oin zieh van het noodige te voorzien, waarom de Ambtmari eenige personell
derwaarts zond, die zieh met groote moeite eenen weg door het veldijs
baanden , ten einde levensmiddelen rond te brengen ; terwijl zij ook op
den 29 een aantal van zes en twintig personen afhaalden uit een huis,
hetwelk reeds begon in te störten , en kort daarna geheel vernield
werd.
In den nacht tusschen 29 en 30 brak de rivier los, toen stroomde
het water, op onderscheidene plaatsen in het d., over den dijk binnen-
waarts , hetwelk echter door de werkzaamheid van den Burgemeester,
Jan Cardoi, en de vlijt van sommige ingezelenen, onder welke zelfs
verscheiderte vrouwen waren , gelukkig gekeerd werd. Den 30 verkozen
nog velen , die in de buitenhnizen woonden, in wecrwil van alle waar-
schouwingen , daarin te blijven ; doch hadden spoedig reden om hier-
over berouw te hebben, daar de volgende nacht voor dit d. verschrik-
kelijk werd. Te midden van den woedende storm hoorde men het
gekerm en het slaan op ketels en andere geluidgevende voorwerpen ,
en echter waren er geene schuiten of booten tegen de schrikkelijke
woede der golven bestand , zoo dat men den morgenstond moest ai-
wach ten om hen , die zieh in nood bevönden , te redden. Doch niettegen-
staande alle aangewende middelen , verloren er nog drie en twintig menschen
het leven. Bovendien waren er op dit d. een aantal van dertien
paarden , zes en dertig runderbeesten, twintig schapen en twaalf varkens
verdronken, zoo als er ook twintig huizen, twee koornbergen en twee
schüren geheel vernield, en vijf en twintig andere huizen, een berg
en lien sluizen beschadigd werden.
Ook door den watervloed van Januärij 1820 , werd dit d. fei ge-
teisterd. Eene overstrooming, welke, in minder dan twee eimalen,
4 duim. hooger steeg dan in het jaar 1809, en in zoo verre de on-
gelukkige verwachting nog overtrof, moest natuurlijkerwijze vele butten
en woningen‘wegspoelen, den voorraad van voeder-voor mensch
en vee vernielen, en de landerijen verzanden , die in het ongunslig
saizoen van 1816 en laatstelijk in 1819, door het ongedierte zoo jam-
merlijk hadden geleden. Deze ramp zelve werd weinige dagen daarna ,
en wel door den hevigen wind , in den nacht tussehen 27 en 28 Januarij,
aanmerkelijk vergroot. Yele , zelfs zeer sterke, huizen, schüren en wor
ningen werden aanmerkelijk beschadigd , en andere, minder sterk en
stevig gebouwd, en door het water reeds hier en daar aan het wan-
kelen gebragt, bezweken nu geheel. Ook verongelukte er yeel vee.
IJNEN (NEER-) , voorheen Cungenborg, voorm. adell. h. in den
Tielerwaard, prov. Gelderland, Benedendistrikt, arr. en 3^ u.Z. W.
van Tiel , kant. en I 5 u. Z. van Geldermalsen, gem. en i u. Z. van
Waardenburg , “Inabij- het d. Neer-IJnen.
IJNEN (OP-), heerl. in den Tielerwaard, prov. Gelderland, Bentden-
distrikl, kw. en arr. Tiel, kant. Geldermalsen, gem. Est-en-Op-IJnen;
palende N. aan de heerl. E st, 0 . aan de heerl. Op-Hemert en Hees-
s el t , Z. aan de Waal , W. aan Neer-IJnen.
Zij bevat den P o ld e r - v a n -Op - I J n e n , benevens eenige ititer-
waarden , en daarin het d. Op-IJnen, benevens eenige verspreid Eggende
h. Zij beslaat eene oppervlakte van 289bund. 18 v. r. 69 v. eil.;
telt 92 h., bewoond door 97 huisgez., uitmakende eene bevolking van
890 inw., die meest tot den arbeidersstand behooren.
De Herv., welk hier 500 in getal zijn , behooren tot de gem. van
Op-IJnen-en-Heesselt. Vroeger had Op-IJne», in vereeniging met Ne e r -
I J n e n , eenen eigen Predikant. Wiihelmds Wiltz bediende beide
plaatsen in 1618, en overleed in 1618, waarna Op-IJnen cn I l e es s el t
Mi elkander gevoegd zijn.
De R. K., van welke men er 25 aantreft, worden tot de stal. van
Varik gerekend. — De 10 Isr., welke men er aantreft, behooren tot
de ringsynagoge van Tiel. — Men heeft in deze heerl. eene school.
Het d. O p - ijnen ligt 3 u. Z. W. van Tiel en 2 u. Z. ten 0 . van Geldermalsen.
Eene eigenlijke kom des dorps bestaat er niet, de arbeidersstand
woont meest längs den dijk, en de meer gegoede in eene straat , de
Zan ds t r a a t genaamd, die dezelfda rigting of loop als den dijk heeft.
Van beneden inkomende ziet men een heerenhuis, bewoond door den
Heer Dr. G. den O oden.
De kerk is een net gebouw, met eenen netten toren, doch zonder
orgel. _i_ De dorpschool wordt gemiddeld door een getal van 55 leer-
linsen bezocht. — De kermis valt in woensdag na Pinksteren.
O p - I J nen kan in de oude brieven niet onderscheiden' worden van
Neer-IJnen, dewijl de naam Unen op beide toepasselijk is. Heer R o do if
C o c k , Ridder, is ook daarmede in 1265 verleid, en zijne nakomelingen
hebben deswege den naam van C ock van O p - I J nen aangenomen. Deze
tak i s , tot het einde der zeventiende eeuw, in de Ridderschap van
Nijmegen beschreven geweest. — Pegenwoordig wordt deze heerl. in
eigendom bezeten , door den Heer W. A. van E eden , woonaebtig te
O p- I J nen.
IJNEN (POLDER-VAN-NEER-), pold. in den Tielerwaard, prov.
Gelderland, Benedendistrikt, arr. T ie l, kant. Geldermalsen, gem.
1Faardenburg , in de heerl. Neer-IJnen ; palende N. aan den Polder-
van-Geldermalsen en den Polder-van-Meteren, 0 . aan den Polder-
van-Est, Z. 0 . aan den Polder-van-Op-IJnen, Z. aan de Uiterwaarden-
van-Waardenburg en Op-IJnen, W. aan den Polder-van-Waardenburg.
Deze pold. bevat de wijken Ptkkkedel le - Kloot en , Kr a l e r t ,
het S ne llevS ii" , de Hooge en L a g e -T i e v e l a a r , de Endebek
en de Ne e r i jnens che -we id e .
IJNEN (POLDER-VAN-OP-), pold. in den Tielerwaard, prov.
Gelderland, Benedendistrikt, arr. Tiel, kant. Geldermalsen, gem.
Est-en-Op-IJnen, in de heerl. Op-IJnen; palende N. O. aan den
Polder-van-Neer-IJnen , N. aan den Polder-van-Est, 0 . aan den Pol-
der-van-Op-Hemert en den Polder-van-Heesselt, Z.' aan de Op-IJnen-
sche-en-Heesselsche-uiterwaarden , W. aan de Waal, Z.-W. aan de Ui-
terwaarden-van-Waardenburg-en-Op-IJnen.
Deze pold., bestaande uit de wijken Riepe , B a l k , Broek-Bende
en de Doorgang, beslaat, volgens het kadaster, eene oppervlakte van
245 bund. 46 v. r. 89 v. eil., en wordt door vier sluizen, op de Batestein
en verder op de Linge, van het overtollige water ontlast. Het polder-
bestuur bestaat uit twee Poldermeesters, een Secretaris en Ontvanger.
IJNEN-EN-HEESSELT (OP-), kerk. gem., prov. Gelderland, klass.
van Bommel, ring van Tuil.
Men heeft in deze gern', twee kerken , als: eene te Op- IJnen en
eene te H eess el t , en telt er 600 zielen , onder welken 210 Ledematen.
De eerste, die in deze gem. het leeraarambt heeft waargenomen , is
geweest W inandbs C anzius , beroepen in het jaar 1620 en naar Mijns-
Heerenland vertrokken in het jaar 1635. Het beroep is eene collatie,
waarvan het regt beurtelings door de Ambachtsheeren van Op-IJnen
en van Heesselt wordt uitgeoefend.
UNEN8CHE-EN-HEESSELSCHE-UITERWAARDEN (OP-), buiten-
dijfcsehe landen tegen de Waal, prov. Geldcrland, Benedendistrikt,