Op PL X deelen wij, onder N° 3 , de afbeelding mede van den gewonen
Arnoldm-gvldm, inet den Johannes den Dooper op de vz. en de wapens van
Gelderland in ’t midden, en die der drie hoofdsteden Arnhem, Nijmegen en
Zutphen, en nog een vierde Schild in de rondte. Omschrift der kz.:
DV# . 7SRRORD' o GSIi • Z »IVXi. Z - GOOMS = J jpj
Men ziet, dat de fautive spelling van Ctmis steeds bebouden bleef.
Het gewigt is 3 w. 1 k.
Onder N” 4 deelen wij eenen anderen Amoldm-gnlden mede, gelijk wij er een
in type bijkans gelijken, althans Weinig afwijkenden, onder N° 1 afbeeldden.
Men ziet, dat het ondersoheid zieh alleen tot geringe afwijkingen bepaalt. Deze
afwijkingen bestaan daarin, dat rondom de afbeelding van Johannes den Dooper
thans gelezen wordt:
KRRO'*OVtt GQIi Z IVIj Z G V
terwijl de omklemming der wapenschilden op de kz. nu binnen een ander
boogversiersel plaats vindt, en die wapenschildjes zelve thans alle wezenlijk be-
staande zijn, doch gedeeltelijk anders gerangschikt dan op de vorige munt.
N° 1 blijft Arnhem; N" 2 is thans Zutphen; N° 3 misschien mede Zutphen;
doch het Schild bevat een leeuwtje; N” 4 bevat mede een leeuwtje, en moet
misschien Roermond vertegenwoordigen. Het omschrift is:
* £12012' | BOV' | HSR * | * BS£T2 *
in 1559 . . . . / — 18
1572 tot in
1575 niet genoemd.
1576» . . . . 1 2
1576t tot in
1579» niet genoemd.
1579t . . . . . , 1 2
1579» . . . » 1 2i
15791 . . . . » 1 3
Terwijl zij sedert 1581 niet meer voorkomt.
Langzamerhand verdween zij doot versmdting tot andere muntsoorten of dooir de hand
der goudsmeden tot versehillend gebrnik, waardoor 'zij thane eéne groote zeldzaamheid,
zelfs in de Mnntkahinetten, geworden is.
Door ons afgebeeld naar het tot dus verre eenige exemplaar in de verzameling
des Heeren o. kiser te Amsterdam.
G. weegt 3,1 w. Is van Zs.
Onder N° 5 ziet men de af beelding van eene tot dus verre mede uiterst zeld-
zame munt van onzen Hertog, waarschijnlijk in het laatste deel van deszelfs
regering-geslagen. Zij heeft op de vz. den Hertog met mantel en muts en uit-
getogen zwaard in de hand, staande, en van voren te zien, alles van keurige be-
werking, vooral de plooijen van het kleed en de riem om het lijf. Het is een
der fraaiste ons bekende munten mit de middeleeuwen. Omsehrift:
♦ KRßOIlD' * ÖV# * GGIl * Z * IVIi' * Z * GO' }'■
De kz. is als die der Clemmerguldens, doch thans is van de drie sohildjes
het wapenschildje van Arnhem niet links, maar regts van boven op de munt
geplaatst, zijnde de beide andere schildjes met leeuwen, (Gehe en Gulik ?) en
is de dubbelstaartige leeuw van Gelderland duideiijk gekroond. Omsehrift:
M0KSW2S » | R0VA1* G© | liRSDSI'*
De rand der munt is, tusschen de woorden, vol sterretjes, tot sieraden.
Het gewigt is 3 w. 4 k. Zs.
Wat de N" ö betreft, op de vz. ziet men den Hertog staande, in het hamas,
en getooid met eene groote muts, houdende een opgeheven zwaard in de reg-
terhand, en den linkerarm gebogen, waarvan de hand op de heup rust. Omsehrift:
KRDOIjD' DVX GSU Z XVIi' Z GO' y
Kz. Het Geldersch-Guliksche Schild! in een omgeefsel van vier bogen, in
ieder van welke zieh een klein wapenschild bevindt. Omsehrift:
MOB' • I20V' • BOVIJI225' •
Uit de verzameling van Professor serrure te Gend.
G. weegt 3,1 w. Is van Z6.
N° 7, op deze Plaat, heeft op de vz. het Geldersche wapenschild, liggende
op het midden van een eenvoudig vierbeenig kruis, dat tot aan de randen der
munt reikt. Omschrift:
2SRB0 | DV#*G | ©U Z IV | Ii Z GO y
Op de kz. Iiggen, in eenen driehoek, drie wapensohildjes; van onder staande
dat van Gelderland; links, in de schuinte, een schildje, waarop de wapens van