
» Guldens van verscheyden alloy. Sommige, met 3 S ch ild en op de agter-zijde,
» hielen in aHoy 14 karaten en i n gewigt 2 eng. 3 äsen.
»Andere ook genaemd Clemmer-Guldens, hielen in alloy enkelijk 10 karat 1
» greyn en in gewigt 3 eng. 3J asen. — Op die zwaarte by Simenon, bl. 140.
»Doch op andere plaatsen heb ik deeze ook onder anderen alloy .en gewigt be-
» vonden, zoo dat wegens deeze, zoo wel als de geene onder Amoldus genannt
»zyn, nog eenige duysterheyd overblyft, welke werkelyk vergroot word uyt
ii hoofde dat ten jare 1489 (additie op den 36s,e** art. van de evaluatie) de Gel-
nresche Clemmer-Guldens geschat staen tegen hS.guM. 9 stuyvers het mark, en
» de Fredericus- en Beyers-Guldens maer tegen 53 guld. 17 stuyvers het mark,
»welke waeren van 14 karaten.»
G r o e b e deelt in zijne Beantwom-ding nog iets over den koers van den Glern-
mer-gtdden mede; alvorens-zulks over .te nemen, willen wy eerst de voorhandene
muntenvan HertogKarel, die den naam van Gulden droegen , beschrijven.
Op PI. XV geven wij, onder N* 1 , eenen goudgidden, .die op deszelfs vz.
den Heiland vertoont, met opgeheven regterhand en dus in zegenende. houdmg,
terwijl hij in de linker den wereldböl houdt met een kruis daarop; voor Hem
staat het Geldersche wapenschüd, zoo als wij hetzelve voortaan alleen (en dus
niet meer Guliksch-Geldersdhe) zullen noemen.
Omschrift:
iK0X2S*X20V' JiVJtS' GShR'
Op de 'kz. vertoonen zieh drie wapenschüdjes in den vorm van 'eenen drie-
hoek; allen bevatten eenen leenw, dus Gulik, Gelderland en Zutphsn. Jen
roosje is in hun midden. Omschrift na het Geldersche kruis:
K.KROIi' • DVH • GS1J * IV Ii .CO*JV
Deze munt weegt 3,25 w.: -is van Z6. Kabinet s e r r d r e .
Op de zelfde plaat deelen wij, onder N" 2—7 ,de afbeeldingen van zes .Cfemmer-
giildcns mede. De vz. van alle bevat den Heiligen Johannes den Dooper, len
Vöetiin uit, in ’ de gewone kleeding, ffij N" 8—4 -en 16 en 7 hangen drie kruis-
jes van onderen aah zijn kleed, terwijl er zieh op N" 4 , 6 en 7 vier en opH"3
tWee cirkeltjes op bet veld der munt bevinden; twee (of een) ter ißgter-.en.ftven
zoo veel ter linkerzijde des Heüigen. Op allen heft hij de regterhand in de
hoogte en houdt een kruisstaf in de linker. Het omschrift is:
^TIBOIi' DVX (op N" 6 en 7 alleen D tt,. terwijl ter plaatse, waar de
fetter V moest staan, het wapenschildje van Roermond gezien wordt)
GÖIiB' IVIJ'.
N« 5 heeft op de vz.. tot omschrift:
» S « IDbjTSBßS (sic) » BTSPHUStEX *
De kz. van alle, bevat het op de vfoeger beschrevene Clemmerguldens voorko-
mende, namelijk de twee klimmende leeuwen van Gelderland-Gulik op een groot
wapenschild (van welke klimmende leeuwen men te regt aanneemt, dat de naam
van Clijmer- of Clemmergulden. afkomstig is), omringd door drie kleine wapenschildjes,
alles in bogen gevat. Omschrift op N" 2, 3, 4 en 6 :
- SBO'»120'* KVBS' * GSIiB' *
doch op N° 7: ° SI20 ° 120 = 2CVB© ° GSI2S ° (sic!)
Op N' 5 feest men: * I^TSBOIi * DVtt $ * * GSIiB »
N° 2 weegt 3 w. en is van Z5. Kabinet van der chijs.
3 j, 3,1 w. en is van Zs. Kabinet keer.
4 ___ 3,2 w. en is van Z4. Leidsch Penningkabinet,
5 ___ 2,9 w. (doch heeft eenigzins gefeden) en is-van Z5. Kabinet keer.
6 ____ 3,1 w. en is van Zs. Kabinet esser.
7 ____ 3,1 w. en is van Zä. Kabinet s tric k e r.
De N“ 8 is buiten alle kijf door Hertog Karel gemimt te Utrecht , tijdens hij
deze stad in het jaar 1511. in bezit had genomen, bij welke gelegenheid hij ook
het muntstuk heeft laten slaan, afgebeeld op PI. XVII, N" 31, en in van
mieris, Eist, der Nederl. Forsten, D, I , bl. 438; ook door ons, mede naar
een oorspronkelijk stuk, opgenoinen in onze Afdeejing Utrecht; voEedigheids-
halve behoort het ook in deze Afdeeling van Gelderland.
De vz. onzer tegenwoordige munt, die wij niet oorspronkelijk zagen, bevat
de zittende beeldtenis van Utreeht’s Beschermer, den Heiligen Maaxten, met
den mijter op het hoofd, den kromstaf in de regier- en het Evangelie m de
Enkerhand. Vdor hem staat het Utreehtsche wapenschüd. Omschrift: