Inlossing, bl. 12 5.
In nomine patris, f l i i ac spintus sancti.
Opschrift op eene munt, bl. 16 7 .
Inquisitie, bl. 48; de Spaansche - r in Overijssel
ingevoerd, bl. .186.
Insinuatie ten opzigté der munt, bl. 240.
Instiluut (Verhandelingen van het Koninhlijh
Nederlandsch), bl. 60.
Instructie (Munt-), bl. 2 1 3 ; vooreenen ijzer-
snijder of muntgraveur, bl. 372,
Isenburg. Zie A a r n o u d .
Isenburg (Graaf van), bl. 1 1 7 .
Iseren (Munt-), bl. 222. *
Islegouwe (De landstreek), bl. 2 5 ; ook Sal-
land geheeten, aldaar, 81.
Isloi (Waarschijnlijke grenzen van den pague) ,
bl. 19 .
Isloi en Islegouw niet met elkander te ver-
warren, bl. 8 1.
Isloi (De grens van), bl. 26 , 8 1. g
Isseren ende stempeleñn, d. i. muntijzers,
bl. 250.
Italie (Nederlandsche geestelijken overleden
in), bl. 42.
/ I t t e r s t jm (W o l f v a n ) , b l. 9.3.
J .
Jaarmarhten in Overijssel, bl. 244.
J a c o b a van Beijeren, b l. 8 1 .
•lagers, visschers en herders, oudste bewoners
van Overijssel-, bl. 2.
Jaghers (Olde Groningher) , bl. 188.
Ja n van Nassau* (Bisschop), bl. 50, 51;
munt het eérst te Zwolle, bl. 332.
J a n I van Érabcmd (Hertog), bl. 16 2 .
J a n I I van Henegouwen (Ruitermunten van
Graaf) , bl. 168.
J a n van Ndmen (Ruitermunten van Graaf),
bl. 16 8 . .
J a n van Oostenrvjk (Don), bl. _229.
J a n vcm Didst (Bisschop), bl. 56.
J a n I I van Avennes (Gráaf), bl. 159.
J a n I I van Holland (Graaf), bl. 54.
J a n s s z . (H e n r i c ) , goltsmit te Kampen, munt
klein geld in 1470 , bl. 319.
Jegers. Zie Jagers.
fever (M a r i a van), Giavin van den. Berg,
bl. 258. . .,
J o a c h im , vermischte Anmerhungen, bl. 257.
Joachim daler, bl. 20 7 , 226; naamsoorsprong
dezer inunt , aldaar; verder bl. 409, 410.
Jdden te Zwolle v'erbrandbl. 62.
J o h a n of J a n van Kuinre (Heer), bl. 14 7 .
IO'tl'KXl V 'R tl I^ V R R S 10 ^ 2 5 . Opschrift
op eene Kuinresche munt, bl. 17 5 .
J o h a n n e s (Bisschoppelijke, munten met den
naam) , bl. 64.
J o h a n n e s den Dooper (Afbeeldingvan) ,bl. 60.
Johannes schilden, gouden mantsoort, bl. 178.
Joncher Jans penning he. Onbekende munt-
soort, bl. 185 .
Joncher en en Heeren, bl. 92; Joncheeren,
die gaame oorloogden, bl. 408.
J o o s t e n ( H e y n d r í c k ) , Assayeur van de
Landschapsmunt van Overijssel, bl. 350.
J o r d e n s (Mr. E . A .), over den IJssel als Han-
delsweg, enz. ,
J o r d e n s (Mr. W. H. C o s t ) , bl. 9 1 , 2 5 2 ,
• 254, 26 7 , 28 3, 284, 288, 29 5 , 298,
299, 809, 3 10 ; 3 1 1 , 8 14 , 342.
J o r i s (De Héiligé) of G e o r g e , bl. 3 3 1.
Journeen in de Munt, bl. 352.
JubeVjaar, bl. 88.
Judiciaal dam, Wevetinhhoven, bl. 14 8 , 150
twee malen;'-7- van Overijssel, bl. 2 14 .
J u n g , Hist. Comitatñs Benthémensis, bl. 15 .
Jurisdictie (Conflict van) tusschen de Bis-
schoppen van Utrécht en Munster, bl. 15 .
J OSTINIA.NUS , bl. 2 3 1.
K.
Kameraarsreheni/ng, bl. 67, 7 5 , 206,, 297 ,
298, .345, 408. I ,
Kamefgerigt van Spiers, bl. 258. 'Y
Kamerijh '(Munt van P e t r u s , Aartsbisschop
van), bl. 17 2 .
Kampen (Getal comniunican^en te), bl. 3 ;
Ubb’o Emmius’ s meening, dat deze plaats
tot Friesland zóude behoord hebbeh, door
Mr. J . v an Doorninck wedersprokein, bl.
9; de oorsprong der sladstegten scbtiilt in
het duister, bl. 1 9 ; oudste bekénd Muntprivilegie
der stad, bl. 3 18 ; de stedemun-
ten beschreven, bl. 3 2 0 -3 3 1; munt van ,
bl. 284; de Munt van rigfc zich in ha-
ren sleeschat naar die . van Deventer , bl.
822; munt in gemeenschap met Groningen
en Deventer, bl. 276; de Provinciale Munt
derwaarts uit Hassell overgebragt, bl. 418.
Kamperveen,. bl. 109.
Kanonnih van St. Salvator ( L e b u i n u s ) , bl.
229.
Kmunnihen (Kapittel van), bl. 34.
Kapenollen, lees Koppenollen.
Kapitein-Generaal, bl. 12 9 ; CaptijnrGene-
rael van der Munte, bl. 226.
Kapittelhuis te Utrecht (Groot), bl. 104.
K a r e l de Groote. In zijn tijd bewoonden
de Saksers Overijssel, bl. 1 0 ; zijne wijze
inrigtingen, bl. 2 1 ; verval derzelve na
*smans dood, bl. 2 2 , yerder bl. 229.
K a r e l van Gelre of van Egmond, bl. 95
noot, 10 3 , 10 5 , 10 6 , 10 8 , 10 9 , 1 1 0 , 1 1 1 .
K a r e l de Stoute, bl. 94, 97.
K a r e l IY (Keizer) , bl. 6 3 , 6 5 , 74.
K a r e l Y (Keizer), bl. 9 0 ,12 8 ,12 9 ,2 0 8 ,2 16 .
K a r l o m a n , bl. 1 1 .
Karolingisch hruis, bl. 169.
Kasteel te Vollenhove gesticht, bl. 40; te
Hardenierg, bl. 4 7 ; — of sterkte, door
den Bisschop bij de Stellingwervers gesticht,
bl. 54; — te Goor gesticht, bl.
| 56.
Kastelein, bl. 46, 7 3 , 74.
Kastilie (Wapenschild van), bl. 898.
Hater- o f Koterveer, bl. 79.
Katrijne (Joncfrou) gulden, bl. 180.
K e e r (Yerzameling van den Heer O.) te
Amsterdam, bl. 1 5 5 , 16 3 , J 6 5 , 1 7 5 , 2 17 ,
enz.
Keerpunt in de Mu/ntgeschiedenis (De Paci-
ficatie van Gend geen juist), bl. 258.
Keisteenen aan de Yollenhoofsche kust, bl. 1 3 .
Keppel (Huis te), bl. 6 1 , 64.
Kerfstohhen en uitgehnipte letters, bl. 300.
Kerh (Misbruiken in de),; bl. 1 16 .
Kerh gesticht te Wilp, bl. 2 ; houten k^rk
te Oldenzaal verwoest, bl. 1 1 ; heilige
duisternis in de oudste Christenkerken,
bl. 19 ; steenen kerk des jaars 954, bl.
29.
Kerhelijhe oudheden. Zie v a n H e u s s e n .
Kerhhoven (Begrafenis der lijken op de),
bl. 15 .
Kerhje op munten, bl. 44.
Kerhvergadermg, bl. 55.
Kerhvoogd (Geestelijk gebied van den Utrecht-
~ schen), bl. 1 2 ..
Kersfeest en St. Niholaasfeest, feesten der
jeugd, bl. 234.
K e r s t k e n ( P a s s c h e ) , Muntmeester (?) te
Kampen> bl. 3 19 .
Ketel (Monten opten), bl. 220. Door ons
vroeger uitgelegd in de Munten der Heeren
en Steden van G elder land; munteren opten
hetell, bl. 226.
Keulen (De Aartsbisschoppen van), bl. 79;
hunne munten, bl. 179.
Keulsche hreits der Hanse, bl. 5 1.
Keurvorstergulden, bl. 178.
Keu/rvorster-, Vorsten- en Stedenguldens, se-
dert 1 5 1 1 geslagen, bl. 2 2 1.
K i l i a e n , bl. 186.
Kinder en van het dorp Fmmelehomp, bl. 136 .
Kmhhorst (De) bij Meppel, bl. 1 10 .
K i s t en R o i j a a r d s , Archief voor Kerhelijhe
Geschiedenis\ bl. 232.
Klaringe in Overijssel, bl. 73;,na tegenstrib-
belen te Deventer gevestigd, bl. 78.
Klav,erblaadjes op munten , bl. 170 .
Klee f (De Hertog van), bl. 83.
Klemmergulden, bl. 1 9 1 .
KVmhert of clinchaert, bl. 75.
Klooster, bl. 79.'
Kloosterlingen (De Jaarboeken der), bronnen
onzer oudere Geschiedenis, bl. 35.
Kloosters. (Z'endelingen uit Schotsche) verkon-
digen het Evangelie in Nederland, bl. 1 1 .
Klop op eene munt5 bl. 272 twee malen.
Knapen. Zie Riddere.
KnapTcoeh, muntsoort, bl. 224.
Knechten, bl. 93.
K n i j f ( J o h a n ) , Stedelijk Muntmeester te
Kampen in 14 6 2 , bl. 3 19 .
K n i p s c h i l d s ( P h i l i p p u s ) , bl. 305.
Koebv/rg, bl. 126 .