HOOFDSTUK II. NORMALISEERING VAN DEN AMER.
OMVANG DER NORMALISEERING.
In ’t algemeen vertoonde de Amer in den bestaanden toestand eene ruime en bcncdcnwaarts
vnj gelijkmatig in breedte en diepte toenemende bedding, die sedert 1766 bij werkingeil van
den Baardwijkschen overlaat geregeld aan den afvoer van bovenwater had deelgcnomen en in
tijden van groot waterbezwaar zelfs afvoercijfers van 1500 Ms tot 1800 M:l per secundc K d
bereikt. Om tot zijne nieuwe bestemming van geregelden afvoerweg vöor het Maaswatcr te
geräken behoefde de Amer dan 00k geen ingrijpende wijzigingen te ondergaan; slechts was
daartoe noodig de opruiming van een drietal zeer hinderlijke ondiepten. het verbreeden van de
bedding bij het Onderplaatje en bij de Ruigteplaat, het beperken van de overmatige breedte bij
het Spijkerboor, tegenover D r im m e len en tegenover de benedenpunt van den polder „de
Koekoek” , de afsluiting van enkele killen van het Bergsche veld, benevens het ophcffen der
zijdehngsche afleidmg tusschen de Vjschplaat en de Ruigteplaat en het afgraven van den ver
vooruitspringenden linkeroever bij de haven van L a g e Zw a luw e . ■
In gewone, den toestand beheerschende gevallen, zou de aanvoer van bovenwater, in ver-
houding. tot de normale getijbeweging zdd weinig beiangrijk zijn, dat in die beweging, althans
in de vloedbeweging, welke hier toongevend was, geen wijziging van eenige beteekenis kon
worden verwacht.
De uitgevoerde normaliseeringswerken hebben dan 00k slechts locale verbetering van bedorvcn
riviervakken ten doel gehad, tot instandhouding van welke verbeteringen uit den aard der zaak
plaatselijke wijzigingen in de bestaande waterbeweging werden gevorderd, doch waardoor geen
invloed werd uitgeoefend op de totale aan het 1 lollamlsch Diep ontleend wordende hoeveelheid
vloedwater. Die werken waren gericht op het verkrijgen eener breedte van 300 M. in den boven-
mond bij eene diepte van-4.64 M. h- N.A.P. met eene regelmatige toename dezer afmetingen tot
48D M. breedte bij 7.64 M. -4- N.A.P. aan de benedenpunt van de Ruigteplaat. Zooais in het
volgende zal worden toegelicht is voor de vorming der genoemde bodemsdiepten in hooge maie
Op de uitschurende werking der getijdestroomeii gerekend.
DE UITGEVOERDE WERKEN.
■ De uitgevoerde werken kunnen tot de normaliseering van vier bedorven vakken worden
teruggebracht.
Het eerste vak omvat de benedenmonding 'der rivier, westwaarts van de zuidelijke punt der
Vischplaat, alwaar eene geheel onregelmatigc waterbeweging was ontstaan. Door den vcr voor-
uitstekenden linkeroever bij de häven van L a g e Z w a luw e , met het daartegen aansluitende
hoofd werd de vloedstroom als ’t wäre in het Gat van de Visschen wcggcdongen , als gevolg
waarvan zieh een drempel had gevormd in den Amer tusschen den zuidclijkcn wal en de Ruigteplaat.
Daarbij kwam, dat de rivierbedding hier niet meer dan 350 M. breedte aanwees in plaats
van de als normaal aan te merken 480 M. Tengevolge van een en ander trok ongeveer 43 %
van het door den Amer op te üemen vloedwater eerst het Gat van de Visschen binnen, om
daarna over den zandrug tusschen de Ruigteplaat en de Vischplaat heen, zijdelings op den Amer
te komen, terwijl bij eb eveneens een groot gedeelte — ongeveer 34 % — van het afkomeiide
water längs dien Weg zijdelings afvloeide.
De werken tot normaliseering van dit riviervak bestonden derhalve in het afsnijden der
zijdehngsche gemeenschap met het Gat van de Visschen, gepaard aan de verruiming van den
eigenlijken Amermond door afgraving van den zuidelijken oever der Ruigteplaat, opruiming van
den drempel in de rivierbedding en verwijdering van het uitstekende hoofd te L ä g e ; Z w a luw e ,
met de omliggende gründen. In Maart 18§6 begonnen, waren deze werken in September 1887
voltooid.
De verbindingsdam tusschen de Vischplaat en de Ruigteplaat, lang 1540 M., is aangelegd
met de kruin op 0.11 M. -J- N.A.P. of nagenoeg op halftij. Waar de aanwezige bodemsdiepte
niet meer bedroeg dan 0.79 M. B N.A.P. (gewoon laagwater te Moerdijk) werd het geheele
damprofiel gevormd door eene laag zinkstukken, breed 12. M. Waar de diepte grooter was, is
de dam door middel van zinkstukken en deklagen opgewerkt tot eene kruinsbreedte van 3 M.
Op het genoemde peil van 0,1 1 M. -j- N.A.P. met beloopen van 2 op 1, terwijl de voet door
eene ..ter weerszijden over ongeveer 10 M. breedte
uitstekende bezinking is voorzien. De onderste laag - __
in de grondstukken bestaat uit riet in plaats van »"»«uufoß»g»
rijshout, teneinde eene betere aansluiting op den
bodem te verkrijgen. Volgens dit type, voorgesteld
io I I , zijn alle strekdammen, bij de norma- ' '
r , A . _ , Fig. 11. Type van de rijzen dämmen
iiseermg van den Amer gevormd. De dam tusschen längs den Amer.
de Vischplaat en de Ruigteplaat ligt thans echter
op 0.50 M. + N.A.P. doordat hij, na binnen enkele jaren tot beneden N.A.P. te zijn wego-ezakt,
eerst in 1893 en daarna in 1907 telkens over zijne geheele lengte werd opgehaald.
Ten einde het nadeelig overvallen van den stroom over de zeer blootgestelde Ruigteplaat
te voorkomen, is daarop in het verlengde van den genoemden strekdam eene kade gelegd ter
hoogte van 1.66 M. -j- N.A.P. (0.42 M. boven gewoon hoogwater te Moerdijk). Deze kade,
lang 350 M., heeft eene kruinsbreedte van 2 M., wederzijdsche beloopen van 2 op 1 , en is
geheel met zuilenbasalt verdedigd. Voorts is de benedenpunt der Ruigteplaat door eene bezinking
tegen afneming beveiligd.
Hand aan hand met de beteugeling der zijdehngsche waterbeweging, werd de benedenmond
van den Amer verruimd door afgraving van den uitspringenden linkeroever bij de haven van
L a g e Zw a luw e en opruiming van den drempel in de rivierbedding. Deze opruiming is met
het 00g op de te verwachten sterkere stroomschuring, niet verder voortgezet dan tot de diepte
van 2.94 M. N.A.P. of ruim 2 M. beneden laagwater. De Lage Zwaluwsche oever is tot
laagwater afgegraven onder een beloop van 2 op 1 en daar beneden weggebaggerd onder 5 op
1, waarna het geheel met zinkstukken en basaltbeglooiing is verdedigd. Bij de inkorting van
het hoofd is een nieuwe havenmond gevormd.
De afgraving van den zuidelijken oever der Ruigteplaat werd niet gelijktijdig met de om