218 K A D .
«len C hr i s t o f f e l -p o ld e r , groot 3 bund. 87 v .r . 69 v; eil.; dte»'
Groot e -L o d ij k -p o ld e r T groot 94 bnnd. 68 v. r. 86 v. eil.; den'
E y ck en - of E ik e n - p o ld e r , groot 76 bund. 33 v. r. 19 v. eil.;
den S t . - J a n s -p o l der., groot 234 bund. 68 v. r. 88 v. eil.; den'
M e t -d e n -E ij e -p o ld e r , groot 78 bund. 44 v. r. 21 v. eil.
De bekende grootte der W a t e r i n g - v a n - K a d z a n d , volgens de oude pol-
derregisters , is eins 3036 bund. 88 v. eil. Doch in het Strijdersgat en
in den Polder-bewesten-ter-Hofstede, liggen eenige gronden, die niet
in de polderlasten aangeslagen worden. Ook in het Oude-Land-van-<
Kadzand, zijn bij het leggen. van eene inlage eenige gronden onschot-
baar geworden. Het geschot wordt alzoo omgeslagen over 3012 bund.
78 v. r. 83 v. eil.
Dit nu zijn de polders der W a t e r i n g - v a n - K a d z a n d , die van ouds'schot-
baar waren, ter voorzegde grootte , en daarom ook in de registers der
W a t e r i n g worden genoemd , zij zijn alle binnen dijken besloten, want,
schoon de W a t e r i n g , aan de Noordzijde, en ook gedeeltelijk ten Westen
, van duinen voorzien i s , zoo ligt toch aebter deze een hooge
zware dijk, die het Onde-Land-van-Kadzand, en alzoo de geheele'
W a t e r i n g , bij mogelijke doorstrooming van de läge plaatsen in de duinen
, beveiligen kan.
Daar echter het beheer van het polderbestuur zieh ook over de duinen
, en vooral tot de zeer aanmerkelijke zeeweringswerken , daarbui-
ten , uitstrekt, zoo is het ontwijfelbaar, of de duinvalleijen en andere
van ouds niet schötbare gronden moeten geacht worden tot de W a t r -
r i n g - v a n - K a d z a n d te behooren, vooral omdat zij haar water in de W a t
e r i n g ontlasten. Zij zijn: het Verse- of V e r r e -p o ld e r t j e , nu groot
8 bund. 84 v .r . 73 v. eil.; het herwonnen gedeelte van. den., in 1612
overstroomden, Z a n d - p o l d e r , groot 3 hund. 84 v. r. SO v. eil.;
de^ K iv ie t -p o ld e r , groot 19 bund. 2 v. r. 18 v. eil., de V la -
m in g - p o ld e r , groot 10 bund. 61 v. r. 68 v. eil., te zamen 42 bund.
33 v. r. 9 v. eil. Alle welke polders niet in de polderlasten deelen,
uitgezonderd de laatste, die sinds eenige jaren voor de helft der'
grootte daarin betaalt. j
De kadastrale grootte der schotbare polders is 3288 bund. 88 v. r.
SS v. eil., waarvan liggen in Kadzand 1078 bund. 48 v. r. 21 v. eil.,
in Zuidzande 1391 bund. 48 v. r. 96 v. eil., in Retranchement
603 bund. 38 v. r. 48 v. eil., in ISieuwvliet 212 bund. 29 v. r.
De groote der vier overige polders i s , 133 bund. 16 v. r. 92 v. eil.,,
omdat in den' Kivieten- en den Vlaming-polder zoo vele duinvalleijen
geineten zijn , die te voren niet gerekend werden;
In de W a t e r i n g v a n - K a d z a n » , met den K iv ie t- en den V la m in g -
p o ld e r , de drie dorpen en het geh. T e r -H o f s t e d e er Wj gere-
kend, staan 476 h., onder welke 36 hofsteden. Sommige dezer polders
zijn reeds afzonderlijk in dit Woordenboek behandeld geworden,’ en de
overige zullen, ter behoorlijke plaats, meer in bijzonderheden worden
beschreven.
Door vele overstroomingen , in de veertiende eeuw en later , was
Kadzand niet alleen van den vasten wal gescheurd, maar ook- tot een
klein eiland geworden, bevattende niets dan het Ou de -L and . In
de zestiende eeuw is men aan het herdijken begonnen , en zijn de
nieuwe polders met het Oude-Land tot eene watering vereenigd , krach-
tens octrooi van Keizer Karel V , als Graaf van Viaanderen , verleend,
binnen Rgssel, den 18 Jung 1 8 3 7 , waarvan het origineel berust bij
de erven van den Heer J. A. Henneijuin, in leven Districts-Commissaris
K A G.
Ci . A» nnlder de T i e n h o n d e r d was daaronder mede begrepen ,
deIn ¿ 7 wItering-van-Kadzand ontlasten nog, uit kracht van over-
renkomsten de volgende polders hun overtollig water als: de T .e n -
f r f d de N ien w e h o v e en het N o o r d e lijk -d e e l- v a n -d e n -
G r o o te -S t .-A n n a -p o ld e r , gewoonlijk het D ro o g e genoemd, ook
^ DKe l oüde« Lw0aieiloozPing ^an de Watering-van-Kadzan» ^ s 0P Vcr^
schillende plaatsen in het kanaal , tusschen het Land van UostDurg
eh dat van Kadzand, waarvan nog duidehjk sporen
naal verlandende , heeft men de uitwatenng m het Zwin heurtenngs
door de Oude- en de Nieuwe-kil, beide ten Zuiden van het Retranchement
ligpende gezöcht; doch deze uitwatenng , door het aangroeijen
eeticr plaat in’het Zwin , en het geheel opslikken der g eu l, a a n den
Kadzandsche-wal, ook onbruikbaar geworden zymle 200 ‘s ’^“ ^ •
1841 op de noordpunt van het Retranchement, daar het tort Uranje
pW ie liggen, eene uitwaterings-sluis en tegelijk eene n.enwe haven
voor dat dorp en voor het geheele Land-van-Kadzand , gelegd , welk
werk ongeveer 40,000 gülden gekost heeft; doch hetgeen ™or als nog
by uitnemendheid voldoet, terwijl de voormalige vesten van lu.t Re-
trinchement tot boezems dienen, om het - a t e r t.e v e r^ ie ien als bij
den vloed de sluis gesloten is , om daarna, by ebbe, tot spuijen en
diephouden van de gegravene killen te dienen. _
Het polderbestuur bestond tot nu toe uit een of meer Hoofd-Direc
teuren , eenen Dijkgraaf, twee Gezworenen en eenen J ntvii"Se^ G" f-
«er. De laatste Hoofd-Directeur echter onlangs overleden zijnde, zoo
is het hangende gebleven, of men dien post o n d e r den meuwen naam
van Gecommitteerde van Ingelanden, al of niet zal b®hou.^ ” -
KAEBOU , d. in Oost-Indie, op het Sundasche eil .J a v a , resid.
Soeralcarta. _ _ v v
KAEG, d. in Rijnland, prov. Zuid-Holland, ^ le Kaag.
KAELSBACH (DE), kleine beek in het grooth. Luxemburg. Zij
ontspringt in de rotsen , die de Moezel bezoomen, en va , ij *
groote hoeve Fronev, in deze rivier.
KAFOER-BAROES, volk in Oost-IndiS, op het Sundasche ed. Sumatra,
op de Westkust, aan de Zee. _
KAGAIJAN, plaats in Oost-Indie, op het Moluksche eil. Boenwoet,
aan de Noordoostkust. _
KAGE (DE), d. in Rijnland, prov. Zuid-Holland. ¿ie Kaag ( U e ) .
KAGER-MEER, water in Rijnland, prov. Zuid-Holland. Het is
het zuidwestelijke gedeelte van het Haarlemmer-meer, waarvan het door
het eil. Abenes gescheiden is, en is vroeger vermoedelijk land geweest.
KAGER-POLDER, vroeger drie polders, beslaande het geheele eil.
de K aag , thans een pold. in Rijnland, prov. Zuid-Holland, a n .
Leyden, kant. Woubrugge, gem. Alkemade; palende N. aande Ring-
vaart van het droog te maken. Haarlemmermeer, 0 . aan het Balgenjt,
Z. aande Kever en Spijkerboor, W. aan ’s Gravenwater.
Deze pold., welke onverveend i s , beslaat, volgens het kadaster,
eene oppervlakte van 110 bund. 74 v. r. 36 v. eil. schotbaar land;
telt 28 h., waaronder 4 boerderijen, en wordt door eenen molen, op
het Balgerijt, van het overtollige water ontlast. Het polderbestuur