498 KLU.
met eenen klimmenden leeuw en bezaaid met slaande blokjes, alles
van goud, zijnde het scbild gcdckt met eene koninklijke kroon.
KLUWER, d. in Oosi-Indie, op het Sundasche eil. J ava, resid.
Pekalongang.
KLUYT (DE) of de Kldit, h. in den Bommelerwaard, prov. Gelderland,
Benedendistrikt, arr. en 4 n. W. van T ie l, kant. en § u.
W. van Zalt-Bommel, gem. en i u. 0 . van Gameren, op den linker
oever van de Waal, aan de buitenzijde des dijks, op de grensscheiding
van de gem. Gameren.
Vermoedelijk is de tegenwoordigc naam van dit liuis door den stichter
daaraan gegeven. Het schijnt in 1757 gebouwd te zijn, aangezien in
den muur aan de znidzijde op eenen steen Staat uitgehouwen D e K ebyt
1756. Van de stichting tot in 1810 werd daarin de bierbrouwerij uit-
geoefend. Later ■was het een paarden-oliemolen, doch dit is van
körten duur geweest. Thans wordt het , met de daartoe behoorende
gronden, in eigendom bezeten en bewoond door den Heer P. V e rw e y ,
Plattelands Genees-, Heel- en Verloskundige. Er bestaat hier een
voetveer op Haaften. Ook worden er vele aardappelen, zijnde in deze
streken de voornaamste opbrengst van den grond, ter verzending naar
elders, geladen, wordende de beurs daarvan in d e , ■ bij d e K ldyt
staande, herberg gehouden.
KNAPENBURG, buit. in Kennemerland, prov. Noord-Holland ,
arr., kant. en % u. Z. van Haarlem, gem. Berkenrode, 15 min.
N. van Heemstede, aan den straatweg tusschen Haarlem en ’s Gra-
venhage.
Deze buit. beslaat, met de daartoe behoorende gronden , eene op-
pervlakte van 12 bund. 65 v. r. 48 v. eil., en wordt thans in eigendom
bezeten door de erfgenamen van den Heer J. J. Meder , woon-
achtig te Amsterdam.
KNAPHOSGHEID , d. in het graafs. W illi, grooth. Luxemburg,
arr. en 4 u. N. N. W. van Diekirch, kant. en 1 u. N. ten 0 . van
W ilfz, gem. Eschweiler.
De inw., die allen R. K. zijn, maken eene par. u it, die tot het
vic. apost. van Luxemburg, dek. van Nieder-Wiltz, behoort, en door
eenen Pastoor bediend wordt.
KNECHTSEL , d. in de Meijerij van ’s Hertogenbosch, kw. Kempenland
, prov. N oord-Braband. Zie Knegsee.
KNEEP (GAT-VAN-DE-), eene der killen van den Biesbosch , prov.
Noord-Braband, gem. Made-en-Hrimmelen. Zij komt uit het Lukwellegat
voort, en loopt met eene westelijke strekking tusschen den
Turfzak en eene niet met naambekende, op de zuidzijde gelegen, plaat
door, en loopt in het Gat-van-Vloeijen uit.
KNEGSEL , K nechtsee , K negtsee of K negzee , d. in de Meijerij van
’s Hertogenbosch, kw. Kempenland, prov. Noord-Braband, Herde distr.,
arr. en 2 u. W. van Eindhoven, kant. en 2 j u. Z. van Oirschot,
gem. Vessem-Wintelre-en-Knegsel, 1 u. Z. 0 . van Vessem.
Men telt er 57 h. en 150 inw., onder welke zeer vele behoeftige lie—
den, die met zeer veel bezwaar, hun bestaan uit den landbouw vin-
den. De granen, die er gebouwd worden, zijn meestal rogge, ook
boekweit, weinig haver, maar veel cve. Het is niet het kleinste d.
uit de Meijerij , maar zeer waarschijnlijk het allerbehoeftigste van het
geheelc koningrijk.
De inw., die allen R. K. zijn, behooren tot de par. van Steensei-
en-Knegsel, zijnde de d. K negsee en S te e n s e i sedert de Reformatie
KNO. 499
altlid door eenen Pastoor bediend geweest. Vroeger stond de benoe-
ming tot de pastorie van Knegsee aan het kapittel van Oirschot. De
voormalige kerk te Knegsee , welke aan de H. H. Monoephds en Gon-
dueprds was toegewijd, is in het jaar 1790 mgestört. De tegenwoord.ge
kerk welke in het jaar 1791 gebouwd en mede aan de M. H. Mosiilphgs
en Gonddephds is toegeheiligd, heeft eenen toren, doch geen orgel.
De dorpschool wordt gemiddeld door een getal van 5j leerhngen be-
, ocht De kermis valt in den twedden Zondag in September.
KNEGTSEL of Knegzee, d. in de Meijerij van s Hertogenbosch,
prov. Naord-Braband. Zie het vorige art.
KNEPPELEN , b., prov. Friesland, kw. Westergoo, griet. 11 en-
naarderadeel, arr. en 1 u. N. van SneeJc, kant. en 2 u. 0 . van
Boisward, 5 min. ten Z. 0 . van Lutkewierum, waartoe het behoort. — In
de nabijheid, is nu nog de wier eener oude state zigtbaar./^ ■ * /* / /
KNIE (HET), water in Kennemerlamd, prov. Noord-Holland, gem.
Zaandam, dat met eene zuidelijke rigting in de Keizerssloot^uitloopt.
KNIE (BOOM-), het zuid-oostelijk gedeelte van de Vnjmans-Gronden,
in Nederlands-Guiana , kol. Suriname. Zie voorts Gründen (Vrijms-).
KNIE (KAU-), het noord-westelijke gedeelte van de Vnjmans-Gronden,
in Nederlands-Guiana , kol. Suriname. Zie voorts Gronden (Vrumans-).
BNIJP (DE), buurs. in Hunsingö, prov. Groningen, arr. en 25 u.
N W van Jppingedam, kant. en 2 u. N. 0 . van Onderdendam,
rem.en 1 u. van Kantens, nabij Zandeweer, waartoe het behoort.
KNIJP (DE), brug over de Oostermoersche-vaart, waarbij een huis in
het Oostermoerderdingspil, prov. Hrenthe, arr., judic. en adm, kant.
en 5 | u. N. O. van Assen, gem. en | u. 0 . van Zuid-Laren.
KNIJP (DE), geh. in het Westerhwartier, prov., arr. en 23 u. JN. W.
van Groningen, kant. en 1 u. N. 0 . van Zuidhom, gem. en ! n.
N. van Aduard, l u. N. van den Ham, waartoe het kerkelijk behoort.
Met A l t e n o u w , ten N.O. den Ham en de B i g g e s t a a r t ,
maakt dit het verstrooide dorp den Ham uit.
KNIP plant in West-lndie, op het eil. Curacao, aan de westpunt
van dat eüand, Z. van de plant. Westpunt, N. van de plant. Lagqeri.
KNIP naam, welken de Negers geven aan de katoenplant. Keein-
Lunbnberg, in Nederlands-Guiana, kol .Suriname, Zie Lunenburg (Klein-).
KNIPPEN-BAAI of H oejes- baai , baai in West-lndie, aan de West-
knst van het eil. Curasao, W. van de plant. Knip, waarvan zij hären
naam ontleent. r n ,
KNIP-POLDER, pold. in Rijnland, prov. Zmd-Holland, arr. en
kant. Lenden, gem. Voorschoten-en-Veur; palende N. W. aan de Vl iet,
N. 0. aan den Kampens-polder, Z. W. aan den Duivenvoordsche-polder.
KNODSENBURG of K nodzenbcrg , voorm, schans op de Over-Betuwe,
prov. Gelderland, gem. E is t, nabij het d. Lent, tegenover Nijmegen,
aan den Waaldijk , tot welks verdedigingswerken zij behoorde, als Bruggeboofd.
' . . . . . .
Deze schans werd door M adrits , Prins ran Oranje, m het jaar 1590,
opgeworpen , en bestond uit aarden borstweringen , met nalte grachten,
en wel 5 boiwerken , met kleine halve maantjes , niet alleen om de stad
Nijmegen , welke aan den waterkant geheel open l igt , van daar te besoldeten
, maar ook , om nadat hij de stad zou overmeesterd hebben
de Spaanschgezinde burgers in bedwang te houden. Volgens sommigen
zou zij hären naam ontleenen van het woord knods, om dat de burgers van
Nijmegen knodsendragers genoemd werden, dewijl zij, bij zeker oproer ,
met knodsen gewapend op straat versehenen, volgens andere zoude zij