
'1 if
G T s T E
Z A M E N S P R A A K
O V E R D E D I E R E N O N Z E S
V A D E R L A N D S .
Huisdieren. Hond, Kat. ' Rot. Muîs. Paarâ^
Os. Koe. Ezel. Schaap. Bok. Geit. Zwyn.
Wilde Dieren. Hert. Rinde. Wolf.
Vos. Das. Bontfem. Wezel. Hermelyn.
Eekhomi. Egel. Haas.
Konyn. Fret. Mol. Veld-
muis. Otter. Bever.
vraag. Z u l t G y op dit eenvoudig aanger
naam Landgoed uwe Onderwyzingen voojr
my wél willen hervatten ?
ANTWOORD. Deeze plàats is .e r wonder wé j
toe gefchikt ! V ra a g , wat g y weeten wilt ,
ik zal U antwooden.
V . Vergunt g y my deeze vryheid , ik za]
dan viaagen! — D§ar g y de voorige
algemeene Eigenfchappen der Dieren befchreeven
h e b t zouden w y thans niet tot
derzelver byzondere hoedajiigheden kunnen
overgaan ?
A . Gelyk ik , dus v e r r e , niet ailes U gezegd
heb
H u I s 0- I E K E N. è i
íieb van Gods gefchaapen’ W e rken , wat er
van kon gezegd worden ; doch alleen zo
veel ais ik noodig dacht, onj uwe ílaapen-
de oplettendheid wakker te maaken; om U
de magtige goede hand des grooten en w y -
zen Formeerders daarin te doen z ien ; zo wil
ik nu wel op denzelfden Voet voortgaan ,
en U verder op den weg van eigen onder-
zoek helpen; op dat g y daarna- uit eigen’
oogen moogt zien : de begonnen draad leide
ons zeker tot de Dieren. Met welken van
dezelven zal ik beginnen ?
V. M e t welken het ü behaagt/
■ A. W y l wy thans in huis z y n , laat ons'
eenen aanvang maaken met de gezelligen
met onze h ü i s d ie r e n , die by oas woonen,
die ons de grootíle dienften doen, en weL
ken daarom, o n g e tw y fe ld , de voorrang boven
de wilden o f r o o f d ie r é n toekomt.
V . Daar ligt een h o n d aan uwe voeten ,
hy is een gezellig D ie r , hy woont by ons
begin maar, zo het ü g e v a lt , líiet den-
zelven.
A. Het is w é l! maar denk n ie t , dat de
Hond van natuur een gezellig Dier is; neen,
hy is wild van aart, met moeite getemd,
en tot een Huisdier gemaakt, om dat hy
ons van nut kon zyn.
V. Die moeite is dan rykelyk beloond;
want we hebben nog al eenige foortea
van
> : -lS', ' i 4
' i
i
i ■ I
■i *
3.
■¡t- t \
' f 1
1,-x ; ' '
■i;
A' '