
 
        
         
		Een  gedeelte  van  den  polder  van  Eethen  loost  door  den  ‘polder  van  Genderen  keen  op  
 hct  Noorderkanaal.  Ten  behoeve  hiervan  is  eene  steenen  duikersiuis  gebouwd  aan  de  oostzijdc  
 van  de  Aalsteeg,  wijd  in  den  dag  1.50  M.  en  voorzien  van  eene  vloeddeur,  eene  ebdeur  en  
 schotbalken. 
 Een  gedeelte  van  den  folder  van  Drongelen  watert,  te  zamen  met  een  klein  deel  van  den  
 polder  van  Doeveren,  af  door  een  steenen  duiker,  wijd  in  den  dag  I  M.,  gebouwd  in  de water-  
 scheiding  langs  de  noordzijde  van  het  kanaal,  ongeveer  halverwege  tusschen  de  brug  in  den  
 Groenendijk  en  de Tolsteeg. De  duiker  is  voorzien van  eene vloeddeur,  eene  ebdeur  en  schotbalken. 
 Voor  den  binnenpolder  van  Gansoyen  is  een  steenen  duiker  gebouwd  in  de  waterscheiding  
 om  de  wiel  achter  den  Gansoyenschen  zeedijk;  de  duiker  is  wijd  in  den  dag  0.50  M.  en  is  
 voorzien  van  eene  vloeddeur,  eene  ebdeur  en  schotbalken.  De  overige  binnenpolders  loozen  alle.  
 door  oude  sluizen  in  den  Altenaschen  zeedijk. 
 Voor  het  (voormalige)  Waterschap  de  Polder  boven  het  Drongelsche  veer  is  een  ijzeren  
 duiker  met  ijzeren  schuifkoker  gebouwd  in  de  waterkeering  langs  de  noordzijde van het  noorder-  
 kanaal.  De  duiker  is  wijd  0.40  M.  en  is  voorzien  van  wachtdeur  en  schuif. 
 Ten  behoeve  van  de  Elanden  en  het  benoorden  de  rivier gevallen deel van  den Buitenpolder  
 van  Besoijen  is  eene  waterleiding  langs  den  noorderdijk  gegraven,  loopende van het Oude Maasje  
 tot  nabij  de  westelijke  grens  van  genoemden  buitenpolder;  zij  is  voorzien  van  19  dammen  en  
 11  buizen  en  loost  het polderwater  op het  Oude  Maasje  nabij D ro n g e len  door  een  ijzeren duiker,  
 wijd  1.25  M.,  met  steenen  schuifkoker  en  voorzien  van  vloed-  en  ebdeur,  schuif en  schotbalkrij. 
 Ten  behoeve  van  het  (voormalige)  Waterschap  de  Waarden  is  langs  den  noorderdijk  eene  
 waterleiding  gegraven  van  de  oostelijke  grens  van  het  Waterschap  tot  in  het  Oude  Maasje  bij  
 H a g o o r t ,  loozende  door  een  ijzeren  duiker  met  ijzeren  schuifkoker,  en  voorzien  van wachtdeur  
 en  schuif;  de  duiker  is  0.75  M.  wijd  in  den  dag. 
 In  het  voormalige  waterschap  de  Hooge  en  Lage  Inlagen  zijn  langs  den  noorderteen  van  
 het  kanaal  enkele  greppeis  gegraven,  ter  onderlinge  verbinding  van  de  polderslooten;  de  polder  
 loost,  evenals  voormaals,  op  de  Meeuwensche  Gantel.  Hetzelfde  geldt  voor  het  overgroote  deel  
 van  het  poldertje  beneden  de  Meeuwensche  sluis;  alleen  voor  het  zeer  kleine  westelijke  gedeelte  
 is  een  ijzeren  duiker,  wijd  0.30  M.,  met  kleppen  aan  bcide  uiteinden,  langs  de  noordzijde  van  
 het  kanaal  gelegd. 
 Voor  het  voormalige  waterschap  de  Jufvrouwweide  zijn  enkele  waterleidingen  gegraven  als  
 boven  en  twee  ijzeren  duikers  gebouwd;  de  eene  ligt  in  de  waterkeering  langs  de  noordzijde  
 van  het  kanaal  en  dient  voor  het  gedeelte  van  het  waterschap  beoosten  de  Dussensche  Gantel;  
 de  andere  ligt  in  de  kade  langs  den  rechteroever  van  die  Gantel  en  dient  voor  dc  afdeeling  
 Zijlmanspolder.  Ter  plaatse  waar  de  Scheisloot  in  open  gemeenschap  staat  met  de  Dussensche  
 Gantel  is  een  ijzeren  doorlaat  gebouwd,  wijd  1.25  M. 
 De  Peereboompolder,  ofschoon  beneden  de  afsluiting  van  het  noorderkanaal  gelegen,  kan  
 00k  in  de  bemaling  deelen.  Daartoe  is  een  ijzeren  duiker,  wijd  0.50  M.,  met  schuif,  gebouwd  
 in  den  afsluitdijk  door  de  Scheisloot  (zie  de  situatie  fig.  36). 
 De  duikers  zijn  gebouwd  naar  de  in  de  fig.  32,  33  en  34  voorgestelde  typen. 
 Hnnfdxt.uk  V.  A fwate.<va  1r  e Az» In at cr/’b'l 
 Ten  einde  bij  het  inlaten  van  water  overstrooming  van  de  aangelegen  landen  te voorkomen,  
 zijn  längs  het  kanaal  waterscheidingen  gemaakt,  waarvan  de  normale  afmetingen  uit  fig.  3  
 blijken.  Tusschen  den  Heesbeenschen  loop  en  de  Achterstraat,  alwaar  over  de  waterscheiding  
 een  grindweg  is  gelegd,  is  zij  6  M.  breed;  evenzoo  in  het  vak  van  150  M.  beoosten  de  Gan-  
 soijensche'  sluis  tot  aan  den  dwarsdam  bij  D ro n g e len .  Oorspronkelijk  waren  minder  water-  
 scheidingen  ontworpen  en  zouden  verschillende  polders  met  het  kanaal  in  open  gemeenschap 
 Dt. 
 ..oi.a.9. 
 -p/cr/fc yronc/ ■ 
 F i0-.  32.  S t e e n e n   d u i k e r   n a b i j   d e   O u d e   B in n e n w e t e r in g 
 komen  te  staan,  doch  hiertegen  werd  bij  de  tervisielegging  van  de  onteigeningsstukken  bezwaar  
 o-emaakt  hoofdzakelijk  uit  vrees  voor  kwelwater  op  het kanaal.  De  gewenschte waterscheidingen  
 zijn  toen  aan  de  plannen  toegevoegd  en  daarmede  hingen  weder  enkele wijzigingen  in  de  ligging  
 en  het  aantal  der  oorspronkelijk  ontworpen  parallelwegen  en  slooten  samen. 
 Over  het  kanaal  liggen,  bij  de  kruising  met  de  na  te  noemen-wegen,-  acht  vaste  bruggen. 
 Achterstraat,  zijnde  de  voormalige  weg  van  G en d e ren   naar  H e e sb e en ;  dezeis  
 s  den  teen  van  den  noorderrivierdijk  oostwaarts  omgelegd  naar  de  brug 
 I11 
 af ieze  brug