,_x/. ci? ¿%0/eÌjfectC èi ecce .
ichiedt. Want omtrent dezen tyd worden, gelyk we boven gezien hebben, TaR
de Eieren door den Vlinder op het Koorn gelegd; dan is de Worm, daaruit
voortkomende, nog klein en teder; hy is nog niet diep indekorrelsgeboord,
en moet bygevolg meerendeeis door het wenden , werpen en Jteeren vermeid
worden. Doch een woekergierig Joods Koorn • kooper zoekt ook daaromtrent
menigmaal de koften uit te winnen; en fchoon het fchyne, dat de Koorn-
Worm tot zyne itraffe gefchapen z y , doordien zomtyds al het Graan van een
Zolder vleugels krygt en weg vliegt; Zo maakendiergelyke Woekeraars ’er echter
geen geweeten van, dat ze de ledige Graan - hnlzen voor goed Koorn ver-
koopen ; of ten minfte dezelven onder ander Koorn vermengen. ■ Ze bezef-
fen niet, dat zy den Naaften , dusdoende, niet alleen op eene godlooze wy-
ze bedriegen, maar zelfs door het daar van gebakken flechte Brood ongezond
maaken. p o ch dit is eene foort van Koorn - wormen, die eigenlyk tot myne
Verhandeling niet behoott, en daarom zäl ik deze onderzoeking liever aan an-
deren överlaaten.
De kleine A p p e l - en P e e r e n - R u p s , ofzogenaamde A pp
e l - en P e e r e n -W ' o r m , benevens zyne verande-
ring tot in een V l i n d -e r t j e ,
5- u
De Worm, die zomtyds in de Appelen en Peeren gevonden wordt, is wei Tav.
aan een ieder bekend ; maar nochtans twyffele ik niet, o f daar zyn ’er Xlll,
hog veelen, welken niet weeten, dat dezelve gerekend moet worden onder de
Rupfen , die in Poppen veränderen , en naderhand Vlinders voortbrengen.
Dit n,u zal ik in de volgende beichryving a antoonenna vooraf bieromtrent
aangemerkt te hebben, dat men dezen Worm niet vooreenerlei tehoudenheb-
b e , met dien, welke in de Pruimen en Kwetzen gevonden wordt; nademaal
deze wederom eene andere en kleiner foort is ,, waar van ik in ’t vervolg nog
ipreeken zal. °
S 2-
Het gebeurt menigmaal, dat men een Appel o f Peer dporfnydende, aan
welken, naar den uiterlyken fchyn , niets het minfte van een daarin woonenden
Worm belpeurd wordt?, nochtans bevindt, dat ’er zodanig een onaange-
naame, en by veelen afkeerige Galt, inhuisveit. Aan andere Vruchten daar-
entegen kan men zulks terilond van buiten ontdekken. Het eerfte geval heeft
aanleiding gegeeven tot zeer veele valfche gevoelens; ter verklaaring naam-
Jyk hoe er de Worm mkome; maar dewyl ik my thans daarmede niet meene
ZlLZ- 3, 0^