
 
        
         
		leidijk  in  den  Overdiepschen  hooi-  
 polder,  terwijl  bovendien  de  ruimte  
 onmiddellijk  boven Heusden  aan  de  
 buitenzijde  van  den  Bernschen  dijk  
 als  grondbergplaats  is  gebruikt. 
 De bandijken hebben  een gebro-  
 ken  buitenbeloop,  hellende  önder  5  
 op  1  beneden  het  peil  van  den  bere-  
 kenden  hoogsten waterstand  bij  open  
 rivier  en  onder  3  op  1  daarboven.  
 Een  onderzoek  aan bestaande  rivier-  
 dijken  had  doen  zien,  dat  beloopen  
 van  5  op  1  in  ’t  algemeen  zonder  
 kunstmatige  verdediging  in  stand  
 blijven,  derhalve  zeker  hier waar de  
 grasmat  zieh  reeds  flink  zou  kunnen  
 hebben  ontwikkeld,  vöördat de  rivier  
 tot  afvoer  van  water  en  ijs  zou moe-  
 ten  dienen.  Het  binnenbeloop  Staat  
 bij  de  dijksvakken  in  het  land  van  
 Heusden  onder  eene  helling  van  2  
 op  1  en  in  de  Langstraatsche  bui-  
 tenvelden  onder  21/,  op  1,  wat  den  
 zuiderdijk  betreft  nog  verflauwd  tot  
 3  op  1  beneden  het  peil  van  3.36  
 M.  -j-  N.A.P.,  zijnde  de  waterkee-  
 rende  hoogte  van  den  tot binnendijk  
 geworden  Altenaschen  zeedijk.  De  
 leidijk  op  het  eiland  N ed e rh em e r t  
 heeft  een  doorgaand  binnenbeloop  
 van  3  op  1. 
 De  afsluitdijk  door  de  Maas bij  
 W e ll  heeft  wederzijdsche  beloopen  
 van  3  op  1  tot  de  dijkskruin  toe.  
 (Zie  flg.,  74.) 
 Beneden  K e iz e r s v e e r   heeft de  
 zuiderdijk  een  buitenbeloop  van  5  op  
 1  en  een  binnenbeloop  van  2'/•>  op  
 1 ,  terwijl  de  leikade  beneden  den  
 Keizersweg  wederzijdsche  beloopen  
 van  5  op  1  vertoont. 
 11! 
 Waar  de  bandijken  längs  het  zomerbed  loopen  is  tegen  den  dijksteen  een  15  M.  breede  
 berm  aangebracht  op  het  peil  van  de  kruin  der'zomerkade  op  den  tegenoverliggenden  oever  en  
 geheel  uit  klei  samengesteld.  Benedenwaarts  van  H a g o o r t   hebben  de  beide  bandijken  in  hun 
 XDK.%. XXXI+.2| ® | 
 y c .a .J .___________ . 1 _____ % a ? . 
 X.D?C.5t.  XXX VIL . 
 oz .a .i. 
 l a m 
 y o i tR .   x l ,   . 
 yC.DK.5t. x l v i . 
 X.DK.51.  XLIX.. 
 Dz.ax.?,—_ 
 WM gernnj6a_gtond . 
 F ig .  4.  D w a r s p r o f i e l e n   v a n   d e n   Z u i d e r r i v i e r d i j k . 
 buitenbeloop  bovendien  een  berm  van  0.50  M.  breedte  op  het  peil  van  den  berekenden  hoogsten  
 waterstand  bij  open  rivier. 
 In  de  Langstraatsche  buitenvelden  hebben  de  bandijken  00k  in  het  binnenbeloop  een berm,  
 liggende  voor  den  zuiderdijk  op  3.36  M.  +   N.A.P.  en  voor  den  noorderdijk  op'  2.86  M .+ 
 7