Evangeliscb-Luthersclie gemcente , die met de Hervormden tot eene Pro-
testantsche gem. vereenigd is. Het algemeen toezigt over de Eeredienst is
opgedragen aau eene Hoofd-Commissie van Onderwijs, op sommige plaat-
sen bestaan sub-commissien. Als wetenschappelijke inrigting verdient
vooral het Bataviaasch Genootschap. vankunsten enwetenschappen vermeld
worden , waaraan het koloniaal Museum verbonden is. Onder de be-
velen van den Gouverneur-Generaar maken Resident en Adsistent-Re-
sident de hoofden van het burgerlijk bestnur op Java en Madura uit,
de buiten bezittingen worden, naar mate hunner belangrykheid , door
Gouverneurs, Residenten of Adsistent-Residenten beheerd. Onder toezigt
dezer Hoofd-Ambtenaren zijn inlandsche- Regenten , met de onmid-
dellijke leiding der inboorlingen belast.
INDIE (00ST-), naam, welken men gemeenlijk geeft aan de Nederlandsche
bezittingen in Azi'e. Zie het vorige art.
INDIE (WES1-) , naam , welken men geeft aan de Nederlandsche
bezittingen in Amerika.
Deze bezittingen eertijds zeer uitgebreid, dewyl ook R r a z ilie en
N ieuw -N ed e r lan d -, daartoe behoorden , naderhand bepaald tot de
kol. S u r in am e , B e r b ic e , E sseq u eb o en D em e r a r y , benevens
het kleine eiland C u r a ca o en de nog kleinere van S t. E u sta -tiu s,
A r u b a , B o n a ir e en een gedeelte van St. Marten, zijn thans, vol-
gens het verdrag van 14 Augustus 1814, met Engeland, gesloten,
ingekrompen lot het bezit van S -u rin am e en de zoo even genoemde
kleine eilanden, zynde B e r b ic e , E s s eq u e b o ea D em e r a r y , op
eenige voorwaarden , afgestaau.
Toen, na den afloop van het twaalfjarig bestand, de oorlog met
Spanje op nieuw ontbra-ndde, werd er door de Nederlandsche kooplie-
den, op verschillende streken van Afrika en Amerika ,> een niet on-
belangrijken bandel gedreven. Ten einde dezeu handel te beschermen
en om tevens in staat . te wezen den erfvijand-te beter afbreuk te
doen, door bet wegnemen zijner schepen en het veroveHen zijner bezittingen
, besloot men- in bet gemeenebest tot de oprigting eener
handelmaatschappij , wier voorregten,. even als die der Oostrndische
Maatschappij, uitsluitend zouden wezen, en die de Westindische
Maatschappij of Westindische Compagnie werd genoetnd. Aan die
nieuwe Maatschappij werd al het landbezit, dat de Nederlanders in
deze landslreken inogten hebben , afgestaan •, en haar , met uitsluiting
van alle andere Nederlanders , den alleenbandel op deze gewesten ver-
zekerd. De Westindische Maatschappij was derhalve geregtigd lot
het verkrijgen en uitbreiden van landbezit, zoo wel in R r a z ilie als
in de Am e r ikaan sehe V ooreilanden en ter Kuste van Guinea.
De Westindische Maatschappij ontwikkelde aanvankelijk veel werk-
zaarnheid , verkreeg menig voerdeel, en bare wapenen waren te land
en ter zee allezins voorspoedig. In Brazilie werd eerlang hare magt
längs eene groote uitgestrektheid der kust geeerbiedigd. Ook aan de
tcgenoverleggeiidc kust van den Oceaan , op de kust van Guinea,
breidde zij haar gezag u it , en veroverde vele sterkten op de vijanden
van het gemeenebest.
Die- schitterende voorspoed du-urde slecbts een gering aantal jaren.
Het schoone Brazilie, met eene zoo welige groeikracht in bergen,
wier ingewanden schatten verborgen, toen nog onbekend, ‘ dat. land
van onuitputbare rijkdom, ging voor' Nederland verloren. Door hot
verlies van hare bezittingen in Brazilie, verloor de Westindische Maatschappij
zoove«!, dat het haar aldra onmogelijk werd, te kunncn
blijven bestaan. Alhoewel de naam van Westindische Maatschappij , als
uitsluitende handelmaatschappij op een gedeelte van Amerika en van
Afrika, eerst op het einde der aebttiende eeuw is verdwenen, zoo on-
derging evenwel die maatschappij in baar inwendig bestaan en in bare
bedrijvigheid, van tijd tot tijd zoo veel verandering en wijziging, dat
zij als handelmaatschappij, welke uitsluitende voorregten heelte le
bezitten , steeds onbeduidender werd , en eindelijk genoegzaam ongeraerkt
ophield te bestaan. Vóór den ailoop der achttiende eeuw had het
Algemecn Bestuur van het gemeeuebest der Yereenigde Nederlanden
de bezittingen, welke der Westindische maatschappij nog waren over-
gebleven, als bezittingen van den Staat zieh toegeeigend. Gedurende
de laatste halve eeuw hebben de zoogonoemde Westindische bezitliu-
gen van den Staat met velerlei rampen te worstelen gehad. De meeste
dier bezittingen zijn voor korteren of längeren tijd meermalen in banden
der Engelschen geweest-
Neerlands W est- Indie wordt door eenen Gouverneur-Generaal bestuurd,
die tevens Opperbevelhebber der aldaar voorhandene land- en zeemagt
is. Onder zijn toezigt worden de onderhoorige eilanden door Gezag-
hebbers beheerd. Yroeger hadden Suriname en Curaçao elk eenen
afzonderlijken Gouverneur. De Gezaghebber der Curacaosche-eilanden
heeft de Commandeurs van Aruba en Bonaire onder zijne bevelen; die
van St. Eustatius den Commandeur van Saba. Aan het hoofd der reg-
ierlijke en administrative policie bevindt zieh een Procureur-Generaal;
deze volgt in rang op den Gouverneur-Generaal. In ieder der kolonien
S u r in am e , Curaqao , S t. E u s t a t iu s en S t. Marten , worden
de geldmiddelen door eenen Administrateur van Financien beheerd.
De sterkte der Iandmagt is onbepaald; zij wordt door de schutterij
vermeerderd, van welke er twee korpsen bestaan, bestaande het ééne
enkel uit Blanken en het andere uit Kleurlingen. De zeemagt bestaat
uit een zeker aantal oorlogschepen , zoo als brikken, en schoeners ,
die tot de Nederlandsche zeemagt behooren.
INDIEHIANG o f I ndihiakg , d is t. in OosUlndie, op h e t Sundasche
e il. Java , resid. Preanger-Regentschappen , reg. Soemedang.
INDIEHIANG o f I ndimang , v o o rm . d . in Oost-Indie, op h e t Sundasche
e il. Java , r e s id . Preanger-Regentschappen . r e g . Soemedang ,
d i s t r . Indiehiang.
Dit d. is bij de uitbarsting van den Galoengoeng van 8 October
1822 geheel verwoest, zoodat er geen levendig schepsel aan ontko-
men is.
INDIGOVELD, houtgr. in Nederlandsch Guiana, kol .-Suriname,
aan de Pararakkreelc, ter regterzijde in het opvaren ; palende boven-
waarts aan de houtgr. Overtoom, benedenwaarts aan Weeland. Deze
houtgr. is thans met I ndigoveld vereenigd. Men heeft er 6 3 slaven.
INDIGOVELD, houtgr. in Nederlánds-Guiana, kol. Suriname, aan
de Tawaycoerakreek, ter regterzijde in het afvaren ; palende boven-
waarts aan den verl. houtgr. Zonderzorg, benedenwaarts aan den verl.
houtgr. Mon-gagne-pain,
Aan deze plant., die oorspronkelijk slechts 230 akk. groot was, zijn
in latere tijdcn , behalve de daarnaast gelegen houtgr. Zo'merzorg,
•nog de aan de ovérzijde der Tawayoerakreek gelegen houtgr. G lo r ia ,
W a a k za am h e id en C r ev e co eu r getrokken, zoodat hij nu eene
oppervlakte van 6779 akk. beslaat.
INDIHIANG, distr. en voorm. d. in Oost-Indie, op bet Sundasche
eil .J a v a , resid. Preanger-Regentschappen. Zie I n d i e h ia n g .