Berg (Munten van het Duitsche Graafschap),
bl. 185.
Bergen in Noorwegen (Handel :op), bl. 58.
B e r g it (Mr. L . P h . .C . v a n d e n ) , Handbook
der Middelnederlanäsche Geographie, bl.
2 twee malen, bl. 10, 26, 27j 28 , SO, 82.
B e r n a r d u s , voorganger van L u d q e r u s ,
' M. 15.
B e r n ow ^u s , Bisschop van Utrecht, bl. 23,
28, 34.
B e r n ö l e. Zie B ern o l d o s .
Beschermheiligen van Steden, bl. 227, 281,
' 235, 265.
Besnijden, d. i. snoeijen (Munten) , bl. 322.
Besoken, bl. 260.
Bestand, bl. 182»
Befestigung doet de twist over wettigheid op-
hou.den, bl. 245.
Bevolking van Overijssel (fettige en feite-
lijke), bl 8.
Bezittingen (Iiijsten van). Bronnen onzer
ondere Geschiedenis, bk 85..i
Biblia pauperum, bl. 187. . ,;
Biechtvoäer van Bisschop Eilips van Bour-
gondidy bl* 124. ; , .
Bier (Handel der Overijsselaarsmet), bl. 52 ;
met Maar water en niet met bier in de mnnt
werkzaam zijn, bl..869.
Bij-Bisschop, bl. 127,
Bijdragen voor Vaderlandsche Geschiedenis
en Oudheidkunde, bl. 70, 259.
B i j s t e r b o s Jr. (Mr. N. v a n B e r k um ) te
Kämpen, bl. 205.
Bitjoenen munten, bl. 85; munten verklaard
voor —r, bl. 217, 244.
BincketqTen en wegen, bl. 376.
Bisbop Bans penninghe, bl. 185. ;
Bisdommen Utrecht en Munster (Een deel van
SakseWkerkelijk verdeeld tusschen de), bl. 12.
Bisohe, bl. >28;
Bis'scKofstol', bl. 34.
B it t e r van Baasveld', bl-. 93.
B l a n c 1 (L e ) , Trante'hist, des Monnoy es de
France,- bl. 179.
Blancken (Castiliaens), bl. 182; Robertus— ,
bl.T83 ; Triersehe— , aldaar;- Cleefsche— ,
- aldaar; Coelsce en Bonsce ■—, aldaar; *
naamsoorsprong van het woord, aldaar.
Blmkenborg onder Haaksbergen, bl. 82.
BlanJeenham en Kuinre behoorden oudtijds ^
tot Friesla/nd, bl. 143.
Blankenheim (Bisschop E r e d e r ik van), bl.
27.
Blätter fü r Münzkmde v a n D r . H . G r o t e ,
; bl. 154.
Blau guldens, bl. 181.-
Bleeke gouden munt, bl. 228.
Blijde (Groote), bl. 70; werpt steenen van
1800 ponden gewigts, aldaar.
Bloedplakaten, bl. 186.
Bloemen op munten, bl. 166.
Bloemsieraden op munteii-, bl. 271.
Blokhuizen, bl. 120.
Blokzijl, bl. 9; heeft Eriesch inmengsel ten
noorden, volgens Mr. J. v a n D o o r n in o k ,
aldaar.
Bodegraven (Gebied van), bl. 23.
Boeck der partijen, bl. 153.
B oecop (A r e n t to e) , bl. 259, 260.
Boek van anneminge, enz., bl. 263.
Boerschap (Krijgsdienst van eene), bl. 116.
Bogen op munten, bl. 166.
B o h l te Coblentz (De Numismaticus), bl.
176‘ . Ul B o l h u i s , de Noormannen in Neäerla/nä, bl.
33.
Bolletjes (Twaalf) op munten, bl. 156.
Bolwerk (De dusgenaamde berg te Kuinre was
misschien een hoog), bl. 148 noot.
B o n d a m , bl. 30, 31, 32.
B o n iF a c iu s (St.), bl. 11; minder juist ge-
noemd Bisschop van Utrecht., aldaar.
Boomen (Gelofte bij) gedaan, bl. 15.
B o o n z a je r (De Heer- C. G.), Numismaticus.
te Gorinchem, bl. 400, 403.
Borbonen (Luycksche), bl. 180.
Borbonsche postelaetsche gulden, bl. 181.
Borch (Het Slot ter), eigendom der Heeren
van Wisch, bl. 100.
Borckels gheld, d. i. van Borculo, bl. 67.
Borkelo (Munt van), bl. 61.
Boructuariefs (?) in Overijssel, bl. 9.
B o s e n (E v e r h a r d ) , Burgemeester van Kämpen,
bl. 66.
Bosschen (Gelofte bij) gedaan, bl. 15.
Botdrager van Kuinre, bl. 176; van waar
oorspronkelijk gekomen, aldaar; waar deze
Nederlandsche muntsoort geslagen is ge*
worden, aldaar; Sallandsche -, bl. 67;
Kamper dito, bl. 68; nog öenige van andere
plaätsen vermeld, bl. 17‘6.
B o t er (H ugo d e ) , bl. 38.
Boter (Cijns van), M, 64.
B o u d ew ijn II (Bisschop), bl. 40, 42, 43.
B o u d ew i j n , Gragf va/n Kleef en Tenter-,
band, bl. 80.
Bourgoensche gulden, bl. 179.
Bourgondie. Zie D a v id .
Bourgondie (E il i p s van), bl. 84.
Bourgondische- of KruisrijTcsdaaiders, bl. 403.
Bourtange, bl. 5.
Borneo allen der Abdij van Rijnsbu/rg. (Muntje
gevonden in de), bl. 162.
Braband (Hertog Göderied van), bl. 39;
G o d E r i e d I I I , bl. 40. 1
Braband en Holland (Mid del ter bevordering
van vriendschap tusschen Overijssel,) bl.
212; voorgestelde munt met de wapenen
van — , bl. 209.
Brabantschen, te Kämpen in 1470 gemunt,
bl. 819.
Braba/ntz stigoer, bl. 285.
Bract baden (Koperen), bl. 804.
Braems, muntbenaming van onzekeren oor-
sprong, bl. 188; komt alleen in Overijs-
selsche muntevaluatien voor , aldaar.
Branden, vroeger zeer algemeen, bl. 18.
Brandstichters in Salland en Twenthe, bl.
186.
Braspenning (Johans burgonse), bl. 183;
Zwolsche, bl. 389 (?}.
Breden, naam eener muntsoort, bl. 204.
Brederode (G i j s b r e c h t van),-b\. 1 0 .
Bredevoort behoorde vroeger geestelijk onder
den Bisschop van Munster, bl. 16; waar-
schijnlijke reden daarvoor, aldaar.
Bremen (Meyster E e v n e r J o h a n n e s van),
goltsmit, bl. 346.
Bremen (Aartsbisschop van), bl. 45.
Bremen en Osnabrug (De geestelijke opper-
hoofden van) hadden veen gedeeite van
Eriesland onder hun gebied, bl. 16. >
Bretagne (Munten {van), bl. 179; Anna
van — , aldaar.
Breuke of belasting, bl. 110.
Brielle (Gevolgen van de inneming van) voor
■ Overijssel, bl. 139.
Briefvetten van den assayeur, enz. bl. 351,
352.
Brittannie (11,000 maagden [XIMILIA,
iXimilia?] vlugten uit), bl. 142,.
Broeder (Natuurli]ke), bl. , 95.
Broekhuizen, kasteel in Westphaleu, bl. 65.
Bronkhorst ( J a n van); bl. 56; Graaf G ij s b e r t
van -r-, bl. ¡61; W il l em van bl. 258.
Bronnen (Gelofte bij) gedaan, bl. 15.
Bructeren, onde bewoners van Overijssel (?),
bl. 8 ; Das Land wnd Volk der — , bl. 3,
31; ¡fcjr staan tegen de Rom einen op, bl.
6; tegen hunnen eigen Vorst, aldaar; wor>
den grootendeels uitgeroeid, bl. 7; hun
naamsoorsprong volgens g r im m , aldaar>
B r u e n N e g h e n a p , Gameraar van Deventer,
bl. 67.
B r u m a n u s , Bes Transisalanicae, bl. 50 , 77,
142, 153; 228, 333. ’
B r u n o II I, Graaf van Brunswijk, Stavereh,
enz., bl. 144.
B r u n s v e l t , bl. 128.
Brussel, bl. 247 twee malen; togt. van Hasselt
naar —, bl. 392.
B u c h e l iu s I bl. 26; ad B ek am , bl. 158;
ad H e d a m , bl. 53^
Buckhorst (De Heer van), bl. 45; deszelfs
Slot verwoest, aldaar.
Bugsken (Akensche), bl. -186. . >
B u t (Pauselijke), bl. 4 9 , 131.
Bune of Bonn, bl. 82 noot.
Bunnsche, d. i. Bonsche., goldenn, bl. 298.
B u r c h a r d (Bisschop), bl. 37; zijne te Deventer
geslagene muntjes, bl. 87.
Buren (Graaf va.n), bl. 129, 217.
Burgermeistere, bl, 97.
Burgerregt op het vaste .land (Engelsche munten
verkrijgen het), bl. 156.
Burgerschap o f gemeente (Civitas); h\. 157.
Burggravvus, titel op munten, bl. 161.
Bnrgundischen, bl. 260.
53* .