286 k a m .
liergen, even; als stroom afwaarts naar zce, bij eerie goode Leidere
weersgesteldheid, over de welige landouw der Kamper-eilanden, bet
in de Zniderzee gelegene eiland Schokland. Hier vooral doen zieh
zeer verrukkelijke vergezigten voor , en uit welk gedeelte van het huis,
of naar welke zijde daarnit het oog zieh ook wenden möge, overal
wordt het door een bekoorlijk uitzigt aangelrokken en verlustigd. Dit
oord mag dus ook met de aangenaamst gelegen plaatsen in ons Va*
derland in schoonheid wedijveren , en zal zeker de meeste daarvan
overtreffen. Vroeger lag op de plaats, waar nu het Stads Logement
Staat, eeneschans, waarschijnlijk tot verdediging der brug opgeworpen.
De K a z e rn e , op de Oude-Straat, tegenwoordig gedeeltelijk inge-
ngt tot E n t r e p o t , levert thans, door de slooping der stadsmuren,
een heerlijk uitzigt over den IJssel en den Polder-van-Mastenbroek.
Yoorts heeft men te K ä m p en eene H o o fd w a c h t , op de Oudestraat.
en de Gebo uwen der Rijn- en IJ sse l-S to om b o o t-M a a ts ch a p p ij,
aan den IJssel. Ook heeft men er een P o s tk a n to o r , op den Burgwal,
en eene S ta t io n der P a a r d e n p o s te r ij , in de Veenestraat.
De H e rv o rm d en , die binnen de stad ongeveer 6800 zielen beloo-
pen, onder welke ruim 3000 Ledematen , maken eene gem. uit, welke
tot de klass. en ring van Kämpen behoort. ßeeds in het jaar 1866
predikte J a n - A r e n d s z o o n , een Mandemaker van Alkmaar, te K ä m p e n ,
het Evangelie onder het kruis, doch werd reeds in dat jaar naar
Amsterdam beroepen. Nadat echter K ä m p e n in het jaar 1578 onder
het gebied der Algemeene Staten gekomen was, werden te K äm p en
tot Hervormde Predikanten beroepen C a s p a r u s H o e s t e c i i iu s , die in 1579
van Hoogwoude herwaarts kwam, en in het jaar 1608 overleed, en
S a n d e r D ir k s of S a n d e r d s T h e o d o r d s , die eerst de kerk te Spanbroek
bediend liad, en in het jaar 1580 beryaarts beroepen werd. In het
jaar 1880 werd tot derde Leeraar benoemd J o h a n n e s B e r n e r e s . In het
jaar 1584 tot vierde Leeraar J o d o cü s G o y k e r d s . Voor het jaar 1648
had men hier nooit meer dan vier Predikanten, toen werd er een
vijfde bijgenomen, zijnde W il h e l m i j s K o s t e r b s , die in het jaar 1648
herwaarts kwam, en in het jaar 1684 naar ’s Hertogenbosch vertrok.
Sedert had men er dan eens vier en dan eens vijf. In het jaar 1724
is de laatste vijfde- Prcdikant beroepen, zijnde geweest G e r a r d o s Obt-
h o f , die hier tevens werd aangesteld tot Rector der Latijns'che scho-
len, en in het jaar 1733 overleed (1). Vervolgens bleef men bij het
viertal. Onder de Predikanten,. welke hier gestaan hebben, verdient
vooral melding W il l e m B a b d a r t iü s , een der reviseurs van den Staten
Bijhel, die hier in 1594 beroepen werd, en in 1596 naar Zutphen
vertrok, en N ic ö l a u s d e l a P la n q u e , beroepen in 161 9 , vertrokken
naar Haarlem in 1634 (2). De beroeping geschiedde vroeger door den
kerkeraad, en werd den beroepenen aanstonds toegezonden, die, vol-
gens een raadsbesluit van het jaar 1738, gehouden was, zieh över de
aanneming te verklären , voor dat de Regering approbatie verleende.
Eerlijds zaten er twee Leden uit de-Regering in den kerkeraad, maar
in het jpar 1748 verbood de Regering, om däarin Burgemeesters of
Secretarissen te kiezen, tevens zieh voorbehoudende om uit hun mid-
den Commissarissen Politiek af te vaardigen , hetwelk van tijd tot tijd,
(1) Men zie over dezen Geleerde, geb. te Amsterdam den 26 November 1673 , het belangrijke
levensberigt van hem in de Boekxaal 1733 , bl* 2 4 6-263 en 3 7 2 -3 79.
(2) Over dezen verdienstelijken man zie men bet berigt van onzen geleerde Medearbeider Mr.
I . F . B o d b l N i j e n h d i s , in bet Archief van kerkelijjse geschiedenis , inxonderheid van Nederland,
D X , bl, 385.
KAM.
doch rtiet dik-wijls gebcurde. Thans geschiedt het beroep eenvoudig
door den kerkeraad.
De Herv. hebben te Kämpen twee kerken , de B o v en k e rk en de
Broederen kerk.
De B o v en k e rk , ook St. N ik o la a sk e rk genoemd, wjjl zij aan
den H, N ic o la a s was toegewijd, Staat in het Zuiderdeel der stad, op
eene ruime opene plaats. Voor de Reformatie was deze kerk zeer rijk
versierd , men had er eenen sebat van schilderijeij en dertig altaren,
behalve het hoofdaltaar, dat over het koor stond, en, in het jaar
1499, onder de Kerkmeesters H e n d r ik K r o e s e b en H e rm a n V o r e n , van
rood koper gegoten en met een groot zilveren kruis versierd was , het
was zoo zwaar, dat het bovenste alleen, zonder den voet terekenen,
uit 9063 oude ponden koper bestond. Sommigen willen , dat deze kerk in
1296, anderen, dat zij in 1369 gesticht zij. De Bouwmeester was J o b a n
van K e d l e n . Yroeger stond aldaar eene houten kerk , welke alreeds door
O t to van d e r L i p p e , vier en dertigsten Bisschop van Utrecht, die van-
1215 tot 1228 of 1229 geregeerd ’‘heeft, aan de St. Lievenskapittelkerk
te Deventergeschonken is. Dit kapittel had dus het regt, om , ingeval
van vacature het Priesterambt van de St. Nikolaaskerk te begeven ,
waartoe getneenlijk berfoeind werd een hunner eigen Kanunniken. Dit
regt heeft het kapittel behouden tot het jaar 1541, toen het, met
goedvinden van Paus P a d l b s I I I , en op het ernstig verzoek der Regering
van K ä m p e n , dit hun regt afstond ten behoeve van gemelde
Regering, behoudens dat de Proosl en Aartsdeken van Deventer,
eeniglijk het regt van investiture of inwijding van den door de Regering
verordenden Priester hadden, daarvoor telken reize genietende
10 Rijnsche goudguld. (15 guld.), ook was de nieuw aangestelde
Priester gehouden, voor het aanvaarden van zijne dienst, aan het De-
ventersche kapittel den eed af te leggen. De kerk is een ruim en
hoog gebouw, welks koor, waarvan de omgang versierd is met fraaije
graftomben, inzonderheid beschouwd wordt als een meesterstuk van
bouwkunde. Zij rust op vier rijen pilaren, en heeft eenen predikstoel
van een zonderling maaksel, bestaande uit eenen graauwen steen,
op een voelstuk of pilaar van gelijke stof rüstende. Overigens bevat
zij een zeer fraai en zwaar orgel, bestaande uit drie klavieren, elk
van 4 octaaf, pedaal voet en 46 stemmen , de kast met 18 bij-
zonder fraai gewerkte beeiden. De kerk is in het geheel 77 eilen
lang en 26 eilen 7 palmen breed , en tot aan het kruisgewelf 31 eilen
5 palmen hoog, Het gewelf is nog met fresco schildering voorzien
en goed onderhouden. In deze kerk bewaartmen eene smaak volle gewerkte
urne, het hart van den Admiraal d e W in t e r bevattende , en
eene zeer oude sleenen doopvont (1). Merkwaardig zijn de lotgevallen
van den nevens de kerk staanden toren, welke men om verzakking
reeds in het jaar 1516 van zijne spits moest berooven en geheel ver-
nieuwd zoude hebben, indien de zware onkosten dezer onderneming
het niet verhinderd badden. Gedurende de zeventiende eenw was men
gedurig bezig met dezen toren, die eerst naar de Wcstzijde en vervolgens
Zuidwaarls overzakte, tegen omvallen te beveiligen. Men be-
roofde hem yan klokkeuspcl en klokken, maakte hem los van de"
kerk, peinsde pp alle hulpmiddelen , stelde telkens nienwe voorzienin-
gen in het werk, maar niets mögt baten, tot dat zieh een Hollandsch
( t ) Men eie van deze doopyont de besebr^ring in het Jaarboskja voor de provineie Overijeaei
voor 1842.
VI. D e e l . VI