ILP (DEN), watertje in Waterland, prov. Noord-Holland, Zie
D o r r e - I l p .
- ILP (DEN), eigenlijk den R uigen- I lp , geh. in Waterland, prov.
Noord-Holland7 arr. en 4 u. Z. Z. W. van Hoorn7 kant. en l j u.
Z. ten W. van Purmerendef gem. llpendam-Purmerland-en-den-Ilp r
i u. W. ten Z. van Ilpendam, £ u. Z. van Purmerland.
' Het ontleent den naam R uigen- I lp van de rietvelden en rietschoten,
welke men er vroeger in menigte vond, en aan die streek een ruig
aanzien gaven.
Het is een der vroegst bewoonde plaatsen van Waterland gewecst,
en was zelfs, tusschen de jaren 1600 en 1650, een welvarend d;, dat
155 h. telde. Sedert eene eeuw zijn er echter meer dan 80 h. afge-
broken, zoodat men er thans slechts 58 telt, bewoond door 55 huisgez.,
uitmakende eene bevolking van ongeveer 240 inw., die meest vroeger
zoo welvarend waren 9 dat men deze plaats den Gouden-Ilp noeinde ,
doch van die vroegere welvaart , is geen spoor meer overgebleven.
Voor 50 jaren voeren nog vijf melkpramen ai , tot den verkoop hun-
ner melk te Amsterdam , tegenwoordig niet 6ene. Thans winnen
de- meeste inwoners hun sober bestaan met visschen en roopmaken ,
welk roopmaken door dne roopmakerijen wordt aan den gang gehou-*
den (1).
De Doopsgez., welke men er aantreft, maken, met die van Lan ds mee
r en eenige leden van Purmerland, de gem. van Mp uit, welke
100 zielen, en onder deze ongeveer 50 Leden telt. De gem., ofschoon
reeds van omstreeks het jaar 1590 bestaan hebbende, bezat, voor het
jaar 1746, geen eigen vasten Leeraar, maar werd bediend door de
Predikanien der naburige Doopsgezinde gem. In het genoemde jaar
beriep zij echter tot hären eersten Leeraar B enedictes S ytzes H oekstra.
Het beroep geschiedt door de mansledematen. De tegenwoordige kerk,
welke in 1675 gebouwd is, in de plaats van eene, welke in het vorige
jaar was omgewaaid, is een houlen gebouw , .zönder toren of orgel*
De Herv., die hier wonen, behooren tot de gem. van Purmerland-
en-den-Ilp. i ,
De R. K., welke men er aantreft, worden tot de stat. van Ilpendam
gerekend.
Men heeft er eene, in 1828 geheel nieow gebouwde, school, welke
gemiddeld door een getal van 50 leerlingen bezocht wordt.
Den Ilp was vroeger altijd vereenigd met P arm e r lan d , eh maakte
bet zuiderded van dit uilgestrekte dorp uit, waarom ook sommige
Schrijvers dit. gehucht niet den Ilp, maar het Zuideinde-van-Pdrmerland
noemen. ßij de verheffing van Purmerende tot eene lieerl., in 1410,
werd ook den Ilp onder de andere daarhij gevoegde dorpcn genoemd.
V66r de graving van de jaagvaart in 1 6 6 5 , van^ Purmerende tot
Buiksloot, was de vaart van eene menigte dorpen uit Noord-Holland
naar Amsterdam door den Ilp , en dit d. de algemeene pleislerplaats,
waar men voor weinig geld , een goed onthaal vond.
in de maand Julij 1566 deed J an A b e n d s , bygenaamd de Mande-
maker, in den Ilp, de eerste Gereformeerde predikatie in Waterland,
en wel voor meer dan 5000 menschen.
(1) Men zie over dH roopmaken de Kromjhmatige en Geschiedkundige Beechrijving van Pur- .
merende en omliggende dorpin, meeren . enz , ran onzen geachton Medearbeider G. v an S*nd«
v riÄ , irelk wwkje wij ook gzootendeels in de zamenstelHng van d i t , en de beide volgende ir t .
ferolgd sijn.
Den 28 Äugustns 1875 deed de Overste A sto k ids T ahbergen ,
Luitenant van den Graaf van B ossd , mel een Spaansch leger eenen
inval in Waterland, en veroverde Landsmeer, eene schans van de
onzen waarin de Spanjaarden zieh nestelden , en van waar zij de om-
lin-p-ende plaatsen bestockten. D en I l p , zoo nabij gelegen , moest hen
ten dezen tijde, in hunne aanvallen met vaartu.gen , ten dienste staan.
Te dezer gelegenbeid zoude een Ilper inwoner, K lein P ater tje gehee-
ten die een goed zwemmer was, eene daad verrigt liebben , die wel
waardig is vermeld te worden. Geprest om met zijn klein schuitje
eenipe Spanjaarden naar Watergang over te brengen, voer hij met
deze op eene zekere hoogte in eene sloot, waar hij onverwaebts, door
geweldig hobbelen , het schuitje omver wierp , zoodat de zwaar ge-
wapende Spanjaarden verdronken; terwijl hij aan wal zwom. Zijn
schuitje eenige oogenblikken daarna weder aan land gehaald en ledig
pehoosd hebbende , haalde hij zijn tuig en riemen weder in , voer an-
dermaal naar den I lp , waar hij op nieuw eenige Spanjaarden tot ^en
overtogt innam , en daarmede dezelfde rol speelde. Hij herhaalde deze
reis in den loop van dien dag eenige malen , en bragt daardoor on-
derscheidene Spanjaarden om. De sloot, waarin K lein P atertje deze
Spanjaarden deed omkomen , wordt nog heden de P a t e r s lo o t geaoemd.
, T
De geduchte orkaan van 1 Äugustns 1674 was ook voor den I lp
noodlotiig. Behalve eene menigte huizen , welke omwoeijen of be-
schadigd werden , stortte ook de oude Doopsgez. kerK, die van hont
en op veengrond gebouwd was , in. .
Overipens deelde den I lp in het lot van Purmerland , bij de geduchte
vloeden van 1879, 1610, 1628, 1668, 1674, 1678, 1.17,
1828 enz. -
ILPENDAM , d. in Waterland, prov. Noord-Holland, arr. en 4 u.
Z. Z. W. van Hoorn, kant. en 1 u. Z. van Purmerende, gem. II-
pendam-Purmerland-en- den-Ilp, 1 u. Z. O. van Purmerland , aan den
ffijweg van Purmerende op Ruiksloot en het NoordhoHandsehe-kanaal,
waarover hier vroeger eene vlotbrug, doch sedert het jaar 1830 eene
schouw ligt. |
Het ontleent zijnen naam van het watertje, den Ilp of den Dorren-
Ilp gelieeten, dat, te dezer plaatse in de Purmer uitliep, en door
welk watertje men hier eenen dam legde. Oude Kronijkschrijvers willen
dat I lpendak ouder is dan Edam , dewijl dezen dam hier niet
noodig zoude zijn geweest, zoo Edam bestaan had. De bewoners van
Purmerende, Purmerland, den R.uige-Ilp en Landsmeer , zouden dien
hier hebben opgeworpen , om voor het zeewater beveiligd te wezen,
dat, na de inbreuk der Zuiderzee, vermoedelijk in 117Ö, nu , door
het Purmermecr , den vrijen inloop had , en deze dorpen gedurig met
overstrooming bedreigde. Men kan dus veronderstellen, dat I lpendak
reeds in de twaalfde of dertiende eeuw bestond. Het is echter niet
te denken, dat het te dien tijde spoedig in bloei en bevolking is toe-
genomen , dewijl wij lezen dat, toen Purmerende tot eene heerlijkheid
werd verheven , ook Purmerland onder deze heerlijkheid begrepen werd,
waar'bij I lpendam voorkomt als een gehucht of buurt, onder Purmerland
behoorende. In den aanvang der achtliende eeuw had men er
113 h. en 380 inw.; thans telt men er 119 h. en 770 inw., die meest
hun bestaan vinden in vceteelt en melkerij.
De Herv., die hier 420 in getal zijn, onder welke rnim 100 Ledernsten
, maken, met die uit een gedeelte' van de P u r mer , de gem.
¥1. Deel. 8