Deze pold., welke omstreeks 1730 bedijkt is , beslaat, volgen« bei
kadaster, eene oppervlakte van 172 bund. 8 v. r. 32 v. eil., waar-
van onder Klundert, 84 bnnd. 7 v. r. 32 v. eit., en onder Zeven-
lernen, 88 bund. 1 v. r. 20 v. eil. Hij heeft eene steenen sluis nabij
bet zoogenaamdc Yogeltje, wijd 1 el 1 palm 6 duiin, voorzien van
eene drijfdeur en schuif, waardoor hij op het door dezen polder strek-
kende, bijna tot eene sloot verlande, riviertje de Keen, en vervolgens
op bet kanaal van Zevenbergen , van het overtollige water ontlast wordt.
Het zomerpeil is 1 palm beneden A. P.
Het bestuur wordt uitgeoefend door den Rentmeestcr van bet Domein
van Z. K. H. Prins F redebik der Nederlanden, te Klundert.
KEENSCHE-GORZEN -TEN-ZUIDEN-YAN-DE- KLUNDERT (DE),
pold., gedeeltelijk in het markgr. van Bergen-op-Zoom, gedeeltelijk in
de heerl. Fitervaart, prov. Fioord-Braband, Kierde distr., arr. Bredel,
kant. Zevenbergen, gedeeltelijk gem. Fijnaart, gedeeltelijk gem. Stand-
daar-buiten en gedeeltelijk gem. Klundert; palende N. aan de ge-
supprimeerde vestingwerken van de Klundert, 0 . aan bet Westlandeke
of den West-polder en het Nieuwland o'f den Mancia-Winter-polder,
Z. aan de Voorgronden tegen de rivier de Mark en Dintel, W. aan den
Henrietta-polder of het Boerengors, den Oude-Fijnaart, den Nieuwe-
Fijnaart en den Groote-polder-van-de-Niervaart.
Deze pold., welke in bet jaar 1768 bedijkt i s , beslaat, volgens bet
kadaster, eene oppervlakte van 179 bund. 73 v. r. 78 v, eil., waar-
onder 167 bnnd. 4 v. r, 97 v. eil. scbotbaar land; als : onder Fijnaart,
volgens het kadaster, 97 bund. 17 v. r. 11 v. eil., waaronder 96 bund.
28 v. r. 9 v. eil. sehotbaar land; onder Klundert, volgens het kadaster,
26 bund. 90 v. r. 60 v. eil., waaronder 19 bund. 39 v. eil.
scbotbaar land, en onder Stand-daar-buiten, volgens het kadaster,
33 bund. 68 v. r. 7 v. eil., waaronder 31 bund 76 v. r. 19 v. eil.
sehotbaar land. Hij heeft, in gemeenschap met den Oude-Fijnaart ea
den Nieuwland of Mancia-Winter-polder, eene sluis, het S a s genaamd,
aan den benedenmond van het riviertje de Keen , wijd 6 eil., voorzien
van twee paar puntdeuren , gebonwd in 1768, waardoor h ij, met
het opgemalen water van den Oude-Fijnaarten den Nieuwland of Mancia-
Winter-polder , door het riviertje de Keen , op de Dintel, van. bet overtollige
water wordt ontlast. D e watermolen in dezen polder is in 1802,
voornamelijk ten beboeve van den Oude-Fijnaart, .gebouwd , doch bemaalt
tevens den Nieuwland of Mancia-\Vinter'P°^er 5 terwijl voor de
Keensche-Gorzen geene behoefte aan eenen watermolen bestaat, daar
•de watergang van het riviertje de Keen, zelfs tot boezem van den
Oude-Fijnaart en den Nieuwland- of Mancia-Winter-polder strekt. Het
zomerpeil is gelijk A. P. De polder wordt bestuurd door eenen Dijk-
graaf, twee Gezworenen en eenen Penningmeester.
KEENT , voorm. afzonderlijke beerl. in het Rijk van Nijmegen,
prov. Gelderland, kw., distr. en arr. Nijmegen, kant. Wijchen,
gem. Balgoy-en-Keent; palende N. aan Balgoy , O., Z. en W. aan
de Maas. ■
Deze voorm. heerl. bevat het d. K e en t en eenige verstrooid hg-
gende h. Men telt er eene bevolking van 230 inw., die ineest hun
best aan vinden in den landbouw.
De R. K., die er wonen, bebooren tot de par. van Balgoy-en-
Keent, welke vroeger in deze heerl. eene kapel had.
De Herv., die men er aantreft, worden tot de gem. Neerbosch-Heesch-
Balgoy-en-Keent gerekend.
l e n heeft in d e z e heerl. geen school, maar de kinderon genieten
°nHe7dS. i L f Ä ^ K ™ ligt 34 u. Z. W; van Nijmegen , 14 u.
Z, van Wijchen , 4 ’»• :*» van Balgoy.
De R K. kapel, aan den H. Antonios , Abt, toegewijd, is een vervallen
gebouw , waarin geen dienst gedaan wordt. - De kermnr te
K f e s t valt in Zendags na S t . V ic t o r . . .
De voorm. afzonderlijke beerl. Keent schijnt m het begin d erv .jf-
tiende eeuw reeds met B a lg o y te zijn vereemgd geweest althans
ln het iaar 1439 vinden wij Willem v« Ooy , als Heer van B a lg o y
en Keebt vermeld. Deze stierf in 147 9 , en zijn zoon Herbere vam
Ooy volgde hem op. Ten zijne behoeve deden zijn broeder W aehavem
en zijne zuster afstand van alle regten en aanspraken op de heerlijk-
heid Heebere was in 1489 overleden , nalatende eene m.nderjange
doebter Ulasda genoemd, Ulasoa van Ooy trouwde met Henbrik van
M a c ™ , en bragt hem Balgoy ten huwelijk. Beide leefde nog
in 1348 maar zijn in 1333 overleden. Hun oudste zoon J ohas van
S volgde hun op, en stierf in 1361 eenen mmderjangen
zoon , Hendrik genoemd, nalatende. Zijne Momboirs eischtcn den
28 Junii lo61 , van de naburen en inwoners van Balgoy den eed van
petrouwheid aan den Heer; hiertegen eischten de naburen en mwo-
ners ontslag en ophef van onbehoorlijk heffen van berggeld en snel-
tienden. De Yoogden bewilligden hierin, mvts binnen het jaar be-
wijzen inbrengende; vervolgens werd de eed gedaan. Hendrik van
Machereel stierf omtrent 1393, en zijn zoon J ohan het geene kmderen
na, waaroa J oha« Emont d’Ooltremont, Domheer van Luik, zoon van
Johans zuster Hillecard en van Karel d’Ooltremont deze heerl. erfde.
Deze onlving, in 1644, verlof van den Proost van St. J ohan , om te
testeren , en zijne erfgenamen verkochten de heeiv., in 1687 , voor
27 760 ffuld. aan den Admiraal George J oran van W eede, Wiens doch-
ter J acora W ilhelmina van Weede , gebuwd met S ibbrecht Prins van
Anhalt, van hem erfde. Hare oudste dochter , W ilhelmina Charlotte,
Prinses van Anhalt, werd in 1724 verleid en naderhand in 1733 ,
zijnde inmiddels met W illem , Prins van Hessen-Philipsthal, getrouwd.
Hunne kinderen verkochten B a lg o y en Keent aan J. ü . van L aren;
naderhand is B. van Rapfard door koop daarvan eigenaar geworden.
In het jaar 1818 is die heerl. door overlijden van dezeu laatsten over-
gegaan aan zijnen zoon C. van R appard , en in 1824 , door het overlijden
van dezen, bij testament, aan den Heer P. N. de la bocRT.
In 1840 werd zij verkocht aan den Heer L udovicos Constantinus M a cher,
die haar nog bezit.
Bij den watervloed van Februarij 1799 is de dijk onder het dorp
Neder-Asselt doorgebroken , waardoor, zoo wel onder Neder-Asselt als in
de heerl. K e e n t , veel hoornvee verdrorik, en bij den storm, s nachts
tusschen 21 en 2 2 , onderseheidene reeds waggelende huizen ingestort zijn.
KEENT (POLDER-VAN-), pold. in het Rijk van Nijmegen, prov.
Gelderland, kw., distr. en arr. Nijmegen, kant. Wgehen, gem. Balgoy-
en-Keent; palende N. aan den Polder-van-Balgoy, 0 ., Z. en W. aan
de Maas.
Deze pold. bestaat geheel uit bouw- en weiland , meestal van läge lig-
ging, welke in den winter door het kwelwater veelal onder water werden
gezet, en wordt, door eene sluis, door den dijk van het overtollige
water ontlast. Het polderbestuur bestaat uit twee Poldermeeslers eit
eenen Secrelaris.