
 
        
         
		niettegenstaande  hij  toen  slechts  enkele  centimeters  waakte,, geen  schade  berokkend.  Door  den  
 ijsgang,  welke  in  den  aanvang  van  1891  plaats  had  en  den  daaruit  gevolgden  overloop  van  
 den  dijk,  met  hevigen  aanval  door  het  overstortende  ijs,  ontstond  evenwel  eene  vrij  belangrijke  
 schade,  inzonderheid  aan  die  dijksvakken,  waar  op  de  kruin  een  grintweg  was  aangebracht.  ')  
 Daarbij  stroomden  twee  gaten  in  den  dijk,  het  eene  gat,  lang  20  ä  25 M., viel den 30sten Januari  
 juist  beneden  de  oprijlaan  bij  Bato’s  erf  en  daardoor  stroomden  water  en  ijs  in  den  Kopschen-  
 polder;  dank  zij  de  onmiddellijk  aangebrachte  voorzieningen,  werd  dit  gat  niet  grooter,  doch  
 de  op-  en  afritten  gingen  geheel  verloren.  Op  den  i sten  Februari  ontstond  vervolgens op  ongeveer  
 250  M.  boven  den  Heggeldijk  een  klein  gat  in  den  beteugelingsdijk.  De  stand  der  Waal  te  
 S t .-A n d r ie s   was  toen  8.09  M.  -f-  A.P.  en  ondanks  de  hevige  overstorting  van  water  en  ijs  
 bleef  de  dijk,  met "uitzondering  van  de  genoemde  gaten,  op  de  hoogte  van  aanleg  in  stand.  
 P p   2  Februari  stroomde  de  dijk  van  ongeveer  285  M.  boven  den  Heggeldijk  tot  5°   M.  boven  
 het  Oude  fort  St.  Andries  evenwel  een  weinig  a f  en  die  verlaging  zette  zieh  gedurende  de  vol-  
 gende  dagen  geleidelijk  voort,  totdat  op  8  Februari  in  genoemd  dijksvak  nagenoeg  de  hoogte  
 van  het  maaiveld  (ongeveer  5.65  M.  -}- A.P.)  was  bereikt.  De  Waal  was  toen gedaald tot 7.19 M.  
 -|-  A.P.  te  S t .-A n d r ie s .  Na  9  Februari  voerden  de  beschadigde  dijksvakken,  tengevolge  van  
 het  waken  van  naburige  kaden,  geen  water  of  ijs  meer  af. 
 Teneinde  de  verloren  gedeelten  van  den  beteugelingsdijk  zoo  spoedig  doenlijk  weder  aan  te  
 brengen,  werd  onmiddellijk  met  den  aannemer  eene  overeenkomst  aangegaan,  volgens  welke  
 de  beschadigingen  waren  bij  te  werken,  het  gat  in  de  oprijlaan  naar  Bato’s  erf  met  rijswerk  
 was  te  dichten,  de  afgestroomde  beloopen  en  het  weggestroomde  dijksvak  bij  den Heggeldijk  op  
 nieuw  met  grond  waren  te  vormen  en  het  geheele  dijksvak  van  het  Oude  fort  St.-Andries  tot  
 den  oprit  aan  de  Langestraat  was  te  voorzien  van  een  rijsbeslag  met  zware  steen.  De  günstige  
 weersgesteldheid,  het  uitblijven  van  vorst  en  de  läge  rivierstand  maakten  het  mogelijk  in  dit  
 doorgaans  ongunstige  seizoen,  het  werk  reeds  ongeveer  half Maart  te  voltooien.  Was  hiermede  
 voorshands  in  de  waterkeering  tot  de  vereischte  hoogte  voorzien,  het  bleef  alsnog  noodzakelijk  
 den  beteugelingsdijk  opnieuw  onder  profiel  te  brengen,  hem  naar  de  opgedane  ervaring  te  ver-  
 zwaren  en  te  voorzien  en  den  verloren  rijweg  op  de  kruin  te  hersteilen.  Deze werken werden  op  
 20  Mei  1891  in  ’t  openbaar  aanbesteed,  in  welk  bestek  eenvoudigheidshalve tevens  werden opge-  
 nomen  de  werken,  noodig  om  den  beteugelingsdijk  over  zij ne  geheele  lengte  te  verhoogen  tot  
 het  peil  van  7.90 M.  +   A.P.  (7.85  M.  -j-  N.A.P.),  welke  verhooging,  ingevolge  hetbepaalde in de  
 vergunning  van  den  polder  Heerewaarden,  vöör  1  November  1892  moest  zijn  voltooid. 
 Intusschen  was  reeds  op  15  Mei  1891  aangevangen  met  de  vorming  van  een  gedeelte  van  
 den  afsluitdijk,  voor  zoover  deze,  binnen  o f op  de  hooge  gronden  van het fort Nieuw St.-Andries  
 vallende,  op  den  afvoer  van  de  Heerewaardensche  overlaten  zonder  invloed  was,  benevens  met  
 het  maken  van  een  gedeelte  overlaatskade  ter  verkrijging  van  een  behoorlijk  verband  tusschen  
 het  bedoelde  gedeelte  afsluitdijk  en  de  kade  in  den Rossumschen  overlaat.  .Deze werken kwamen  
 in  September  1891  gereed,  nadat  in  verband  met  de  tijdens  den  ijsgang  in  den winter van  1891 
 2)  Voor  bijzonderheden  zie  het  Ve rsla g   van   het  voorgevallene  op  de  Nederlahdsche  rivieren  in  den  winter  
 v a n   1890  op  18 9 1,  blz.  107  en  108. 
 opgedane  ervaring,  enkele  wijzigingen  in  het  bestek  waren  gebracht.  In  aansluiting  met  deze  
 werken  werden  nog  in  1891  uitgevoerd  de  verhooging  van  een  gedeelte  der  sluismuren  van  de  
 schutsluis  te  S t .-A n d r ie s   en  het  aanbrengen  van  een  nieuw  stel  puntdeuren  in  het  Waalhoofd. 
 Met  de  werken  tot  verhooging  en  vefzwaring  van  den  beteugelingsdijk werd  op  1  Juni  1891  
 aangevangen  en  de  voor  den  eerstvolgenden  winter  te  maken  voorzieningen  waren,  inet  de  bijffe  
 körnende  werken,  tegen  het  midden  van  November  in  hoofdzaak  gereed;  daarbij werd  den 
 aannemer  wegens  vervroegde  oplevering  aan  premie  uitbetaald een  bedrag  van  f  4,890.— -.  Na 
 in  de  wintermaanden  te  zijn  gestaakt,  werden  de  werken  op  15  April  1892  hervat en  op  12 
 -October  van  dat  jaar  voltooid  opgeleverd. 
 Afzonderlijk werden  nog  eenige voltooiingswerken  aan  het dijkvak Huisschendijk— Langestraat  
 aanbesteed;  deze  werden  in  de  maanden  Augustus  en. September  1892  uitgevoerd. 
 Op  het  einde  van  genoemd  jaar  werd  in  verband  met de behoeften  van  den bewakingsdienst  
 van  de  overlaten,  overgegaan  tot  het  aanleggen  van  eene  telephoongeleiding  tusschen  R o s s  um  
 en  het  directieverblijf,  gelegen  nabij  het  punt  waar  de  beteugelingsdijk  den  Molendijk  snijdt.  
 Nadat  nog  in  1893  het  Maashoofd  van  de  schutsluis  te  S t .-A n d r ie s   van  een  bij  den  nieuwen  
 toestand  passend  stel  deuren  was  voorzien,  zijn  aan  de Heerewaardensche  overlaten  geen werken  
 meer  uitgevoerd  tot  dat  de  watervrije  afsluiting  in  het  jaar  1904,  gelijktijdig  met  de  opening  
 van  den  Maasmond,  kon  worden  tot  stand  gebracht.  In  Maart  1904  begonnen,  werd  die  afsluiting, 
   begunstigd  door  steeds  werkbaar  weder,  in  Augustus  van  hetzelfde  jaar  voltooid. 
 O PG A V E   V A N   K O S TEN . 
 ,  A .  Beteugeling  tot  7 M.  -f-  A.P. 
 Onteigening  voor  de  kade  in  den  Dremmelschen  overlaat.  .  f   32,300.— 
 B estek  N°.  198,  dienst  1881 ,  wegens  den  aanleg  van  eene 
 kade  in  den  Dreumelschen  o v e r la a t .......................................         „  20,139.20 
 Bestek  N°.  187,  dienst  1882,  wegens  het met b'asaltglooiing  
 bezetten  van  een  gedeelte  van  het  beloop  aan  de  Maaszijde van 
 de  kade  in  den  Dreumelschen  overlaat.................................................  „  i 3,947-— 
 —   f   66,386.20'1) 
 Bestek  N°.  185,  dienst  1883,  wegens  den  aanleg  van  eene  
 kade  met  grintweg  door  den  Rossumschen  overlaat,  genaamd 
 „het  Klooster” _______________________             /   !fg|#§ä=^u-. 
 Onteigening  van  de  kade  in  den  Heerewaardenschen  overlaat  
 (Oud  St.-Andries).  . . . . . . . .   .  ..  . . , .           ...........................  4,023"“S 
 Bestek  N°.  211,   dienst  1883,  wegens  den  aanleg  van  eene  
 kade  in  den  Heerewaardenschen  overlaat  (Oud  St.-Andries).  . . .   „  18,300.— 
 —   „  4r’,34<>H5). 
 Te  transporteeren.  .  .  .  f   112,732.20 
 J)  Op  de  Staatsbegrooting  ten  laste  v a n   het  a rtikel  voor  de  W a al. 
 *)  Op  de  Staatsbegrooting  ten  laste  van  een  afzonderlijk  artikel.  Zie  de wet  van   15  Juni  1883  (Staatsblad  N °.  82).