
490. Intsia ainboneiisis var. — Besi-hitam. Celelies, Molukken.
Als boven. C. I , ¿3.
491. Bessie. IJ z e r lio u t. Menado. — XII, 7.
492. Bessie papoewa. Menado. — XII, 0.
Tot dit geslaclit beliooren waarscbijnlijk de volgende:
493. Merbouw ot .inglay. Borneo Z.O.
tool- scheepsbouw kiui ilit bont uiet in aanmerking komen; zijne
weinige clunrzaambeid in zont water, de geringe afmetingen, w-aariu
bet voorkomt en de weinige veerkracbt zijn daarvan de redeuen. Voor
binnenbetimmering is het daarentegen wel gescbikt; het is rechtdradig,
laat zich goed spijkeren en gemakkelijk bewerken. Soort gew. 0.765.
1 1 , ¿9.
494. Merbouw tagan. Borneo W.K.
A rij hard en donkerbruin vau klenr, als timmerliout zeer aaubeve-
lenswaardig, liuit zicb goed kloven en spijkeren en is duurzaam ook in
water. Door eene zekere eigenaardige vettigbeid is bet niet gemakkelijk
te zagen. Het wordt I'oor selieepsbouw gebruikt, komt veelvuldig voor
eu ill vrij aanmerkelijke afmetingen. Soort. gew. 1 034. VI, 38.
taiidoeli. Borneo, Pontianak,495. Sumatra, Palemvrij
Merbouw
bang enz.
Een fraai gesloten bout, voor den scheepsbouw zeer aan te bevelen.
Duurzaainbeid iu water, behoorlijk te verkrijgen afmetingen , sterkte eu
veerkracbt bevelen bet bijzonder aan. Als gebrek geeft men een slecht
hart op, hetgeen mogelijk bezwaar kan geven in bet gebruik. Het komt
veelvuldig voor. S. gew. 0,935. / . VI, 26; XIV, 549; X V I , 228.
496. Merbouw sintang. Engley (Daj.). Sintang, Borneo.
Een zeer goede houtsoort, als scheepstimmerhout aanbevolen; echter
moeielijk te zagen eu te spijkeren. Zij laat zich echter goed zwaluw-
staarten en is ook voor dnuiiwerk geschikt. S. gew. 1 ,1 1 2 ./I. AH, 25.
497. Merbouw ipil. Samatra.
Hard eii duurzaam, doch niet lijn; wel geschikt voor timmerhout..
il. II. XVI, 225.
498. Merbouw koening. Sumatra.
I'ijn van vezel, hard en duurzaam, goed werkhont. ». II. XVI, 326.
499. Merbouw sepang. Sumatra.
Als voren. ». H. XVI, 227.
500. Merbouw tekoeyoeng. Sumatra.
Grofvezelig doch hard eu duurzaam. ». H . XVI, 239.
5 0 1 . Merboim. Merebau. Sumatra.
Een niet zeer harde, vrij iijne houtsoort, waarvan men prauwen
maakt. ». I I XAH, 224.
5 0 2 . Merbouw boeng. Palembang. — XIV, 544.
5 0 3 . Merbouw koenjit. Palembang. — XIV, 546.
50 4 . Merbouw regis. Palembang. — XIV, 547,
5 0 5 . Pileostigma acidum Benth. — P o n t j o l l o k i . K a n d a j a k k a n S.
Java, Timor. G.B.
Het hout is zwaar, briiiiirood, dikwerf doorniengd met zwarte streepjes
en tiindradig, doch zeer a a n b e d e r f d o o r w o rm e n onderhevig; de bladen,
die een aangenamen, zuiveren smaak bebben, gebruiken de Javanen
dikwijls in linii voedsel in stede van Tainannde. ». Rees. 1, 19; All, 20;
XVIIIf/, 12.
m
Sub-orcl. Mimose .a e.
506. Adenanthera pavonina L. — S e g a w e h J. B a je h Mad. S a g a
of S a g a k a jo e M. K a n d a r é U . S . D e gebeele Archipel, China,
Pliilippijnen, Zuid-Azië. G.B.
Een booge boom met rechten stain, ruwe donkere scbors, fijn
gebladerte en kleine, gele bloemen. Het bout is d o n k e r purperachtig,
gelijkt op rozenboiit eu is goed v o o r b u i s b o u w , ook voor houten
haulers en de harde voorwerpen van het gauielanspel. De vuunoode,
harde, glaiizige zaden dienen om goud te wegen; ook leveren zi] olie
en worden, van de schil ontdaan, hij de rijst gegeten. De bladeren
dienen als geneesmiddel. 1 , 1 4 ; I I I , 70.
507. Adenanthera inicrosperina T. et B. — S e g a w e h . Java. G.B.
AHII, 234.
Waarschijnlijk beboort tot dit geslacbt;
508. K o e p a n g . Celebes.
A'an geringe waarde. C: I , 15.
Parkia africana R.B. — P im d e u i . P e té S .M . P u n t o i . G o e d é i.
A l e i M. Sum. Java, Sumatrà. G.B.
Voor huisbouw gescbikt. C. De vruchten worden g e g e t e n , doch zijn
niet smakelijk, Hssk. I , 16; II I, 166.
P. intermedia Hssk. — P e t i e r S. K e d a w o n g J. Java. G.B.
Het bont heeft geene waarde. De vrucht wordt door de inlanders
als geneesmiddel gebruikt. C. I , 17.
509.
510.
•:¡ ®| i