
1555. Lendie. Java. - I, 772.
'1556. Lengi polion. Tondano.
Soort. gew. 0.48. X III, 24.
1557. Lepreh. Java.
Voor huisbouw. I , 774.
1558. Lerah. Java.
Voor gereedschappen en huishonw. I , 740.
1559. Lereng. Sumatra.
Voor buisstijlen. I , 831.
'1560. Lerie. Java.
Voor huishouw, nieubelen en gereedschappen. Een goede, licht te
bewerken houtsoort, komt in voldoende afmetingen voor. ». Ä 1 , 734;
I I , 19; X III, 26. Sooi-t. gew. 0,44.
1561. Lerok. Java.
Voor huishonw en grove gereedschappen. Grof van vezel en middelmatig
duurzaam v. 31. I I , 40.
1562. Lesnoe. (Lemoe?) Java.
Alleen voor brandstof. I , 754.
1563. Leting. Banka. — I, 1017.
1.564. Letterhout. (Brosimnm Anbletii?) Ambon.
Eene prachtige, voor de nijverheid zeer belangrijke houtsoort, over-
eenkomende met West-Indisch Letterhont. Soort. gew. 1.250. S/. V, 25.
1565. Lilin. Sumatra.
Zacht en vrij fijn. Meest gehruikt als brandstof. XIV, 411; X V I, 157.
1566. Limpe. Sumatra.
Voor roeiriemen en planken. I , 943.
1567. Limpoeeng. Sumatra.
Niet hard, doch fijn. De bast wordt gehruikt als Obe padi, middel
tegen wormen, die het rijstgewas schade doen. XVI, 160.
1568. Linoeroeng. — I, 1244.
1.569. Lirang. Java.
Voor huishouw, stijlen en gereedschappen. I , 729*.
1570. Lisir. Molnkken.
De Alfoeren vervaardigen kammen van dit hont. I , 1273.
1,571. Li was. Menado. — XII, 64.
1572. Loelampatie. Borneo.
Goed timmerhout. I , 1196.
1573. Loeloes. Sumatra.
Hard, vast, vrij duurzaam, fijn en geschikt voor meuhel-en timmerhout.
De hladen als geneesmiddel gehruikt. XVI, 161.
1574. Loemoet (Limnophila sessiliflora?) Java.
Goede lioutsoort met grove, losse vezel. I I , 97.
1575. Loepan. Sumatra.
Voor huishouw. I , 914.
1576. Loewarrang. Celebes.
Voor huispalen. I , 1245.
1577. Lolang papoewa. Batjan. — XVII, 15.
1578. Loloan. Java.
Voor huishonw te gehruiken. I , 801.
1579. Longowodjo. Timor.
Voor brandstof. I , 786.
1580. Lose. Timor.
Brandhout. I , 1313.
1581. Losi. Tondano.
Soort. gew. 0.45. X III, 27.
1582. Loto latang. Celebes.
Timmerhout. I , 1247.
1583. Maassim. Menado. — XII, 45.
Madang. Medang.
Onder dezen naam wordt door de inlanders een groot aantal boomsoorten
begrepen, meest behoorende tot de Laurineeen, en die gekenmerkt
zijn door de lange houtvezels, die zieh gemakkelijk laten huigeu
en afscheuren.
1584. Madang. I, 1326.
1585. Medang. Palembang. — IX, 3; XIV, 372.
1586. Medang. Sumatra.
Eijn van weefsel, hard en deugdzaam. Voor stijlen, planken en
vloeren. I , 89 0 , XVI, 182.
: lift
■ • i' iIi'
J
1587. Madang aboe. Snmatra’s W.K. — XIV, 412.
11