geleidelijk. Op i September 1904 waren de grondwerken gereed, in verband waärmede den
aannemer dé in het bestek bepaálde máximum-premie, wegens de vervroegde oplévering van
die werken, kon worden uitgékeerd. Behalve de verdediging van beloopen en eenig baggerwerk
in de vaargeul, waren onder de uit te voeren werken begrepen het maken van uitgebreide
aanplempingen en ophoogingen bij H eu sd en, het ophalen van dé bermen van den noorderri-
vierdijk beoosten het Heusdensch kanaal, het maken van eene los- en laadplaats örider Hedik-
h u izén , het aanbrengen van verhardingen, enz.
Na op 18 Augustus 1904, aan boord van het Directievaartuig „Krayenhoff” den nieuwen
Maasmond feestelijk te hebben geopend, werd door Hare Majesteit Koñingin WILHELMINA, in
tegenwoordigheid van Zijne Koninklijke Hoogheid den Prins der Nederlanden, Hertog van
Mecklenburg, op den afsluitdijk te A n d e l een gedenksteen onthuld,. ter herinnering aan' de
scheiding van Maas en Waal.
De kosten van de in dit hoofdstuk beschreven werken hebben bedragen. als v o lg t:
Onteigening .............................................. , ... . .................... f ;i 12,620.79
Bestek N°. 197, dienst 1894— 1897, wegens het maken van
kunstwerken en grondwerken op de beide oevers der r iv ie r .. . . f 51 Z>591 -575
Overeenkomst voor de levering van Noorsch graniet_ . . . . . „ 9,845.—
Bestek N°.- 154, dienst 1895— 1897, wegens het maken en
stellen van de ijzeren deuren en de verdere ijzerwerken der
scheepvaartsluis.. ........................................................... „ i 34,532-~^"
Bestek ^N°. 40, dienst 1896, wegens het maken en stellen
van de bewegingswerktuigen der schuiven in de militaire inundatiesluis.
. . . . . . .................................................................... „ 5>3^9 -—
Bestek N°. 155 , dienst 1899— 1900, wegens het bouwen van
de dienstwoningen bij de scheepvaartsluis. . .......................; . ............ „ 25,120.—
Bestek N°. 2 17 , dienst 1903— 1905, wegens het maken van
werken aan het Heleind, bij H eu sd en en bij A n d e l (opening
van den Maasmond en daarmede in verband staande werken en
leveringen).......................................................................... „ 669,441.80
Bestek N°. 199, dienst 1906, wegens het uitbreiden der
remmingwerken bij en in de schutkolk van de scheepvaartsluis „ 31,844.20
„ i ,393>743-575
T e zamen. :. . f 1 ,506,364.36s
HOOFDSTUK X. VOORZIENING IN DE AFWATERING VAN HET INUNDATIEGEBIED
VAN DOMMEL EN AA BIJ ’S HERTOGENBOSCH.
INLEIDING.
Volgens het bepaalde in het Eenig artikel ,. sub ¿. .der wet van 26 Januari 1883 (Staätsblad
N°. 4) moest niet alleen worden voorzien in de afwatering van de bezijden de nieuwe Maas-
monding gelegen landen, doch 00k in die van het inundatiegebied van Dommel en A a nabij
’s -H e r to g en b o s ch . Evenwel waren de hiertoe noodige werken in hét subsidiebesluit der Noord-
Brabantsehe Staten niet begrepen onder die, welke moesten zijn voltooid alvorens de. Maas
door hare nieuwe bedding zou. worden geleid.
Ofschoon derhalve de afwatering van het inundatiegebied'bij ’s -H e r to g en b o s ch door de
Maasmond verlegging op zieh zelf reeds zöu worden gebaat, wegens de daaruit voortspruitende
verlaging van rivierstanden te C r è v e co eu r en té H e d ik h u iz e n , was het maken van spéciale
werken voor dat gebied bij de Maasmöndwet .gestipüleerd. Dèze omstandîgheid vindt harè
verklaring in het feit, dat, zooals. oök uit het medegedeelde in de eerste.afdeèling blijkt, eéne
afdbende verbetering van den waterstaatstoestand van noordoostelijk N o o rd -B r a b a n t niet
mogelijk was, zoolang dp Maas ; wegens haar afhankelijkèn toeständ vaii de Waal, niet in Staat
zou zijn voor een behoorlijken afvoer van eigen water en ijs..té zorgen. x). . Het kan dan 00k
lliet verwonderen, dat de verbetering van den waterstaatstoestand voor de betrokkeri streek als
’t wäre de beliehaming vormde van de voordeelen, welke de nieuwe Màasmond zou brengeri en
evenmin, dat die verbetering als zoodanig onafscheidelijk aan de uitvoering van het groote rivier-
werk werd gekoppeld en in de Maasmöndwet genoemd.
In de eerste plaats was, ter verbetering van den waterstaatstoestand nabij ’s -H e r to g en b o s ch
het 00g gericht op een afzonderlijk afwateringskanäal voor de hooge wateren van Dommel en
A a , loopende van ’s -H e r to g en b o s ch naar de Maas en uitmondende op een bewesten C rè v e -
co eu r gelegen punt. Hierdoor zouden niet alleen de hooge waterstanden te ’s -H e r to g en b o s ch
vérlagen en de verplichte langdurige inundatie’s van de streek bewesten de Dieze met het
schrale Dommel- en Aawater een einde nemen, doch bovendien zou het voordeel worden ver-
kregen, dat de Dieze in tijden van waterbezwaar voor het afkomende heiwater zou kunnen
worden afgesloten, waardoor zoowel de irrigatiebelangen van de aangelegen polders, als de belangen
van de scheepvaart op ’s H e r to g e n b o s ch belangrijk zouden worden gebaat.
PLAN VOLGENS NOTA B.
Een ontwerp voor een zoodanig kanaal was omschreven in nota B , behoorende tot de
toelichtende bescheiden, welke in 1885 door den Minister aan de Tweede Karner der Staten-
Generaal waren verstrekt, met betrekking tot de werken buiten de eigenlijke nieuwe rivierbedding.'
*) Zie 00k hieromtrent den brief des Ministers aan Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant, d.d. 7 Januari
1880, als bijlage II hierachter afgedrukt.