Umbalaha (De gouw), bl. 26, waarschijn
l(jke beteekenis van dit woord, bl. 27.
U r b a n u s l i (Paua), b l . 2 8 8 .
Urei. Zìe Urk.
Uri, bl. 25, 30 twee malen.
U r s u s (De Heilige), bl. 232.
Usipeten, oude bewoners van Overijssel (P),
bl. 8, 7.
Uterloo (Z w e d e r van), b l . 67.
Utrecht, verwoest door de Denen, bl. 88;
beroemde school te —, bl. 18, verder
bl. 227, 229, 804, enz.
Utrechteche Jaarboeien. Zie B u r m a n .
Vaandels soldato», bl. 123.
Vaantje aan eene lans of speer op mnnten,
bl. 168.
Vacii of vlies (Gulden), bl. 897, 899,
enz.
Valencia (Wapenschild van), bl. 898.
V a l e r iu s A n d r e a s , b l . 124.
Valhekìen in poorten, bl. 1 2 8 .
Valois (Koning P t l ip s van), b l . 6 1 .
Valsheyt opten golden ende sihteren pennin•
gen, b l . 322.
Vdlneren (Munten), d. i. derzelver waarde en
prijs bep&len, bl. 211.
Varkenskotten in de steden, bl. 101.
Varsevelt, beboorde vroeger geestelijk onder
den Bisschop van Munster, bl. 16; waar-
schijnlijke reden daarvoor, aldaar.
V a r u s (Q u in t i l iu s ) , b l . 4 .
Vecht (Onde toestand längs de oevers van
de), bl. 3 twee malen; zie verder bl. 80;
kasteel aan de —, bl. 69.
Vederen als hehnteeken bij het Deventersche
wapen, bl. 255.
Veelen (Kasteel) in Westphalen, bl. 65.
Veemgerìgten, bl. 48, 49.
Veemschepenen, bl. 48, 49.
Veen bij den Ussel, in 815 weggesehon-
ken, bl. 30.
V e e r s s e n [anders Y ib r s s b n ] (W il l e m v a n ) ,
Muntmeester, bl, 249, 251 noot; zie verder
op V i e r s s e n .
Vi i j e db B urine (De Kolonel d i ) te Utrecht,
bl. 314.
Veldhuizen in Bentheim, vroeger onder dòn
Bissohop van Utrecht, bl. 15.
Ve i .l ed a , bl. 6.
Vellejus P ateroulus, bl. 85.
Veluwe — Umbalaha? bl. 27 noot; —- leen
van Utrecht, door den Brabandschen Her-
tog verheven, bl. 40, verder bl. 41; twee
malen.
Vene, of Venehuse, bl. 147.
Venraidt, bl. 206.
Verächter (De Heer E.) ontdekt het eerst
de Kuinresche munten, bl. 154.
Verbeurdverhlaring van- goederen (Onwettige),
bl. 133.
Verbond der Franken, bl. 8.
Verden (Bepaling der grenzen van het Bisdom),
bl. 16.
Verdragsbrief, bl. 66.
Vergelijk, bl. 124.
Verheyden (Nicolaus) , Stads-Secretaris te
Deventer, bl. 206; wanneer hij het laatst
voorkomt, aldaar noot.
Verkade (Muntboek van), bl. 313, 414.
Verloopen van het geld, bl. 823.
Vemenburg (Bisschop J an van), bl. 65.
Vemieling (Geheele) van kasteelen in Overijssel
; reden daarvoor, bl. 71.
Verwoolde (W olter van Keppel, Heer van),
bl. 93; het huis Verwoolde, bl. 94.
Verzilverde koperen muntjes, bl. 844.
Vesten van Ommen gesiegt, bl. 57 ; de wallen
hersteld, bl. 74.
Vestìngen (Verbod van aanìeg van nieuwe),
bl. 72.
Vianden. Zie H enr ik .
Vianen (Heeren van), bl. 845.
Victorsdag (St.), bl. 83. •
Vienne (Kerkvergadering van), bl. 55.
Vierbeenig kruis, bl. 272.
Vierde deel van eenen Daalder, bl. 267.
Vierkant (Muntsoort afleen voorkomende in
het), bl. 256.
V iersen of Vier s sen (Mr. Willem van) ,
Muntmeester, bl. 207, 219, 251, 282.
V iglius Zuichem (De President), (sic) b l. 247.
Vijfde deel van den Eilipsdaalder, bl. 400.
Villa. Wat deze naam in de middeleeuwen
beleckende, bl. 17, 18; het woord som-
tijds met marca verwisseld, bl. 18; de
villa Cruoninca, bl. 34.
Villa linieri, villa Manheri, bl. 28.
Villa Oeanni, thans de buurschap Oeken
over Wichmond (P), bl. 19.
Visschers, her der8 en jag ers, oudate bewoners
van Overijssel, bl. 2.
Vit el l iu s (Keizér), bl. 6.
Vlaamsche of Vlemsche. nobelen, bl. 178.
Vlamderen (Handel yan Overijssel op), .bl.
52; zie verder bl. 121.
Viag op een schip, bl. 325.
Vielehen en kleine steden van-het Over sticht,
bl. 122.
Vlemynck (L ambert) , Muntmeester te De-
venter, bl. 311.
V leminck ( Jasper) , Muntmeester, bl. 248,
251.
VUedhewel, bl. 147 noot.
Vüegers (Gronynger), bl. 278, of swa/rte
simers, aldaar.
Vlies (Orde van het Gulden), bl. 237.
Vl/wys (Gulden) voor vlies, bl. 188.
Voerst (De Heer van), bl. 39; Z weder
von —, bl. 57 ; het sterke kasteel van —
tot den grond gesiegt, bl. 64; het ge-
slacht van — verzoent zieh met den Bisschop,
bl. 64.
Volksal/ma/nak (Groninger), bl. 273.
Völkstellmgen in Overijssel, bl. 3.
Volksverhuizmgen der vijfde en zesde eeuwen,
bl.' 4.
Vollenhove (Vond van mnnten te), bL 21;
banwoud in —, bl. 28; Ommelanden van
—, bl. 23, 27 ; kwartier van —, bL 23 ;
land van —, bl. 25 ; lag nimmer in Dren*
the, bl. 26 ; plaats Vollenhove komt reeds
in 1134 voor, bl. 27.
V olrad van Kuinre, bl. 146 twee malen.
Voogden o f Reg ters der Hanze, bi. 66.
Voorregten (Twijfelachtige stedelijke) verzekerd
döor den eed der Burgemeesters, bl. 244.
Voorst (Huis), bl. 26; twee derzelve vermeld,
bl. 45, en verwoest, aldaar.
Vorst in Overijssel (Zeer strenge), bL 53.
Vos (F rans de) , bl. 118.
Vreden, bl. 29.
Vreemde Daalders, d. i. Dmische, bl. 240.
Vriesche golden (Verbod van) in Overijssel,
bl. 279.
Vrijen (De mimt), d. i aan geene bela*-
ting onderwerpen, bl. 220, 270.
Vrijgeleide (Brieven van), bl. 94.
Vrijgraaf, bl. 89, 90.
Vrijstoel, bl. 63.
V. 8. L. 3L Beteekenis dezer lettera op ze-
kere noodmunt, bl. 256.
Vuerijser, zilveren muntsoort, bL 182.
Vvm (Ben gestorvene door) tot asch gebragt,
bl. 15.
W.
Waaräijn, bl. 209; JVaerdijn, bl. 213.
W agen a a r , Vaderlandsche Historie, bL 132.
Waldek (Adolf van) d in g t n aa r den U -
trechtschen Bisschopsmijter, bL 54.
W aldemar 111 (Koning), bL 66.
Wallmcowrt (Munt van Jan , Heer van), bL
172.
W a l r a v e n van Meurs, bL 85; slaat voor
Ul/recht te Keulen munten ; deze niet gang-
baar, v d o r dat de Baad ze goedgekeord
had, bl. 85.
Wandaalsche steden, bL 86; ook Wendische
genoemd, bl. 323.
Wapenen, bl. 116.
Wapenschild van Kuinre, bL 155.
Wapenstilstand, bL 86.
Wassen of in waarde verminderen (Mnnten),
bl. 322.
Wasteeken (Beteekenis van h e t woord), bl.
151.
Water vergiftigd, bL 62; met Haar water
en niet met hier de gouden en zilveren
mnnten vervaardigen, bL 369.
Watergeuzen (Inneming van Brielle door de),
bl. 139.
Walerlanders, bl. 81.
Watervloed (Hevige) in Overijssel, bL 51,
53; zie verder op Ooerstrooming.