
l i f t
te i«íi I 1,
290 W. U ; v r.'
in eene ;buigende . vlugt dat i s , eerst naar
beneden en dan fchielyk naar boven- opgaande,
moesten vliegen , , en ’er zieh dan
inwippen. D it dnurde zo lang , tot dat deezen
, de konst gevat hebbende,, er weêr
inkeerden — — Ik h e b , in den voorleden
zomer , eene Moeder v y f jonge Zwaluwen
op de goot van myn huis zien voeden. Z y
moest derhalven vyfmaal uitvliegen , om telkens
iets: te haalen ; maar denkt g y , dat
z y intusfchen v e r g a t , wie der jongen eenc
beurt hadt gehad ? Neen , z y hadt het zeer
w é l onthouden, en toonde haar ongenoegen,
wanneer ’er é én , voor zyne beurt, den mond
opende, om de fpys te ontvangen ------
V o eg by dit alles derzelver liefelyken zan g ,
en - g y - zult moeten erkennen , dat ook deez
e Vogelen uwe opmerking verdienen.
,V . Z e k e r ly k , uw gegeeven berigt is my
zeer aangenaam ! W elke Wonderen in deezen
zo gemeenen Vogel ! Dan , waar b ly ft
hy ’s Winters ?
A. Z y vertrekken o f liaar een ander Land,
o f ? llaapen onder het water tot de Lente :
dit ■; flaat; noch-'in gefchil. Men g e tu ig t,
Zwaluwen. in den Winter onder uit het wa- ‘
ter gehaald t e . hebben , levenloos fchynende ;
doch die in de warmte komende, als uit
den- dood ontwaakten. Meer ? ondervindingen
hiervan ontbreeken nog j , . dm d i t , van alien
P A T R Y S . K O R H O E N . 2 p i
len v o o r ; waarheid aan ß e neemen.
V . G y fchynt door deeze Koornvelden' den
weg naar huis te willen neemen?
A . ; Moeten w y juist längs denzelfden
weg naar huis keeren ? Ik verkies altoos
eenen anderen, als ik hem vinden k a n ,
dewyl verandering , ook in de wändelingen /
ons zeer behaagt. En heeft niet daaronS
de Formeerder der Waereld een zo groot
verfchil in gezigten gemaakt ? ¡------ W y
zullen op deezen weg ongetwyfeld iets b y zonders
ontmoeten. Daa rß iebt ge al i e t s . . . .
V . W a t ? dien troep V o g e len ! ' r; i
A. Ja! dien troep p a t r y z e n , gröoter dan
Duiven , aschgraauw , ros en zw a r t , zeCr
fraai ondereen gemengeld en getekend: Onze
inlandfchen , gelyk deeze , zyn hier iiit-
gebroeid : men vindt er van twaalf tot drie-
entwintig jongen in éénen nest. D e vreemden
trekken met geheele vlugten > d o o r ." Z y
flaan in hooge achting, . en geeven een uitneemend
lekker gebraad ; hoewel d e k o r -
h o e n d e r e n , zo geheeten van hun korren
en kir ren , die hier' veel voorkomen-, nog
hooger gewaardeerd worden. Mogelyk hebt
g y nooit deezen zeer fraaien Vo g el gezien
?
V . We lk een geluid hoor ik ? Is dit het
korren der Korhoenderen ? ‘ »
A . ^ Neen 1 het is de »ftem 4 van - eenea
, ^ X 2 KWAR-
[l
: • •# -
: I' l;
iK -V
L .
i/
1/ illl'