bul bemoedigd, schreef de Kerkvoogd eenen dreigenden bnef aan den Gelder-
schen Vrijo-raaf Diderik Conickr dan deze stoorde zieh aan dit alies zoo weirng,
dat men nog längs minnelijken weg, moest verwerven om den klager te bewegen
zijnen eisch voor Bisschop David, als mede door den Keizer tot Vrijgr
aangesteld zijnde, te vervolgen (1).. Van geene betere uitwerkmg was in 1461
’sKerkvoogds schrijven aan den Vrijgraaf Johan Hakenberg, voor Wiens gengt
ettelijke burgers van Deventer waren gedagvaard. Het een en ander toonde aan, hoe
weinig de steden, met al hare voorregten, in staat waren om zieh, door eigen kracht,
tegen de ondememingen der zoo gevreesde, vermögende Vrijgraven le beschermen.
David van Bourgondie raakte niet dan na veel moeite ten jare 1 , en
wel tot aan den jare 1496, in- het bezit van den Stichtschen zetel, Ter-
wijl hij een natuurlijke zoon was van Hertog Filips I -of de Goede, op
anderen ook Graaf van Holland, had deze reeds vóór den dood van Rudolf
van Diepholt maatregelen genomen om hem de opvolging te verzekeren.
Hiertegen werd Hertog Steven van Beijeren door den Aartsbisschop va
Z S Kanunnik . « , en den Hertog van Gelre d e r Geestehjkhe^aangepre-
zen (2) Bvenwel viel met bijna eenparige stemmen de keus op Gijsbrecht :
Brederode, Domproost te Utrecht (3).-. Dan Filips wist uit ’sHage te bewerben
dat de Paus zijnen zoon, toen Bisschop van Terouanne (eene Nterdoor
Karél V ten gronde toe verwoeste stad in Artois), tot Bisschop van Utrech
aanstelde en bragt het, zoo door onderhandeling als geweld Van wapenen ook
T v e r r e , dat Gebrecht afstand deed en David in het Nedersticht werd erkend
en ingehuldigd. Inmiddels hadden de Ovenjsselaars, in plaats van op F ps
vermaningen acht te slaan, een heimelijk verbond gesloten met Hertog Aamou
m Ü de Schriivers aangehaald in den Tegenw. Staat, bl. 136. , ,
£ Hertog Aarnoud kJSn znlks persoonlijk te Utrecht doen; zie m m o rr , Gedenk-
. T i T Ul -» v v v T T T waardigheden, D. IV , bl. n x sn n . ^ Qm >s p ansen bekrachtiging te
f - ZÍe I d t i t n f p o Ä s t h e t gewone A ^ a a t, eene son. van 4,000 dukaten (toen
verkrygen, zond h j ten j» g S Bourgondie zond veel rijker gex
S p s í m »». y « . . .
Gijsberts dukaten.
van Gelre, waarin zij' hem tot hunnen Heer aannamen, indien hij dadelijk den
oorlog verklaarde aan den Hertog van Bourgondie, en hen volgens hunne oude
wetten en voorregten regeerde. Men kwam zelfs overeen om bij den Keizer en
den Roomschen stoel te bewerken, dat Gelderland en Overijssel zamengevoegd
en als een Gewest aangemerkt mogten worden, en indien zulks niet mögt ge-
lukken, zoude Aarnoud ook het geestelijk bestuur door middel van eenen Suifra-
gaan op zieh nemen (1). Zwak was deze handeling yan Aarnoud, toen ze uit-
gevoerd zoude worden; de Hollandsche benden toch, die kort hiema ter bele-
gering van Deventer door i Gelderland rukten , werden door -hem eerder onder-
steiind-dan verhinderd (2).
Alvorens Filips tot :dit beleg overging, had hij de OverijSselaars andermaal
aangezocht orn zijnen - zoon .aan te nemen, maar toen deze hierin niet wilden
bewilligen, danionder beding; dat des Gelderschen Hertogs zoon, de behende
Adolf j twaalf jaren als Momber oveE,hen-gebMen -zoude (3) ', nam hij de toe-
vlugt tot. den krijg, die, nadat de belegering van Deventer eenige weken ge-
duurd had, mei eene overgaaf bij verdrag eindigde. Verscheidene brieven, we-
derzijds bij deze gelegeriheid afgegeven, zijnmog voorhanden (4). Filips: zoen-
brief was ;gerigt aan de stad Deventer en,de andere steden van het Oversticht.
David bevestigde de voorregten- en -gewoonten aan de Ridderschap, Deventer,
Kämpen; Zwolle, Groningen,. OldeUzaal en- de andere steden-, benevens de
Landregten vaii het geheete.-Oppersticht,; met name van Salland;-Vollenhove,
Twenthe en Drenthe , en beloofde hun geene last of moeite te zullen aandoen,
uit hoofde van het verbond, dat-hij met Gijsbrecht van Brederode, en de Staten
van het Nedersticht had gesloteni. - Hiertegen erkendeh. de >0,verijsselsohe steden,
(1) Zie ook vooral NLnioi-i- t. a. p .,. bi. i.xxxv.
(Z) ’Zie over h'ef eSn e n ‘ander a e e n ö t. a. p ., bl. 92—94.
(3) Van deze laatste zaak vinden wij geene melding in xrjfToPFs (rcdenkwaar/ligkedfm
uit .de Cescfiiedsnis van Gelderland, die anders in-Deel IV van bl. i.xxxcr—-i,xxxvin een
belangrijk overzigt geeft van de inmenging. van Hertog Aarnoud en zjjnen zoon Adolf in
de zaken van net Sticht, en dus ook in die van Overijssel, in "deze dageh.
(4) Zie de uitvoerige geschiedenis van dit beleg door Mr. w. h . cost jordens in den
OverijsseUehen AVtnartdk' voor Ouäheid en Letteren van 1 8 8 8 .:
12*