ongeveer f 150,000.— . De opbrengst der Verpachtungen van de onteigende, niet door werken
ingenomen terreinen heeft sedert de opening van den Maasmond gemiddeld f 19,600.— per jaar
beloopen; uit den aard der zaak zal die opbrengst geleidelijk stijgen, naarmate de afwatering
van de gronden door het intreden van den defmitieven toestand längs de nieuwe rivier verbetert.
Door het Departement van Financien zijn bovendien enkele werken aanbesteed tot verhooging
van de pachtwaarde der nieuwe uiterwaardpolders.
PERSONEEL.
Voor de uitvoering der wet van 26 Januari 1883 (Staatsblad N°. 4) werd op 1 April' 1883
een bureel ingesteld te ’s H e r to g e n b o s ch , onder leiding van den Ingenieur van den Waterstaat
C . F . M. H. S C H N E B B E L IE , aan wien de Ingenieurs van den' Waterstaat _R. P . J. T u t e i n
N o l t h e n i u s en M. C a l a n d werden toegevoegd. Voorts kwameii toen of even later in tijdelijken
dienst negen ingenieurs, een landmeter, drie opzichters, vier teekenaars, twee schrijvers en een
machinist. De Eerstaanwezend-Ingenieur SCH N E B B E L IE werd op 2 Mei 1888 benoemd tot Hoofd-
Ingenieur, doch bleef nog met de leiding van de Maasmondwerken belast tot 1 Januari 1892,
waarna die werken werden gesplitst en ten deele bij het Rivierbeheer en ten deele bij het 6de
District (N o o rd-B rab an t) overgebracht. T o t den eerstgenoemden tak' van dienst behoorden,
sedert die splitsing de voltooiing van het riviervak Heleind— Dongemond, de normaliseering van
den Amer, de verruiming en de overbrugging van het Heusdensch kanaal, de sluiting van de
Heerewaardensche overlaten, de afsluiting bij A n d e l , de opening van de nieuwe rivier en de
bekadingen aan de noordzijde van den Amer, benevens de werken Öp de Boven-Merwede,
terwijl tot den dienst van N o o rd -B ra b an t werden gebracht de middelen van gemeenschap
over de nieuwe rivier en het Oude Maasje, de werken tot voorziening in de afwatering, de
waterverversching en de winterbevloeiing van de doorsneden landstreek, de voorziening in de
scheepvaartbelangen op de Dieze, het afwateringskanaal ’s Hertogenbosch— Drongelen, met de
overige werken ten behoeve van het inundatiegebied van Dommel en A a , en de kadeverhoogingen
längs de Donge. De overdracht van de pontveren over de nieuwe rivier en de bruggen over
het Oude Maasje aan het 6de District had, telkens bij gedeelten plaats, naarmate de betrokken
vakken van de nieuwe rivier werden voltooid.
De Rijksbemoeiingen omtrent de verhooging van de Waaldijken behoorden tot het ressort
van het 5de District (G e ld e r lan d ) , waartoe 00k het onderhoud van den afsluitdijk door de
Heerewaardensche overlaten in het najaar van 1907 werd gebracht.
Van de in 1892 bij het Rivierbeheer gevoegde Maasmondwerken kwamen de Heerewaardensche
overlaten bij den dienst van het i e en de overige werken bij dien van het 5e arron-
dissement; de werken op de Boven-Merwede behooren tot de dienst van het 4de Rivierarron-
dissement. Van de tot het 6de District gebrachte werken vielen die ter voorziening in de
scheepvaartbelangen op de Dieze en die voor het inundatiegebied ..van Dommel en A a binnen
het Oostelijk Arrondissement, terwijl de overige werken bij den dienst van het Westelijk Arrondissement
werden gevoegd. Voor den bouw der brug bij H eus den en voor de werken van het
kanaal Engelen— Idenriettewaard is tijdelijk een afzonderlijke dienst onder den Hoofd-Ingenieur
voor het; 6e District ingesteld.
De Maasmondwet is bij de Staten-Generaal aanhangig gemaakt en äldaar verdedigd door
den Minister van Waterstaat, Handel en Nijverheid Jhr. G. J. G. K lerck , afgetreden 22 April
1883 en overleden 17 Januari 1884. Aan het hoofd van genoemd Departement stonden gedurende
de uitvoering der werken achtereenvolgens :
••;’| p G . VAN DEN Ber gh .................................. tot ¿'Juli 1887.
J. N. BASTERT.................................................... „ 20 April 1888.
, J. P. H a v e la a r ................................................. „ 20 Augustus 1891.
C.. L e l y . ............................................. „ .7 Mei 1894.
Pl-I. W. VAN DER SlEYDEN..................... . „ 26 Juli 1897..
G. L e l y ................................................................. „ 30.. Juli T901:
Mr. J. C. DE Marez Oy e n s ......................... „ 15 Augustus 1905.
J. KRAUS................................................. „ IO Februari 1908. .
Mr. J. G. S. Be v er s ...................................... overleden 5 Januari 1909.
Mr. L. H. W. REGOUT............................ .. sedert 21 Januari 1909.'
In het korps Ingenieurs van den Rijks-Waterstaat deden achtereenvolgens dienst als
Inspecteur in de tweede Inspectie (na 24 Juni 1903 „Inspecteur-Generaal” ) :
H. S. J. R ose................. ................................. overleden 24 Maart 1888.
J. F. W. Conrad (ad in t.) ........................... tot 1 Juni 1888.
G. v an Die s e n ............................................... „ 1 Januari 1892.
W. F. L eemans.................v. ............................. „ 1 November 1898.
- C. F. M. H. SCHNEBBELIE............................. „ I „ 1905.
R. O. van Manen .................................. „ 1 „ 1906.
J. W. We lck e r ................................................. „ 1 Augustus 1908.
P. H. K emper sedert 1 „ 1908.
en nä 1 Januari 1892 als Hoofd-Ingenieur voor de Rivieren te ’s G r a v e n h a g e (later Hoofd-
Ingenieur-Directeur in de 2e en 3e Directien):
C. F. M. H. SCHNEBBELIE........................ . . tot i November 1898.
R. O. v an Manen............................................ I 1 „ 1900
J. W. "Welcker................................................. „ 1 October 1903
B. I-IOOGENBOOM............................................... „ 1 November 1905
C. B. SCHUURMAN. . . ^.............. „ 13 December 1905
, C. A . JOLLES....................................-.............. sedert „ 1905