
 
        
         
		JIÎOB'  |  GElí' í  I  * IVB' *  I GO' *y* 
 Het had waaischijnlijk  de waarde  van  een  oord stuiver. 
 Zoo  ook  N°  8fi,  dat  in  type  aan  het  vorige  muntje  gelijk  is,  doch  op  de  
 vz.  tot  omsehrift  heeft: 
 4«  IJ2SBOBVS • DV# ■ GGBBG 
 en  op  de  kz. : 
 ÍBOB  I  HQV  ¡  GSB  I  IVB  I  
 Z.  B.  weegt  0,6  w.  en  is  van  Z5. 
 De i ä   14  op  onze  Supplementplaat  is  de  helft  van  de  N° 34. was dus waarschijnlijk  
 de  halve oord stuiver van  de Qrdonnantie  van  1516  (zie Bijlage  Z). 
 Er  is  eenig  gering  verschil  in  de  afbreking  der  woorden. 
 Z.  B.  weegt  0,5  wigtje  en  is  van  Z®. 
 De N°  13  in  ons  Supplement,  pns  door  den Heer s l a n g e n  medegedeeld, was  
 waarschijnlijk  oord  stuiver. 
 Vz.  Boven  het  wapenschild  eene  ster.  Omschrift: 
 $   liSROB  DVX  GGBR'  IVB  GO JV 
 Kz.  Een  eenvoudig  gevoet kruis,  op welks  hart eene  lehe (teeken  van Roermond). 
   Omsehrift: 
 SIIflB  I  OÍBGB  I  DOOM  |. BSI3G  
 Z.  B.  weegt .0,6  wigtje.  Is  van  Zs. 
 N"  36 , ons  door  Professor  s e b b ü b e   te  Gend .medegedeeld-,  heeft  het  uiterlijk  
 van  de helft  te  zijn  van N"  .32,  en was misschien een enkel woechye.  Zje N‘ 32,  
 Vz.  Het  veld  der  munt  vervuld  door vier naar  elkander gekeerde  leeuwen.  
 Omschrift: 
 >£,  IJ2EROR » DV« + 6 GB » ...'. GO * J. 
 Kz.  Niet  als  op N°  32  een  roosje, maar  eene  lehe  in  het  hart.  Ojaschrift:  
 SI IB » BOoeG * DBI *-BGBG0IG' 
 K.  B.  weegt  0,45  wigtje.  Is  van  Z®. 
 N°  37,  ons  door  den  Baron  m i c h i e l s   v a n   v e b d u t n e n   te Maastricht  medegedeeld, 
   heeft  op  de  vz.  de  wapens  en  compartimenten  als  van  de  eleauper-  
 guldens.  Omschrift : 
 VIJ2SRR  I D V X *GGBR» 
 Op  de  kz.  een  leeuw,  die  het  wapenschild  van  Nijmegen  ^asthoudt.  Omschrift  
 :  . 
 &   m oR snm  <$ kovtc $  b o v isr k g g r s is . 
 K.  weegt  2,4  w.  en  is  van  Z®. 
 Op  PI.  XVIII  geven wij  de  afbeeldingen der dusgenaamde  snaphanen en halve 
 of misschien  derde snaphanen,  eene muntsoort,  die  in  den  aanvang  der  zestien-  
 de  eeuw  vooral  in  vele Nederlandsche  Provincien  en  Steden  geslagen  is,  en  op  
 welke  de  Landsvorst,  hier  thans  Hertog Karel,  zieh  fraai  uitgedost en  met  een  
 zwaard  gewapend,  gezeten  op  een  mede  fraai  versierd  paard,  naar de regterzijde  
 rijdende,  vertoont.  Het  woord  Snaphaan, doelende  op  de  afbeelding der  vz., 
 beteekent,  volgens  kiliaan,  een  roover.  De  omschriften  der  voorzijden  zijn 
 als  gewoonlijk. 
 Op  de  keerzijden  der  snaphanen  rast  het wapenschild op  een sierlijk gebloemd  
 kruis,  aan  welks  vier  uiteinden  het helmteeken  van  den Gelderschen  heim ge-  
 Zien  wordt.  Het  kruis  der  derde  (?)  snaphanen  is  eenvoudig.  De  opschriften  
 zijn  als  gewoonlijk. 
 N°  38  is  ook  te  vinden  bij  van. miebis,  Hist,  der Nederl.  Forsten,  D.  I ,   
 bl.  389 ,  doch  wordt  daar minder juist  voorgesteld,  als  te  zijn  geslagen  geworden  
 als  Gedenkpenning  op  de  gebeurtemssen  van  het  jaax  1506. 
 In  de  afsnede’der  vz.  van N°  38  en  39  staat  alleen  GGB;  in  die  van N*  45  
 GGBR.  N“  38  weegt  7  w.  6$  k.  en  is  van Z1.  :N°  39 weegt  7  w.  5  k.  en  
 is  van  Z3, 
 Op  ]V  40  heeft  de  ruiter  een  helm,  op  N°  41  eene  baret  op  het  hoofd.  
 N‘,40  is  van  Z4  en weegt  2,5  w.  N”  41  is  van Z5  en weegt 2,8 w. 
 In  de afsnede  der  vz.  van N°  42  (Z4)  ziet  men  het  wapenschildje  van  Roermond, 
   in  die  van N“  43  slechts  het  benedeoste  kwartier of misschien'alleen  het  
 muntteeken  van  die  stad  (het  stuk  weegt  7,3  w.  Z.  Is  van Z®.),  en ter zijde  
 daärvan  de  letters : 
 G.  I. 
 Waarschijnlijk  beteekenende:  Gelderland.  luliamm  (Gulik). 
 Achter  het  woord judicia,  op  de  kz.  van  sommige  exemplaren,  vertoont  zieh  
 eene  lelie,  hier  misschien  als  muntteeken  van  Roermond.