Tab. denken is , een nieuw verdriet; maar de goedheid van zeker Vriend veracht-
L 1 X , te die wonde wel haail, door my, in de maand Juny, eene byna gantfch volwaflen
en zeer groote Rups dezer foorte te brengen, welke hy op den ilruik
van een Pynboom zittende gevonden had. Ik voedde dezelve nog gjdagenmet
de naalden van den Pynboom, en zo 'd ra ik befpeurde, dat ze dezelven liet
liggen, maalde ik ze a f, en had naderhand ook nog het geluk, dat z e , naar
myn wenfch, veranderde. Zy had op dien tyd , uitgeilrekt liggende,deleng-
Fig. i. te van 4 duim, en de 1 fte Fig. onzer Tab. LiX. zal ons nu dienen om haare
geilalte en koleuren nader te befchouwen.
§• 2.
De Kop, die tamelyk groot en rond is.heeft eene Oker-bruine kolear;des-
zelfs cieraaden beilaan in een paar door het voorhoofdgetoogen bruine ilreep-
je s , en een boven den bek ftäanden wit bezoomden Driehoek, door wiens
midden nog een donker ilreepje loopt. De ringen o f leden van ’t lyf hebben
eene wit-graauwe grondverwe, die met veele bruine en graauwe punten be-
fprenkeld is , en in dezelve zyn verfcheiden groote donker-bruine vlakken, als
zo veele cieraaden,' te zien. De huid onzer Rupfe is niet glad,maär fchynt,
behalve de lange hairen , waar mede ze bezet is , nog met een viltachtig itof
beilrooid te zyn. De Hals, of het eerite lid, is het buigzaamite; de overige
leden neemen meer en meer in dikte to e , en hebben, buiten haare inkervin-
gen , nog eenige andere vouwen en rimpels; Van vooren, aan ieder zyde van
den hals, vindt men de langile hairen, die op twee over den kop hangende
wratten ilaan; en op het midden van den hals is eene zwarte beilippelde vlak
o f ilreep tebefpeuren. Zo wel op den tweeden als derden ring van vooren ziet
men een zwarten blinkenden, en in ’t blaauwe vallende, gedwongen ilreep over-
dwars- getoogen; en achter den .eerilen ilaat een van vilthairen opgeworpen of
verheven hoek. Van den Kop af lo opt’er wederzyds eene donker bezoomde
heldere linie, waarin öp ieder einde der beide eerilgemeide zwartachtige dwars-
ilreepen , eene ronde Kaneel - roode vlak gezien wordt. De overige. ringen zyn
alle van boven, gelyk reets gezegd is , met te zamen gellelde ,vierkante,donker
bruine vlakken getekend; welke op den eenen grooter, en op den anderen
kleiner zyn, doch alle aan haare fcherpe randen een zwart boordzel hebben,
en in ’t midden helderer-bruin worden. Het laatile lid is met eenhoog
uitwas voorzien, waar op eene boritel ilaat, die uit körte, zwarte, vederacb1
tige hairen byeen gevöegd is ; en de drie ringen, waar onder zieh de eerite
drie paarBuikpooten bevinden, zyn met diergelyke, paarswyze, doch ietsklei-
• n er, uitwaflen vercierd. Op ieder zyde van ’t ly f z yn , op alle de ringen, verfcheiden
bruine vlakken te zien, die zieh echter veeleer als fchuinfe dwars-
itreepen vertoonen, en van boven uit louter zwarte in een bruinen grond ilaan-
de veritrooide punten te zamen geiteld zyn De zes fpitze klaauwen zyn donker
bruin, de 8 ilompe Buikpooten wat helderer, en de- twee laatile breede
• Nafchuivers, benevens de ilaartklep, hebben eene diergelyke heldere koleur.
§• 3-
K. ». P H
• s s 4 L IX ,
Hoe aroot deze onze Rups in de uitgeilrektheid ook z y , ze kan ziehnoeh-
tans veelkorter maaken en te zamen trekkem; doch o f a le
tp 70 aroot worden, en altoos eenerleie cieraaden en koleuren hebben, is zeer
rwvifefachtig. De onderfcheidenheid der Vhnders, die er uit voortkomen, en
wel inzonderheid ten aanzien der grootte en koleuren, fchynt_het “ gen<dee
kennen te geeven, Deze Rups heeft verder ook die Kgenfchap, dat z e , in t
ftil zitten aangeraakt wordende, ten eerilen met den Kop en Lipnfrh
om zieh üaat, w'aar door ze menigmaal de yervolging van e“ vrees.ac^ Ig
nntaaan kan. Wanneer ze-, zonder eemg nadeel geleeden te hebben, haare
volkomen grootte en hoogilen ouderdom bereikt heeft, zoekt ze naar eeneb -
kwaame plaats, om zichlld a ar , na de ontlediging der vu.ligheid, in te fpin-
nen , en in dafcSpinzel te veränderen. Dit gefchiedt gemeenlyk onder de tak-
ken, of tuflehen de fchors van den itam I en ook dikwyls tuffchen de groene
naalden: want op die plaatzen hebbe ik z e , gelyk hier boven gezegd i s , v -
maals in haar Spinzel gevonden. — is in de M HÄafgebee d , en m
fchynt-van vooren en van achteren open te zyrtj.doch wanneer men het zelve
naauwkeurig befchouwt, ondervindt men, dat het aan beide kanten wel toe-
sefponnen en geflooten is.. Deszelfs koleur 9 Oker-geel, en men kan dulde-
lvk zien, dat de Rups ’er hier en daar de hairen van de huid onder gemengd
heeft.- Na dat ze nu ook by my zodanig een Spinzel vervaardigd had, en er
reets 8 dagen verloopen waren, binnen dewelken ik oordeelde, dat de op
haare volkomen geilalte moeil hebbem, opende ik het zelve met alle behoed-
zaamheid, om haar te können afrr.aalcn; wanneer ik befpeurde, dat haar ach-
tereinde met eenige draaden aan ’t Spinzel vait hing, en dat ze met den K op,
of het voorite deel, naar boven geil-rekt lag. De m g i vertoont deze Pop M 3.
buiten het Spinzel; zy is tamelyk lang,- maar%(heeft geen ilaartpunt. Haar
Achterlyf is met eene zwart - bruine koleur overtoogen ■; de inkervingen zyn
rood-bruin, en boven de luchtgaten ziet men aan de z}^den eenige hairtjes.
H e t V o o r l y f i s , b e n e v e n s d e V l e u g e l f c h e e d e n , z w a r t - g r a a u w , e n , e v e n als^
h e t A c h t e r l y f , d o f e n z o n d e r g l a n s . V e r m i t s n u o o k d e z e 1 o p , o p d e m i n i t e
a a n r a a k in g , h a a r e g e v o e l i g h e i d t e k e n n e n g e e f t , i s z e b u i t e n k y f o n d e r d e
b e w e e g e l y k e P o p p e n t e r e k e n e n .
§- 4-
Na dat ik deze Pop afgebeeld had, bragt ik ze weder in haare voorige woo-
ning, te weten in ’t Spinzel; en verwachtte met groot verlangen den Vhnder,
die ’er in verborgen zat; die ook eindelyk, na verloop van 3 weeken ,te voor-
fchyn kwam. De 4 deRg. vertoont ons denzelven vliegende; en men kan, uit Fig. 4.
hoofde van zyn dikke Achterlyf, met den eerilen opilag zien, dat het een Wyt-
ie is. De grondverwe der Bovenvleugelen is graauw, met bruine punten be-
fprenkeld, en de buitenrand donker bezoomd. Byna in derzelver midden zien
* ’ ■' K k k 3 we