aan mondbehoefte , als door natte en koude, waaraan zij in de schan-
sén , op dezen vochtigen eil mocrassigen grond , blootgesteld waren.
Evenwel hield hij den geheelen winter door de stad ingesloten | en
liet niets onbeproefd haar in zijne magt te krijgen, zelfs geené om-
kooping; doch alles stnitte af op de werkzaamheid en naauwgezetbeid
van van Eednvsmt. Eerst den 6 Mei 1394, na eene belegering van
31 weken , vertrok Verdugo van voor de stad, op aannadering van Prins
Maobits en Graaf Willem Lodewijk, die, aleer bet beleg voor Groningen
te slaan, inet het daartoe bestemde leger Koevobden wilden ontzetten.
Zoodra W illem L oidewijk , Graaf van Nassau, bevorens reeds Stad-
houder van Friesland en de Ommelanden van Groningen, ook tot Slad-
houder van Drentbe was benoemd geworden, besteedde deze zfjne eer-
ste zorg, om K oevobden in eenen ontzaggelijken Staat van tegenweer
te stellen , haar te regt aanmerkende als den voornaamsten slentel
der drie Noordelijke Nederlandsche landschappen Eriesland, Groningen
en Drenthe.
In bet jaar 1672 overviel Christo peel B ernard van G alen , Bisschop
Van Munster, de aan zijn stift grenzende prOvincien. Zieh meester
gemaakt bebbende van Overijssel, smeedde hij eenen aanslag op
Groningen, inaar moest, om dit oogmerk te bereiken , zieh noodza-
kelijk van den doortogt längs K oevobden verzekeren , weshalve hi j ,
zieh, op den 4 Julij , met een zeer groot leger voor die vesting ne-
dersloeg en haar belegerde. De Algemeene Staten, de goede trofiw
des Kommandeurs B roersma verdenkende, hadden, bij voorraad, den
Luitenant-Kolonel J ohan van B erum in zijne plaats tot Kommandeur
der vesting benoemd, die, hoe ongaarne ook, de verdediging op zieh
nam. Met al zijne däartoe aangewende pogingen, kon bij echter niet
beletten , dat de vesting den 11 dier ruaand, hoewel tegen zijnen wil,
door toedoen der onder hem staande Bevelhebbers, aan den Bisscbop
overging. Er was wel in het contract van overgave bedongen, dat de
Staatsche krijgsbezetting, met alle krijgseer , en met behoud banner
bagaadje, uiltrekken en naar Harlingen zoude geleid worden, dan deze
overeenkomst werd, van de zijde des Bisschops, trouweloos verbroken ,
die het grootste aantal van dal volk dwong, in zijne dienst over te
gaan , en de overigen, na hun van alles beroofd te hebben , in den'
jammerlijksten toestand naar Overijssel deed vervoeren. Het geheele
landschap Drenthe moest al spoedrg de droevige gevolgen van dat
verlies ondervinden , vermits de Munsterschen uit deze vesting wijd en
zijd stroopten , terwijl zij met de massa van het leger zieh voor Groningen
begaven , overal wanorde en de vreesseiijkste verwoestingen aan-
rigtende. Niet lang echter mögt de Bisschop van Munster meester van
K oevobden blijven. Nog in bctzelfde jaar, in den naebt tusschen
den 29 en 30 December , werd zij door de Staatsche troepen , in eenen
tijd , ^ dat de omliggende moerassen slijf bevroren waren, onder be-
gunstiging van eenen dikken nevel, bij verrassing hernomen. Zekere
M e in e s t M innes van deb T b tn en , eertijds Koster en Schoolmeester te
K oevobden en te gelijk niet onervaren in de vestingbouwkunst, die,
den 4 September, vergezeld van vrouw en kind , met áchterlating
van al hunne goederen , uitgenomen de dagelijks benoodigde kleeding-
stukken , zijne woonplaats verlaten had, was de eerste ontwerper van
dit heldenstuk, helwelk hij den Generaal K arel van R abenbaopt , dezelfde ,
die de stad Groningen , gedurende het vruchlcloos beleg der Munsterschen
, van den 19 Julij tot den 27 Augustus zoo kloekmoedig verde-
digd had , zoo smakelijk wist te maken, dat deze, na door van deb
T hijnen behoorlijk omtrent den toestand en de gelegenheid der- vesting
te ziin ingelicht, tot deze onderneming een gedeelte der bezetting
van Groningen , in alles naauwlijks 1000 man sterk bestemde ; ter-
wijl aan drie vendels Dragonders , die op de Leek lagen, beve ge-
zonden werd, om naar Drenthe op te trekken , ten emde zieh aldaar
bij de troepen te voegen , die de stad zouden uittrekkeu , wordende
de noodige krijgstoestel op twaalf wagens geladen , onmiddellijk achter
na eevoerd. De Munstersche bezetting was wel, eemgen tijd voor dat
de aanval zoude geschieden , door eenen ruiter gewaarschouwd, die uit
de Staatsche legerplaats tot haar overliep, doch dewijl z i j door eenen
dikken mist verhinderd werden hunne aanvallers gade te slaan, zoo gelukte
het dezen, door behnlp van te voren gemaakte biesbruggen, met der haast,
over de open gebijte gracht, tot aan den voet van den kapitalen wal
te geräken , dien zij , na de palissaden aan slukken gehakt te hebben,
zonddr veel moeite overmeesterden. De geheele onderneming werd
binnen weinige uren zeer gelukkig volbragt. Men verhaalt eene om-
standigheid, als bij deze verrassing van K oevobden gebeurd, die men
beschouwd heeft als een middel, waardoor veel bloedvergieten is voor-
gekomen, dat, namelijk, een der Staatsche Officieren eenen Tamboer,
een kleine jongen zijnde, door de belofte van 100 rijksdaalders, over-
haalde, om, over de doornenheggen, den wal in stilte te beklimmen,
en op de markt de prinsenmarsch te slaan, gelijk ook werkelijk ge-
beurde, door welke krijgslist, niet alleen den aanvallers te meer moed
werd ingeboezemd, door de verbeelding, dat hunne makkers, van eenen
anderen kant de stad reeds dadelijk hadden bemagtigd, maar ook
zoodanigen schrik onder de Munstersche' krijgsbezetting werd veroor-
zaakt, dat vele Soldaten, die anders nog zoo veel doenlijü wederstand
zouden hebben geboden, terstond hunne wapens nederwierpen, trachtende
alleen lijfsgenade te erlangen, hoezeer het getal der aanvallers
weinig meer dan dat der belegerden was. Ter beloonmg voor het wel
uitvoeren dezer onderneming, werd de Generaal R abenhaopt met het
drostambt van Drenthe en het gouvernement van K oevorden beschon-
ken, waar hij ook, den 12 Augustus 1673, overleden is. Desgelyks
werd de Overste E ibergen tot Kommandeur dezer vesting aangesteld, en
M eynert van der T hynen, de ontwerper van dit heldenstuk, tot Kom-
mies van ’s Lands magazijn. De Staten der provincie Groningen ver-
eerden hem eene gouden medaille , waarop de aanval van K oevorden
was afgebeeld, en de Raad van State schonk hem een zilveren beker,
mede voorzien van de afbeelding der herovering dier stad. Deze beker
is later door van der T eynen aan de Hervormde gemeente van
K oevorden geschonken, en wordt nog heden , bij de bediening van het
H. Avondmaal, gebruikt. Hoe zeer dit verlies van K oevorden den
Bisschop van Munster ter harte ging is gebleken uit zijnen uitroep :
» is mijn klein Candia verloren, dan zal de rest ook wel volgen ! en
uit de pogingen in het volgende jaar aangewend, om deze vesting,
door een ander middel, weder onder zijn geweld te doen bukken ,
door namelijk eenen dijk, ter hoogte van 14 of lo voeten, bij het
huis te Gramsbergen, met veel moeite en zware kosten , dwars door
de rivier de Yecht te leggen, welke dijk, längs den zuiderboord der
rivier oostwaarts voortliep, tot boven het Huis-te-Laar, m het graats.
Benthem, hetwelk geschiedde met oogmerk, om, door het opgestuwde
water, de bezetting dier vesting, hetzij te verdrinken, helzij tot de overgave
tedwingen. Deze dijk, daargesteld door den Deenschen Ingenieur,
P e t r c s P ic t o r io s« die in dienst van den Bisschop was, was ter lengte