Oudtijds 1110et dit Kingma behoord hebben tot eene der plaatsen , wier
eigenaars bij toerbeurten of afwisseling het grietnianschap bekleedden.
KINGMA, oudtijds Kinjdm , state, prov. Friesland, kw. Westergoo,
griet. Franekeradeel, arr. en 3 u. W. van Leeuwarden, kant. en
3 n. 0 . van Harlingen , 5 min. Z. W. van Sweins, waartoe zij behoort.
Deze state , welke voor dezen galg en rad voerde , maakt tbans het
prootstc sieraad van bet d. Sweins uit. Zij heeft een zeer schoon ge-
bouw en fraaije bovingen, welke eene oppervlakte van 7 bund. 34 v. r.
87 v. ell. beslaan , en tbans in eigendom bezeten en bewoond worden
door Jonkheer Julios Matthijs van Beyma thoe Kingma , Grietraan van
Franekeradeel.
KINGMA-TILLE, Kingema-tille of Keimpe-tille , b., prov. Friesland,
kw. IFestergoo, griet. Franekeradeel, arr. en 3 u. W. van Leeuwarden,
kant. en 3 u. 0 . van Harlingen, 8 min. Z. 0. van Sweins ; met 18 h.
en 110 inw. Ook heeft men er een tigchelwerk.
Zij ontleent harcn naam van de ophaalhrug, welke bier over de
Harlinger-trekvaart lig’t.
KINHEIM, Kinhem of Kinnem , voorm. lands, in de tegenwoordige
prov. Itoord-Holland, hetwelk in eenen giftbrief van Keizer Otto III,
genoemd wordt een Graafschap van bet Land van Texel (Pagi T exel-
lensis) , wordende bij dezen giftbrief onder het gebied van Graaf Dirk II,
nog gevoegd het geheele strand tusschen Kinheim en het Ylie.
Het graafschap Kinheim verscheelt derbalve van Kennemerland (Ken-
nemaria) , dewijl dit ligt naar het westen van de rivier de Kinnem, en
reeds vroegef, door giften van Karel den Eenvoudige, onder Holland
gebragt is , doch dit graafschap is nog, ten tijde der Noorman-
nen, met denzelfden naam bekend geweest en van den Schrijver
Hegino Chinheym genoemd , zoo bij maar Kennemerland niet mede onder
deze benaming begrepen heeft , om dat van hier eerst bekwame gele-
genheid was om den Rijn op te varen en voort te trekken naar
Sunnemaria of Denemarca, hetwelk hij zegt, dat daar geschied is.
Welke de grenzen zijn geweest van bet verder gelegene. Kinheim , naar
het Westen en Noorden is klaarblijkelijk, namelijk de stroom Kenhem
cn de Noordzee; doch hoe verre het zieh van het Zuiden naar het
Noorden uitgestrekt hebbe, is zoo juist niet te bepalen , dan dat van
den zuidkant daartegen aangesloten heeft het graafschap (de geregts-
ban) van Maasland, en van den oostkant, dat van Texel. In de
kaarten van Alting ziet men dit graafschap Kinheim bepaald , tusschen
de rivier Kinhem, die bij Petten in de Noordzee loopt en tusschen het
eiland Texel of de Helder (1). Doch in deze laatste ziet men Kenne-
raaria zieh uitstrekken längs de Noordzee, van de rivier Kennern af tot
voorbij Haarlem,, mäar nergens tot aan de Maas of den Maaskant.
KINHEIM (DE) of he Kinhem , oude riv. in, Holland.
Deze riv., welke vroeger de grensscheiding uitmaakte tusschen
West-Friesland en het Oude-Kennemerland , had zijn begin uit den
Oude-Rijn, niet ver van Leyden, liep verder längs de heerh Oud-
Alkemade, voorbij Oud-Sassenheim, Lisse, Heemstede, Hillegom naar
Polanen tot in de tegenwoordige Zaan, welks loop zij volgde, längs
Alkmaar tot by Petten, waar zij zieh in zee stortle.
Deze riv. hebben de Fränkische Köningen den Friezen, die aan dezen
hunne vrijheid lieten behouden , tot eenen grenspaal gesteld, waarover
niemand der Yorsten van den Karolingischen stam iets den Hollanderen
( i ) Part II, Tab. VII en VUt.
toegestaan heeft. Doch Karel de Eenvoudige heeft, zoo als wij in het
vorige art. gezien hebben , het gebied van Dirk I daarover uitgebrcid.
De Kinheim bii Alkmaar maakte oudtijds de grens uit van de Frieschc land-
schappen, tusschen de Noordzee en den Wezer, längs de kust, welke
landschappen vervolgens, waarschijnlijk nadat Noord-Holland, waar
niet te min het asega-regt nog aitijd gelden bleef, daarvan reeds
was afgescheurd , in zeven Zeelanden zijn verdeeld. Van de Kinheim
wordt in de jaarboeken dikwijls gewag geroaakt, om de gedürige
schermutselingen, die er tusschen de Holländers en Friezen, tot be-
scherming hunner grenzen , voorvielen.
KINHEM, voorm. lands. in de tegenwoordige prov. Noord-Holland.
Zie Kinheim. . „ ,
KINHEM (DE), voorm. riv. in de prov. Zuid-Ilolland en Iroord-
Holland. Zie Kinheim (De).
KINHOLT (HET), bosch in Dieverderdingspil, prov. Drenthe, arr.
en 7 u. Z. van Assen, kant. en 1 u. Z. ten W. van Hoogeveen, gern;
en •£■ u. N. van Zuidwolde. — In vroegeren tijd is dit een uitgestrekt
bosch van opgaand eikenhout geweest.
KINI-BALOE , Kinie-Balloeh , Kieni-Balloe of Kiney-Ballou , meer
in Oost-Indie, op het Sundasche eil. Borneo, op de N oord-Oostkust,
in het distr. Madoeloe, lands. Kini-Baloe. Het heeft 90 mijlen in
den omtrek en wordt, om zijne grootte , door de bewoners een zee ge-
noemd. Het water van dit meer, hetwelk 4 tot 7 vademen diep i s ,
en onderscheidene eilanden bevat, is helder. Onderscbeidene rivie-
ren komen er uit voort, als : de Tawa ran, de Tamp a sa k, de
S oe g o et , de Banjer-Masing en vele anderen.
KINI-BALOE, lands. in Oost-Indie, op het Sundasche eil. Borneo,
aan de Noord-Oostkust, distr. Maloedoe. Het ontleent zijnen naam
van het daarin gelegen meer van denzelfden- naam.
KINKELENBURG (DE), adell. h. in de Over-Betuwe, prov. Gelderland,
kw., distr., arr. en 1£ u. N. N. 0 . van Nijmegen, kant.
cn 1£ u. Z. Z. W. van Ei s t , gem. Bemmel.
KINKHORST (DE), voorm. kast. in Dieverderdingspil, prov. Drenthe
, in de stad Meppel.
Het werd in het jaar i S l l door R u d o l f v a n M u n s t e r , Drost van Koevorden,
gesticht.
De Overijsselschen beschouwden znlks als gevaarlijk voor hunne vei-
ligheid , en vorderden gezamenlijk met F rederik van Baden , den zes en
vijftigsten Bisschop van Utrecht, de sloopiDg van de nog niet volbouwde
Kinkhorst. Rudolf weigerde het. De drie in de zaak betrokkene Steden
hielden vol. Die van Kämpen het dralen moede , en geholpen door
200 voetknechten, met het noodige stormtuig, ontmantelden, en vermeiden
in 1312, daadwerkelijk het kasteel.
Ter plaatse , waar het gestaan heeft, ziet men thans nog overblijf-
selen van grachten en hoogten. Op de daarloe behoord hebbende
gronden Staat a u een korenwindmolen, die den naam van Kink-
h or s t ermo l en voert, en eene scheepstimmerwerf, welke, met het
overige, als weiden en hooiland gebruikt, aan onderscheidene eigenaren
toekomt,
KINKHOVE, geh. in Opper-Gelder, in het graats. Kessel, prov.
Limburg, distr., arr., kant. en 1£ u. N. W. van Roermonde, gem. en
10 min. W. van Neer; met 24 h. en 180 inw.
KINNEM, voorm. lands. in de tegenwoordige prov. Noord-Holland-
Zie Kinheim,