van Oogftmaand tegen den (0 ,
middag, längs de binnenlandfche water-
ftroomen, de ftad Bergen te bereyken.
Hooglyk fpeet dit dc Engelfchen, des
wendden die hec mec veertien oorlogfchc-
pen, vier jagten, en drie branders derwaarc
, kwamen ondcr ccn groot gc-
fchreenw, om de Nederlanders te verbaa-
zen, dc haven inzeylen, en eyfchtcn van
(6) de Noormannen het overleveren der
Neder-
1 Gelvk de eene zyde ven deiveerilen het voorgwaljen gevecht verbeeldt, zoo bevet de endet«
ayde, boven twee bevochte zeegetakken, du oplchntt:
OP D E ROOF ZÜG T V A N C A R E L D E TW E E D E , F O O R G E V A I a
L E N D E N 10. A U G U S T I i66f. FOOR B E R G E N I N
NO ORWE E G EN .
DUS WOR T B R I T T A N J E S TROT Z G E S TU I T ,
D I E Z E L F S B T F R I E N D T V A E R T QP F R I BU r T - ,
E N T E R G T D E NOOR T SCHE WA L L E N .
H I S CH A E K T F O R S T F R E D R I K S HA F ENR E CHT - , ^
DOG K R I G T S I N LOON, DOOR SO E G E N P L E C H T
F A N n e I r l j n d t s d o n d e r b a l l e n .
Ss s sss 1 Zyn^
I» ' liiH’i ,
0
sihß '
T l.:
Ì..ill
T l