Fig. 4 .
en 5.
T ab.
XXXI.
een körten Veldtocht genoemd mag worden. Ik weete aan deze Vlinders we«
derom geen ander Kenteken tuflchen het Mannetjes- en Wyfjes - geflacht te
vinden, dan het algemeene, naamlyk, dat de laatften een veel dikker Achter-
ly f hebben, dan de eerften. Niet te min hebbe ik ’er tweeerleie Figuuren van
ontworpen, waar van de eene, die voor ’t Mannetje mag doorgaan, denVlin-
der zittende, en de andere het Wyfje vliegende vertoont. in de 4 de Fig. zien
we dienvolgens de Pooten van den Vlinder, die in de 5 de Fig. verborgen
zyn; daarentegen zien we in de laatite, het Achqerlyf en de Ondervleugelen,
waar van men in de eerite niets befpeurt. De grondverwe des gantfchen V o gels
is over ’t gebeel ( uitgezonderd de Ondervleugels) blinkend - bruinachtig-
zwart. In de Bovenvleugelen ziet men eenige geringe deraaden, te weeten,
ettelyke Oker-geele vlakjes en dwars - linien. Het grootfte en zichtbaarileon-
der de Oker-geele vlakjes ftaat midden in den Vleugel, in een kleinen witten
grond. De buitenrand der vier Vleugelen is uitgefchulpt. De Ondervleugels
zyn donker - graauw; naar het lid toe vallen ze in ’t geelachtige, en aan den
buitenrand zyn ze bleek -geelachtig bezoomd. De Kop , Sprieten en Pooten
zyn donker - bruin - graauw van koleur, en deze laatften vindt men aan de
voorfte Jeden met Oker-geele reepjes vercierd*. Het geen ik ’er nog van de
voortplanting des geflaehts zou können byvoegeh, «ordeele ik overcollig, de-
wyl het den Leezer maar als eene te dikwyls herhaalde zaak zoude voorkomen.
De gladde, beider-bruine, donker geftreepte en wit gefpren-
kelde R u p s , die op het Flooikruid o f de Waterpeper
daß, benevens haare v erander ing toi in
een V l i n d e r .
§■ 1 .
De beide geflachten der Rupfen,op Tab. XXXI. en XXXII. afgebeeld, hebbe
ik in ’t begin, eer my de Vlinders ’er van bekend waren, voor eener»
leie foort gehouden; niet alleen wegens de gelykheid, die ze met elkander
hebben, maar 00k om dat ik ze beiden op eene zelvePlantgevonden had. Deze
Plant is de Perficaria (het Perfikkruid o f de Waterpeper). Zy wordt veel-
vuldig op vochtige en moeraflige plaatzen gevonden, en van de gemeene lie-
den (in Duitfchland) tVilgenkruid genoemd ; waarfchynlyk om dat haare bladeren
den fpitzen Wilgenbladeren niet ongelyk zyn. ln onze Duitfche ge-
weiten groeien tweeerleie foorten van dit gewas; de eene heeft iets kleiner bladeren
»
* Deze Vlinder is 00k niet ontbloot van een brainachtig -geelen Zuiger.
. . H • - K l e e m a n it .
ClASSIS UFAPJLIommMtCTURNOKWA.
S E M
Ta l X X X I
d'-Ltj. .3 .
TSL XXXII