
'tí
ft ,11
jg(5 ’t v l i e g e n p e r v o g e l e n ,
dus die ziekte kovt doet ' duuren. '
V . Hoe tneetkundig heeft de Schepper alles
in dit Dier afgepast ! Hoe veele verwonderlyke
' zorgen zyn er voor de Vogelen ge-
draagen ! , Hoe fraaie dingen toont g y my !
dingen, die ik anders nimmer zop opgemerkt
, o f. begreepen, hebben !
A. Ik ben noch niet aan het einde ! G y
hebt alleen de voorbereidfels to t het vliegen
gehoord , nu moet g y ' ook dit laatfte verftaan,
Moesten de Vogelen altyd pp de aarde
loopen , gelyk de Dieren ; z y zouden
bioQt gefteld zyn aan duizend gevaaren,
zonder die te kunnen ontvlugten o f weêr-
ftand te bieden, N u ftygen z y , eenig kwaad
dugtende, in de h o o g te , en belaggen den
vogelaar , - den vervolger , het paard en
zynen ryder , gelyk oudstyds zo fierlyk
van den Strdsvogel werdt uitgedrukt, Job,
X X X IX . 21,
y . Hoe komen de Vogelen pm tp vliegep
naar bpven ?
A . Z y verftaan die Konst zeer wel ! Met
eene kleine opwippinge, . door middel der
p o o ten , heffen z y zieh van den grond op ,
en de Vleugelen tevens uitbreidende, o f
eene kleine bogt maakende,, om den Wind
te v a t te n , raaken z y ;in de hoogte! De
L ucht is w e l ligter dan de V o g e l, en zou
hem omlaag houdpn ; d o ch , zyne Vleugelen
Í
>
A VLIEGEN p e r v o g e l e n ,
pitgedrpid hebbendp, en de ]Lucht met deze
lv e flaande pp ^amendringende ^ b ly ft hy
^aarin hangen, '
V . Hoe vliegt hy dan ?
A. Zeer verfchillend !
Tw e e fqorten vlie-
gen nipt op eene gelykp
w y ze — . Eeqi-
gen , gelyk de Vinken ,
vliegen g q lf sw y z e ,
dat i s , z y wippen aartig op en neer —
Anderen vliegen , regt tqe regt aan , in de
Jaagtp ------ Sommigen , als de fjavikken en
Qievaars, ftygen op , by rpnde opklimmin?
gen , als z y in eepe groote hoogtp willen
zyn , eyen gelyk w y eenen , wenteltrap beklimmen
; waqt lynregt Qp te vliegen zqu
piet gelukken ----- Anderen vliegen in andere
bqgtigp verhoogingeu — — Sommigen
maaken de fchoqnfte , fchielykite qmwendin-.
gen op allerleie w y z e n , gelyk de fnelle
llwaluwen ------ Eenigen hebben eene byster
ongeregelde v lu g t , als de Vleermuizen - - 1 -
Sommigen fchynen weinig moeite in de hoog-
te d o en , vportgedraagen en zweeyende
op hunne wieken in ’ t Qitfpanfel, door de
yceds geniaakte beweeging, gplyk men in de
Oievaars, -als z y aan ’ t klimmen zyn , kan
zien ----- Eenigen vliegen a lle en , ande-,
ren by fch o o len , qp alle wplke dingen g y
nader kunt letten,
V. En waartoe dient hup Staart ?
4 *. Hep Sfaprt gebripken z y , wanneer z y
fnel
• I .
■,iil ,', It*
I ' if.
r
i Í I
: ' I