van Nieuwvliet, in hetwelk qene kapel was, aan St. Pieter gewijd,
waarom de weg daar längs nog de K a p e lle -w e g genoemd wordt.
De uitwatering geschiedt längs Strijdersgat, door de gemeene water-
lozing der watering van Kadzand. De polder heeft geen eigen bestuur,
maar maakt een deel uit der watering van Kadzand.
JANS-POLDER (ST.), heerl. in het eil. Zuid-Bevelund, prov. Zeeland.
Zie H eer- J a n s- po ld er .
JANS-RIVIER (DE ST.), riv, in Afrika, in Opper-Guinea, aan de
Goudkust, welke met eene zuidelijke rigting in den Atlantische Oceaan
uitloopt. Bij de Negers wordt zij voor heilig gehouden.
JANS-STEEN (ST.), d. in Staats-Viaanderen, in llulster-Ambacht,
prov. Zeeland. Zie het volgende art.
JAN-STEEN (ST .), gem. in Staats-Vlaanderen, in debar, en vrlje
heerl. van St. Jan-Steen-en-Glossenberghe, prov. Zeeland, arr. Goes, kant.
en dislr. Hulst (5 k. d., 12 m.-k., 5 s. d.); palende N. aan de gem.
Hulst en Stoppeldijk , 0 . aan Clinge, Z. aan de Belgische gem. Kem-
seke en Stekene, W. aan de gem. Axel en Koewacht.
Deze gem. bevatbet d. St. J 'a n -S te e n , de b. A b s d a le , de Drie-
H o e fijz e r s en den H e ik a n t , benevens de pold. S t. J a n - S t e e n ,
A b sd a le en Rie t - e n - W u l fsd ij k , alsmede gcdeelten van den pold.'
G r o o t-.F e rd in a n d u s en van den pold. K le in -F e r d in a n d u s ,
en eindelijk eene streek gronds de W ild e la n d en genoemd. Zij be-
slaat eene oppervlakte van 2810 bund., waaronder 27.72 bund. 49 v. r.
87 v. ell. belastbaar land ; telt 283 h., bewoond door 294 huisgez.,
uitmakcndc eene bevolking van ruim 1380 inw., die meest hun bestaan
vinden in den landbouw en voornamelijk rogge en boekweit aankwee-
ken.. Men heeft aldaar ook eene bierbrouwerij, eenen windkorenmolen
cn twee klompenmakerijen.
De inw., die hier op 14 na allen R. K. zijn , onder welke 1200 Com-
munikanten , maken eerie par. uit, welke tot in 1841 behoorde tot
bet Zeeuwsche gedeelte van het bisd. van Gent, doch thans-tot het
apost. vie. van Breda, dek. van Hulst, en door eenen Pastoor be-
diend wordt.
De 14 Herv., welke men er aantreft, worden tot de gem. van
Hulst gerekend. — Men heeft in deze gem. eene school.
Het d. S t . J an- S t e e n , ook wel S t . J ans- S t e e n , S t . J an- ten- S teen of
cenvoudig S teene en G lossenberghe genoemd, ligt 6 u . Z. Z. O . van
Goes, 20 min. Z. van Hulst.
Men heeft gemeend, dat S t . J an- S teen vaii ouds eene sterkte of
burg is geweest, om als voorpost van de vesting Hulst te dienen,
en men gist, dat deze omstandigheid uit den naam zoude zijn af
te leiden. In oude tijden gaf men den naam van steen aan een slot,
zoo als, bij voorbeeld, de bürg, waarnaar de stad Middelburg is genoemd,
van ouds den S t e e n heeft geheeten; terwijl men op' de
grondvesten van dien burg, ten jare 1326, een getiouw heeft opge-
trokken , hetwelk nog' onder den naam van ’s G ra v en -ste en bekend
is , zoodat men hier St. J a n s - s l o t zou moeten lezen. Wij hebben
voor deze Stelling nergens eenig bewijs gevonden en kunnen er ons
overigens ook niet mede vereenigen. Na de rednctie van Hulst, in
bet ,jaar 1643 , was er wel sprake , om te S t . J an- S teen een fort of
althans eene sterke redoute aan te leggen , tot verdediging van die ves-
lin g , welk plan vervolgens wederom is opgegeven, uithoofde der aan-
zienlijke kosten, welke daartoe zoudcn hebben moeten worden besleed.
In plaats daarvan heeft men de kerk van S t . J an- S teen docn entruimen ,
als een fort retranchcren en daarin bezetting gelegd. Even als
voor alle landsforten gebruikelijk was , had de Raad van State ook
hier de gemeene middelen doen verpachten. Hier tegen , van wege
den Heer , ernstige vertoogen ingediend zijndc, yerklaarde de Raad :
» dat aangezien de parocliie van S t . J an- S t e e n , niet alleen onder het
» kanon , maar ook onder de musketsehoot van het nieuw aangelegde
» fort gelegen was , de Raad niet konde zien dat men zieh daarover
» zoo zeer- te beklagen had, als zijnde deze fortifieatie onder den
» Staat gebragt; dat daar tegen niets afdeed, dat S t . J an- S teen eene
» vrije heerlijkheid was, overmits deze zoo vrij niet was of zij had,
* benevens andere diergelijke, hare contributie met den Staat gemaakt
» en gegeven, alleguerende voorts de meergemelde Raad, dat over
» St. Anna-ter-Muiden , daar van wege dezen Staat geen fortifieatie
v was , doch leggende, alleen onder het kanon van Sluis, de gemeene
» middelen mede waren verpacht.” De Algemeene Staten zieh later
met dit advies vereenigd hebbende, heeft deze reclame geen vorder
gevolg gehad.
De nabijheid van Hulst was, bij de onderscheidene belegeringen,
welke die vesting heeft ondergaan , veeltijds hoogst nadeelig voor S t .
J an- S t e e n , hetgeen vooral het geval was bij het beleg van 1643.
Den 8 Octoher van dat jaar rukte het Staatsche leger, onder Prins
F r ed er ik H end rik , in den vroegen morgen van het Vlaamsche dorp
Stekene körnende , binnen S t . J an- S teen , zijnde het gros tdes legers
om 11 ure des voormiddags aldaar vereenigd en het hoofdkwartier ge-
vestigd. Het meerendeel der werken, tot de belegering van Hulst aan-
gelegd, van daar begonnen zijnde, leed het dorp, hetwelk vol krijgs-
volk lag, dat niet weinig tot overlast der ingezetenen strekte, nog
hovendien veel door het geschut der vesting en der forten. Grooter
ramp was het echter beschoren bij het beleg van 1747. Onmiddellijk
na bekomene tijding van der Franschen aannadering, liet de toen-
malige Gouverneur van Hulst, de Luitenant-Generaal d e la R ocqeus ,
uit de in de nabijheid gelegene sehans de Y e r r e k ijk e r , het dorp
met gloeijende kogels besehieten, en toen deze geweldige maatregel
niet spoedig genoeg het doel bereikte , gaf hij aan een detachement
zijner troepen , den 26 April i1 7 4 7 , den verschrikkelijken last, om
het dorp in brand te steken , met dat gevolg, dat het geheel in de
asch gelegd werd, en , met uitzondering van twee. huizen, benevens
de kerk en toren , die echter zeer bescbadigd werden , geheel afbrandde.
Eene daad van verrfegaande willekeur, daar de aanval op Hulst niet
van dien kant, maar van eene geheel tegenovergestelde zijde plaats had.
Ofschoon S t . J an- S teen zieh van deze ramp nimmer geheel heeft
kunnen hersteilen, is het echter thans nog een redelijk wel bebouwd,
luchtig dorp, aangenaam tusschen geboomte gelegen. Men vindt, in
de kom der gem., 99 h., bewoond door 103 huisgez., uitmakende
eene bevolking van ruim 300 zielen.
Tot in den aanvang dezer eeuw bestonden in het d. S t . J an- S teen ,
twee kerken ; de eene, de oude parochiekerk, met eenen toren van
slaguurwerk voorzien , wilde men in het jaar 1647 verstecken , doch
zij werd naderhand tot de Hervormde eeredienst ingerigt, welke ge-
meente echter sedert 1716 geen eigen Predikant meer gehad heeft,
zijnde de laatste Predikant te S t . J an - S teen geweest N icolaas W oüters ;
deze, naar den Polder-van-Namen beroepen en in 1716 vertrokken
zijnde , is er geene approbatie tot het doen-van een nieuw beroep
verleend, maar is door de Algemeene Staten bepaald , dat de gemeente