K. B. weegt 0,4 w. en is van Z8, daar hat ons alleen voorkwam in de Ver-
zameliug van Mr. w. H. cost jo r d e n s to Deventer.
N- 7 , waarschijnlijk een jolak en de helft van het vorige muntje, heeft weder
de »elfde afbeelding op de vz., terwijl liet omsehrift luidt:
m o n • ßovTS • iw o u h . . .
Op de kz. ziet men een Karolingisch kruis binnen eenen pareloirkel. Van
bet omsehrift is alleen zigtbaar:
. . . i sn • aecaec • 97.
waarschijnbjk stond er JIRXIO voor.
K. B. weegt 0,2 w. en is, even als bet vorige, van Z6. Mede in de zelfde
Verzameling voorhanden.
MUNTEN DER STAD HASSELT.
Dat er binnen de stad Hasselt, sedert de tijden van Bisschop Frederik van
Blankenheim, munt geslagen geworden is, is gebleken uit bet door ons boven
bl. 82 vermelde, maar onzeker is het of de stad immer eenig regt bekomen
hebbe tot het doen vervaardigen van eigen munt, hqedanige wij hier vervolgens
beschrijven zullen. Het blijkt echter uit den vorm der letters op deze munten,
dat zij eerst uit de tweede helft der zestiende eeuw dagteekenen.
Het zijn koperen veizilverde stukjes, die waarschijnlijk den naam van oorden
droegen.
hi" 1 heeft op de vz. twee schuins naar elkander geplaatste wapenschilden,
door eene lijn van boven aan een verbonden en tusschen welke zieh een bloempje
vertoont. Het linksche wapenschild is dat van Hasselt, zijnde een sqhild van
aznur (blaauw) met eenen dwarsbalk van zilver, beladen met een rood kruis;
het andere schijnt dat van het voormalig hopgschoutambt Hasselt te zijn, be-
vattende de stad Hasselt met de drie dorpen Roveen, Staphorst en .IJhorst,
benevens de onderhoorige buurten, thans uitmakende de gemeenten Hasselt en
Staphorst, en te zijn een dwarsbalk van zilver. Van het omsehrift is alleen leesbaar:
. . . D . . . IN . NO • DO.
Op de kz. ziet men een, ook aan de einden versierd kruis, hoedanig wij
ongeveer ook aantroffen op de Nijmeegsche muntjes van de tweede helft der
zestiende eeuw (zie PL V, N” 48, enz. onzer Munten der Heeren (Dynasten.)
en Steden van Gelderland (Haarlem 1858); verder vertoonen zieh vier kleine
sterren tusschen de beenen van het kruis. Het omsehrift luidt:
MONE | NOV • | CIV1T | . . SS.
K. B. weegt 0,9 w. Zs. Ons voorgekomen in de Verzamelingen van wijlen
den Heer i. b e c k e r b z . te Amsterdam en j . a . s t r i c k e r te ’s Gravenhage.
N" 2 versohilt daarin ten opzigte van de type der vz., dat de heim boven de
beide wapenschilden thans mede in een schildje geplaatst is. Het omsehrift luidt:
BNEDI . . . IN NÖ DO
De type der kz. is de zelfde en van het omsehrift is zigtbaar:
MONE | NOVA | . . . . | . . SS.
K. B. weegt 0,9 w. en is van de zelfde zeldzaamheid als de N’ 1.
N’ 3 vertoont thans eenen lossen heim van eenigzins anderen vorm dan op
N’ 1; ook zijn er thans drie pluimen op denzelven zigtbaar. Omsehrift:
BNEDI . . . IN • NO - DO.
Op de kz. vertoont zieh de klop van Zwolle (waarschijnlijk tot een teeken,
dat dit muntje ook in die stad gangbaar verklaard werd) op het veld. Omsehrift:
MONE | NOVA | CIV . . | HASS.
K. B. weegt 0,8 w. Z 6. Ons alleen in onze eigene Verzameling voorgekomen.
Wij gaan over tot de kleine muntjes N' 4 en 5. Zij hebben op hare voor-
zijde het wapenschild van Hasselt, op eenen arend met uitgespreide vlerken
rüstende. Omsehrift:
lg BNEDIO • Q ■ VE ■ IN • NO • DO
Op de kz. ziet men een kruis, dat in ieder van deszelfs beenen geopend en
verder zeer versierd is. In den rand leest men op N" 4:
MONE [ NOVA | CIVIT | HASS.
Op N- 5:
M O en N aan elkander E | NOVA | CIVI | HASS.
Het gewigt van elk der muntjes is 0,45 w.
K. B. Z5, als ons alleen in twee exemplaren bekend, het eene in de Verza