
De vruchten in nog niet volkomen rijpen toestand bestaan
nit;
zetmeel . . . . 14
eiwit.......... 3
kleefstof.. . . 19
w a te r..... 64
100~'
Dikwijls is echter het watergehalte hooger en kan het zelfs
80 jiCt. bedragen.
Aanwezig :
a. Twee monsters zetmeel uit de Otaheite broodvrucht.
Suriname.
b. Meel van den Broodboom. Suriname.
C. II n // //
De monsters sub a zijn nader onderzocht en hevonden
■samengesteld te zijn uit:
I. II.
zetmeel enz................................... 77.87 81.20
minerale bestanddeelen.............. 0.57 2 .—
water............................................... 21.56 16.80
1ÖÖ.— 1 0Ö T
117. Piratiwera guianensis Aubl., P. Aubletii Poepp. Endl.
Het zoogenaamde letterhout is van deze planten afkomstig,
het Man-letterhout van de eerste plant, het Oeman-letterhout
van de tweede, eene varieteit.
Synon. van de eerste plant: Bowwood (Eng. G.), Washiba
(Arrowakk.), Bois de lettres (Fr. G.), Pdida (Caraib.).
Synon van de tweede plant: Letterwood {Eng. G.), Boura-
coura en Sito-oh-halli (Arrowakk.), Bois de lettres (Fr. G.),
Pdida (Caraib ).
Aanwezig:
a. het hout, Man-letterhout, 2 monsters (collect, v. S. en Br.)
b. // // Oeman- /» 2 // Id.
Beide houtsoorten zijn fraai, zwaar en roodachtig bruin
van kleur; liet tweede is gespikkeid met zwarte vlekken in
■ilen vorm van letters.
A R I S T 0 I. 0 C U I A C E A F..
118. Arlstolochia siirinauieiisis W.
Synon.: Koni-koni-bita.
Groeiplaats: Inheemsch in Suriname.
Aanwezig ;
a. de wortel, als geneesmiddel in gebruik, o. a. tegen slan-
genheten.
h. het meel uit den wortel afgesclieiden.
Myri sticaceae.
119. Myristica fatua Sw.
Synon.: Baboentrie, Daily, Waroesi.
Groeiplaats: Suriname.
Aanwezig:
a. de bast, als geneesmiddel in gebruik tegen koliek.
b. het hout (collect, v. S. en Br.), dat zeer zacht en licht
is en voornamelijk voor fondamentwerken gebruikt
wordt, daar het. naar men zegt, onder den grond bijna
onvergankelijk is.
120. Virola sebifera Aubl. (Myristica sebifera Juss.).
Synon.: Fvenals de vorige ook wel B a b o e n t r i e genoemd.
Groeiplaats: W. Indiii.
Aanwezig;
a. de noten, Talkmuskaatnoten genoemd. Suriname.
b. het vet door uitpersing uit de noten verkregen, Virola-
of Ocuba-was genoemd, dat vuilgrijs van kleur is en
bestaat uit eene hars en uit trioleine en trimyristine.
C. kaarsen uit het vet gemaakt, geelachtig van kleur.
L a u r a c e a e ,
121. Sectandra Kodiaei Sclioinb.
Synon.: Geelhart (Surin.), Greenheart (Br.-G.), Sipiri
(Arowakk.).
Groeiplaats: Gniana, meer i n B r i t s c h dan in Nederlandsch.