25120 | oiuec | a a a a | #vn.
K. B. weegt 1,4 w. Eigendom van den Kolonei d e v e i j e d e b d e in e te Utrecht.
N' 34 is een vervolg van den muntslag. met den zelfden Stempel van N 33,
van het jaar 1517.
De type van voor- en keerzijde is volkomen de zelfde.
Het omschrift der voorzijde is thans:
>$< JI20X2©riV£ I20V' o D© ■> DTiVSnmRI1
dat der keerzijde (tusschen de beenen van het kruis de zelfde letters):
25X2120 | 0X2 • 02 • D | GCaOO | $««11.
Z. weegt 0,7 w., namelijk het exemplaar van den Heer j . a . s t r ic k e » te
’s Gravenhage; een ander van Z. B., eigendom van den Heer k e e » te Amsterdam,
weegt slechts 0,6 w. De munt is van Z5.
N° 35 is geslagen op den voet (het gehalte), de grootte en het gewigt van
de dusgenaamde Snaphanen van Kampen en van Nijmegen.
Wij vonden deze munt, doch veel te groot, afgebeeld op een ons welwillend door
Mr. w. h . cost jo r d e n s te Deventer medegedeeld, op het stadhuis te dier stede
berustend, HS. en wel neveus den- later door ons te beschrijven (zie dien afgebeeld
op PI. XVI onder N° 23) Snaphaan der stad Kampen.
Met de hand van den Stads-Secretaris uit de helft der zestiende eeuw, Verheyden,
staat daarbij gesclireven:
,/ Deze twee silveren penningen synnen so guet als die Snaphaen to Nijmegen
»gemuntet, holdende acht penningen fijn siluers, gaende twee en dartichste
//halve stuck in een marck Troisch.//
De munt heette, blijkens de Ordonnantie, zie boven bl. 302, Deventer
Schillinck, en had een gehalte van 8 penn, of 4Me, er 31f uit een mark
Trooisch kwamen. De Muntmeester had een remedie van 2 grem, alsmede een
half stuk in de snedej de sleeschat was een stuk of of 2 van de 63 ver-
vaardigde Schillingen, die de Muntmeester Albert Munter aan de Begering van
Deventer voor het yerlof van te mögen, munten, en daaruit zijn voordeel te
trekken, moest uitkeeren; zie de meergemelde Ordonnantie hier boven, bl. 30.
Op de vz. ziet men den Deventerschen arend met het wapenschildje van het
Oppersticht onder den staart. Het omschrift is:
>J< SI20X2SrU25 * I20V25 * DS * D25VSX2IPBI25.
De kz. vertoont een gedeeld wápenschild, waarop aan de regterzijde het groo-
tere deel van den Deventerschen arend en aan de linker- het wapenschild van
het Oppersticht, alles rüstende op een gebloemd kruis, dat door die versiering
als Zoodanig naauwelijks te herkennen is. In de uiteinden vertoonen zieh kleine
arendjes. In den rand staat:
25X2X20 * D I 0MII2' | MCCdCta | GX^III
De munt gold zes stuivers Brabandsch (zie boven bl. 302).
Zij wéegt dooreen 7 w. en is van Z1, ons voorgekomen in het Komnklijk
Kabinet te ’s Gravenhage (gewigt 7,6 w.), alsmede in dat I van den Heer
j . A. s t r ic k e r aldaar (weegt '6,9 w .) ; verder in dat van den Hoogleeraar s e r -
r u r e te Gend (weegt 7,6 w.), en in dat van den Heer k e e r te Amsterdam
(diens exemplaar weegt slechts 6,54 w.); ook bij den Heer vo n r e ic h e l te
Petersburg en in onze Verzameling.
Deze munt komt in verschillende Beeldenaars voor, doch de oudste onder deze is ,
bijaldien wij ons niet vergissen, die van Januarius in het jaar MCCCCCXXVIIJ,
na stil shbffs van Hollant. Gheprent tot Amstelredam in die kerckstraet bij mij
Doen Pieterzoen in Ent/helenburch cum gracy et previlegio, en voorzien met de
wapenschilden van Karel V en het Bisdom Utrecht. Het eerst is afgebeeld de
Snaphaan van Karel van Egmond (zie onze Mu/nten der Graven en Hertogen van
Gelderland, Haarlem 1852, PI. XVIII, N° 45); daarna volgt die van Nijmegen
(zie onze Mmten der Heeren {¡Dynasten) en Steden van Gelderland,
Haarlem 1853, PI. I I , N« 15); dan volgt de tegenwoordige munt, en daarna
de Snaphaan van den Luikschen Bisschop Erard van der Mark.
Boven aan staat: »Die nieuwe Geldersce silueren penningen die men noemt
ii Snaphanen Ende diergelijke van Niemagen van Deuenter ende van Ludick hier
a gefigureert.
ii Dmarck viij gulden viz stuue.. xvijz miten vlaems. Donche xxz stuue. xvij
//miten. Dingelsche eenen stuuer ij miten.//
Men telde of woog ze dus in 1528 bij marken. Wij kennen er slechts «es sinks van.
N" 36 heeft genoegzaam volkomen de zelfde type als deze; ook het omschrift
der voorzijde is het zelfde.
40*