1-S
f i
so8 V E R V O L G VAU DE B E S C H R Y V I N G
Xi-Ytv g^^o™^®' zwane en wie bezoomde vlakken in, dat dezelven zicli des te
minder lasten befchryven, hoe cierlylier de daav uic ontiiaande fclialieering zy;
en deze wordt door den buitenften geboogen rand, niet zyne lileine zwarie
driehoeiten, benevens de ondcT dezelven itaande Hippen van gclyiie lioieur,
niet weinig vermeerderd. De grondverwe der ondervleugclen is donker-graauw;
doch deze koleur verdwynt, by de inleding, in 't okergeele; en, behalve den
ingekorven buitenrand, is 'er nog eene dubbele vvitte borduiiring in. Kore
aan dien ingekorven rand wordt mcn een breeder donkercr llreep gevvaar, die
met een zeer fciioon wit doortoogen is, omtrent gelyk de Vrouwen cene
donkere of gekoleurde keurs met witte linten afzetten. Het acliteriyf is eenigzins
graauvvachdg okergeel, en de beide fprieten zyn hairvormig*.
De bhek-graene R u p s , die zieh op de Eiken-en Lindehoomen
onthoudt; vercierd is met vier geele en eene witte
tinie; en zvier loatße lid meer, den dat van anderen
verheven is.
TAB,XL. T n de tweede Chile der Nachtvlinders van 't eerfte Deel, hebbe ik eene
gladde bieekgroene Rups, benevens haare volkomen verandcring, beden
eerften opllag, veelal overeenkomt. Doch als men ze beiden wat nader
J iiaare befchreeven,
en op Tab. XI. voorgedraagen; met welke de tegeiiwoordige, in
•befchouwt, kan men wel haail befpeuren, dat ze echter zeifs in 't uiterlyk
aanzien raeriielyk verfchillen ,• en zo dra men bsidcr eigenfchappen met elkander
vergelykt, zal raen terllond van 't wezenlyk ondcrfcheid volkomen overtijigd
• De Rups, uit welke deze aardige Nachtvliuder, die den Liefliebbercn der Infèften by den
naam van Dfima bekend is, gebooien wordt, hceft de Heer RSfe! in dit lelfde Deel op
Taè. LXVIII. Fig. 5, lioewel onweetend welk een Vlinder zy voortbragt, medegedecid.
De konftige Graveerder Chrißiaan Sepp, te Amlterdam heeft, in het tweede Geiin van
. de eerfte Bende der Nachtvlinders Qp Tah. IX. lyner Nederlandfche Infcflen, ook een
blaanwachtig-groenen, wit en zwart gefchakeerden Nachtvlinder, die uit eene met brume
halten belette, iwart en geel gevlakte Rups voortkotnt, leer fraai afgebeeldi en denzelven
den eepalien naam van Orion gegeeveu. Ik hebbe insgelyks deie foort van Rupien, voor
dat Siy de getrouwe afbeeldlng van den H,er Sepp onder 't oog kwam, lo wel mt Fratlkfort ontvangen, als in onze Landilreek gevonden, en afgebeeldi maar ik hebbe dezelve,
eelyk meer van den Heer Sepp uitgegeeven foorten, nog niet können afgeeven. Men
" ziefhier uit, dat deie fcort, welke de Heer Rifel afgebeeld heeft, de eenigfte foort nict
• is, welke zieh groen, wit en zwart gevlakt vertoont. Ondertuflchen zyn deze foorten
• ^venwel meer onder de zeldzaaraen, dan onder de gemeenen te rekencn.
KLIEMAN N.
Class IS IL Pjlpiziojwm JVoctvjuv^ouvjsì
SujjjjL ^TSjo..
CLASS IS ly' FA:piliowvm JsrocT^nRNOjR.VM.
i i i f i s ^ ^ '
l i i i l l i i r
l i : ! ; - ^
i„iÜ J1I, M-
..¡liffi