JOKWF.RD , d. in Fivelgo, prov. Groningen. Zie J c k w e r d .
JOLAMA , opgeworpen hoogte, buiten den kapitalen zeedijk , in
bet Westerkwartier, prov. Groningen, vermengd met veel stcen, in
overoude tijden tot eeöe baak in de Lauwerzee gediend hebbende. Zij
bevat omstreeks een half uur in den omtrek j en gceft aan eene sectie bij
de kadastrale verdeeling in de gemccnte den naam van J o lam a b u u r t.
JOLANAN, plaals in Oost-Indie, op het Sundasche eil. Java, resid.
D jo c jo k a r t a . , ' “ ■ '
JOLO (DE), riv. in Oost-Indie, op bet Sundasche eil. Sumatra.
JOMPANDAM, verbasterde naam van O ed jo n g - P a n d ja n g , - zijnde eene
liaven in Oost-Indie, op het Sundasche eil. Celebes. Zie O edjong- P an dja ng .
JOMPLAN, d. in Oost-Indie; op bet Sundasche eil. Java, resid.
Kadoe, ads. res. Magalang.
])en 19 Augustus 1828, werden bier eenige muitelingen door den
Kapitein R in ia van N abta aangelroffen, waarvan er door de kavallerie
vijf werden ter neder gesabeld en eenigen gewond ;,terwijl twee gewe-
ren . eenige lansen , klewangs en kritsen werden buit geinaakt,
JOMPONG , waterval in Oost-Indie, op het Sundasche eil. Java,
resid. Preanger-Regentschappen, in de Tjitarang, op de grensscheiding
van de distr. Ronga en Koppo. I •
JONEN , J oene o f ’t J oone , buurs. in Vollenhove, prov. Ovenjssel,
arr. en 6 u. N. van Zwolle, kant. en 2 u. Z. Z. W. van Steenwijk,
geiti. en I u. W. ten Z. van Giethoorn, aan het zuideind van het
Gietboornsehe-meer; met 2 h. en 16 inw.
Bij den watervloed van February 1823 liep dit geh. mede onder :
terwijl voor de bewoners van bet eene huis alles -verloren ging , doch
die van het andere, alles behielden. _
JONGAMA, state, prov. Friesland, kw. Oostergoo, gnet. Rauwerderhem.
Zie J ongema. „ ■ ' ■
JONG-BAARSZANDE i pold. in Staats-Flganderen, in het Land
van Kadzand, prov. Zeeland. Zie B aarzande (1).
JONGE-BUREN , b., prov. Friesland, kw. Zevenwouden, gnet.
Doniawarstal, arr. en 2 u. Z. 0 . van Sneek, kant. en 4|^ u. N. van
de L'emmer,-1 u. N. van Goingairijp, waartoe zij behoorde, bij het
Sneel^ermeer.
JONGE-JAN (DE) , pold. op bet Eiland van Dordrecht, prov. Zuid-
Holland. Zie D o rd r ech t ( P o id e r - d e - J ohge- J an- v a s - ) .
JONGE-JANSGAT (HET), kil in den Riesbosch, prov. ]\oord-Rra-
band, in eene zuidwestelijke strekking, tusschen de Jonge-Janswaard
en Breedweer-van-Floris-vnn-den-Tempel , van de Merwede naar de
Sneepkil loopende.
JONGE-JANSWAARD, onbehuisde pold. in den Biesbosch, prov.
ISoord-Braband, Tweede distr., arr. ’s Hertogenbosch, kant. Ileusden,
gem. Werken dam; palende N. aan de Merwede, 0 . aan den Kop-van-
den-Oude-Wiel, Z aan Breedweer-van-Floris-van-den-Tempel, W. aan
den Bijlandsche-waard onder Hardinxveld. _
Deze pold. beslaat, volgens het kadaster, eene oppervlakte van
20 bund. 1 v. r. 40 v. eil., en wordt geeombineerd met Breedw eer-
v a n -F lo r i s - v a n - d e n - T em p e t en den K o p - v a n -d en -O u d e -W t e l ,
door eenen honten duiker, wijd 9 palm. 4 duim., voorzien met eene dryf-
denr en schuif, op het Jonge-Jansgat en verder op de-Sneepkil ¡v a n
(1) Alle de overige namen, die eameogesteld rijn met Jorg, en hior niel gevonden YYOvden ,
zoeke men op de woorden Tan ondersebeidiog»
het overtollige water entlast. Het land ligt 1 eil. 8 palm, boven A.|P.
Deze pold. is alleen aan het benedeneinde voor een klein gedeelte met
eene kade voorzien, vermits voor het overige de oevers de noodige
hoogte hebben. De kaden zijn hoog 2 ell. 1 palm. S> duim h 2 eil.
3 palm.
JONGEMA, J osghama of J ongama , voorm. state, prov. Friesland,
kw. Oostergoo, griet. Ferwerderadeel, arr. en 3 u. N. van Leeuwav-
den, kant. en 2 | u. Z. W. van Holwerd, % u. 0 . Z. 0 . van Hal-
lum, waartoe zij behoorde. — De plaats, waar zij gestaan heeft, weet
men niet meer aan te wijzen. _
JONGEMA , J onghaiba of J ongama, voorm. state, prov. Friesland,
kw. Oostergoo, griet. Idaarderadeel, arr. en 3 u. Z. van Leeuwarden,
kant. en 1 u. 0 . van Rauwerd, i 11. Z. W. van Grouw, waartoe zij
behoorde. ' v
Ter plaatse , waar zij gestaan heeft, zietmen tbans eene landhoeve.
De daartoe behoorende gronden, beslaande eene oppervlakte van 26 bund.
93 v. r. 60 v. eil., worden thans in eigendom bezeten door den Heer
J. A. van d e r G oot , woonachtig te Sneek.
JONGEMA, J onghama of J on gam a , stat., prov. Friesland, kw. Oostergoo,
griet. Rauwerderhem, arr. en 3 u. Z. ten W. van Leeuwarden,
kant. en 3 min. ten N, W. van Rauwerd, waartoe zij behoort.
Op deze state woonde , in de Saksische tijden , E do J o n g em a , een
goed vaderlander, die eenige aanteekeningen over de Friesche zaken in
de Friesche taal heeft nagelaten. In 1313 werd dit huis, door de
Zwarte hoop, verbrand:
Deze state wordt thans in eigendom bezeten en bewoond door Jonk-
heer T ja l l in g A edo J ohan van E t s in g a .
JONGEMA, J onghama of J ongama , voorm. state, prov. Friesland,
kw. Westerqoo, griet. Hennaarderadeel, arr. en 2 u. N. N. W. van
Sneek, kant. en 1J u. N. 0 . van Boisward, £ u. Z. van Wommels,
waartoe zij behoorde.
Ter plaatse, waar zij gestaan h eeft, ziet men thans eene boeren-
huizing. De daartoe behoorende gronden , beslaande eene oppervlakte
van 30 bund. 17 v. r. 60 v. eil., worden thans in eigendom bezeten
door den Heer R. G o r t e r , woonachtig te Sneek.
JONGEMA, J onghama of J ongama, voorm. state, prov. Friesland,
kw. Westergoo, griet. Wymbritseradeel, arr., kant. en 1 u. 0 . N. 0 .
van Sneek, te Goinga.
H e s se l J ongema van G oinga was een van de Friesche Heerschappen,
die in het jaar 1300 door den Hertog van Saksen verslagen werd.
Een dezer staten is het stamhuis geweest van het oude geslacht van
J on g em a , tot hetwelk behoorde Edo H e s se l s J on g em a , die zieh beroemd
gemaakt heeft, door wijzen en stouten wederstand tegen het voornemen
van Hertog G e o r g van S a k s e n , om het leenregt in Friesland in te voe-
ren, en van L aes J ongema , een der teekenaars van het Verbond der
Edelen (1).
JONGEMA-HUIS, J onghama- h u is of J ongama- h u is , oudtijds J dw in g a
en later nBT Hooghdis genaamd, voorm. adell. h ., prov. Friesland, in
de st. Boisward, aan het einde van de Kerkstraat.
Het was eene bezitting van het oude geslacht J on g em a , hetwelk het
voorregt had van altoos eenen Olderman der stad en Gilden in de
(1) Zie over beide Mr. J. S ch e ltem a , Staatkundig Nederlan d, D. I , bl. 8 8 6 -8 3 8 , en J. W t e
W a t e * , Historie van het Verbond der Edelen, St. I I , bl. A87-489,.
VI. D e e l . 11