
 
        
         
		waaierkas  door  eene  schuif  A ,  (zie  ffg.  66)  kan  worden  gesloten,  terwijl  bovendien  aan  het uit-  
 einde  van  den  waaier  buiten  de  luchtkist  eene  opening  is  gelaten,  welke  kan  worden  gesloten  
 met  eene  schuif  B.  Door  middel  van  deze  schuiven  kan  de  waaierkas  in  verbinding  worden  
 gesteld  met  het  water  aan  die  zijde  van  de  deur,  alwaar  de  hoogste  waterstand  heerscht en kan  
 alzoo  de  groote  schuif,  welke  de  waaierkas  met  het  riool  verbindt,  gesloten  blijven.  Eindelijk 
 zijn  in  de  deuren  nabij  de  voorhar  
 groote  openingen  C  aangebracht,  
 die met  tolkleppen kunnen worden  
 gesloten.  Deze  kleppen  hebben,  
 evenmin  als  de  roerkleppen  in  de  
 riolen,- aanslagen noodig en kunnen  
 om  eene  verticale  as  naar  weers-  
 zijden  openslaan;  zij  kunnen  naast  
 de  riolen  worden  gebruikt  tot be-  
 spoediging  der  schutting  of wel  de  
 riolen  bij  eventueel  defect  ver-  
 vangen. 
 V o o r   d e   b ew e g in g   v a n   d e   
 w a a ie r v lo td e u r en   u it   d e   h an d   is  
 o p   h e t   b o v e n v la k   een   g e ta n d   
 q u a d ra n t   v an   g r o o te   m id d e llijn   
 a a n g e b r a c h t ,  h e tw e lk   k a n   w o rd en   
 b ew o g en   d o o r   e en   o p   d e n   re e d s   
 v e rm e ld e n   ijz e ren   b a lk   b o v en   d e   
 w a a ie rk a s   b e v e s t ig d   w in d w e rk .  
 D e  w a a ie rk a s s e n  z ijn   a a n  d e  b o v en -   
 z i jd e   a fg e d e k t   m e t   p la a t i j z e r ,  rü s ten 
 d e   o p   g e t r o k k e n   ijz e ren  b a lk en .  
 O p   d e   lu c h tk is t   z ijn   tw e e   v e r t ic a le   
 v e n t ila t ie -k o k e r s   b e v e s t ig d ,  in   een  
 w a a rv a n   z ie h   een   ijz e re n   lad d e r   
 b e v in d t ,  w a a r lan g s   d e   lu c h tk is t   
 v o o r   o n d e rh o u d   en   in sp e c t ie   toe -  
 Fig.  70.  D e   a f s lu i t in g s w e r k e n   v a n   de  M a a s   bij  A n d e l.  g a n k e lijk   is.  T e v e n s   k un n en   
 W a a i e r v lo t d e u r .   D o o r sn e d e .  v ö ö r   en   n ä   h e t   v e r v o e r   de r 
 deuren  de  aan-  en  afvoerbuizen 
 v a n   h e t   b a lla s tw a te r   d o o r   d ie   k o k e r s   w o rd en   in g e b ra ch t. 
 De  lengte  van  de  deur  en  die  van  den  waaier  bedragen  voor  elk  der  vlotdeuren  
 respectievelijk  7 .5 9   M.  en  9.13  M.  De  hoogte  is,  zoowel  voor  de  deur  als  voor  den  waaier,  in  
 het  Maashoofd  8.32  M.  en  in  het  Waalhoofd  7 .5 7   M.  Elke  waaiervlotdeur  weegt  nagenoeg 
 65,000  K.G.  Ais  reserve  is  een  waarlooze  deur,  afgebeeld  in  fig.  7 1 ,   aanwezig,  die  eenigszins 
 meer  samengesteld  van  constructie  is  en willekeurig elk  der vier waaiervlotdeuren  kan vervangen.*)  
 De  bodem  van  de  schutkolk,  liggende  op  het  peil  van  2.89  M.  -4- N.A.P.  is  met  stortebed  
 bekleed.  De  wederzijdsche  beloopen  hebben,  van  den  bodem  tot  het  peil  van 4.86 M.  -f- N .A .P.,  
 eene  helling  van  1  op  1  en  daarboven  van  2\  op  1.  Het  sluisterrein  ligt  op  5:86  M.  -f- N.A.P.  
 De  beloopen  van  1  op  1  zijn  bekleed  met  eene  kleilaag  van  1  M.  dikte,  waarop  eene  glooiing  
 van  zuilenbasalt,  dik  0.50  M.  en  in  beton  gemetseld,  is  aangebracht. 
 Fig.  71.  D e   a f s lu i t in g s w e r k e n   v a n   d e   M a a s   b ij  A n d e l.  W a a r lo o z e   d e u r . 
 Ter  begrenzing  van  de  ligplaats  voor  vaartuigen  zijn  in  de  schutkolk  twee  rijen  geschoorde  
 schamppalen  van  Amerikaansch  grenenhout  aangebracht;  de  schoren  steunen  op  betonblokken 
 ')  Voor  nadere  bijzonderheden  kan  worden  verwezen  naar  de  beschrijving  van  den  ontwerper  van  deze schut-  
 sluis,  welke  uitstekend  aan  de  zoo  bijzondere  eisehen  blijkt  te  beantwoorden,  de  Oud-Hoofd-Ingenieur  van  den  
 Waterstaat  R.  P.  J.  T u ï e in   N o l t h e n iu s  :  Guide  programme  du  Vie  congrès  international de navigation intérieure  
 »Travaux  de  séparation  de  la  Meuse  et  du  Wahal” ;  en  voorts  naar  het  gedenkboek  van  het  Koninklijk  In-  
 stituut  van  Ingénieurs  (1847.— 1897) :  »De  afsluiting  van  de  Maas  bij  Andel” ,  door F. DOFFEGNIES en S ch n e b b e l ie .