PENNINGEN VAN GOUDE KAROLUS GÜLDENEN.
Van den gonden Karolus gulden, houdende xiiij karaet fijns gouts ende van lxxxiiij in
de snede int troyssehe marck, loop hebbende voer twintich stuvers, van den welcken binnen
den tijde deser rekeninge gemunt zijn de quantiteyt van xxij® xxiij penningen, waer van
bevonden zijn geweest aen sissalien ijc xlviij penningen, ende in de busse lxviij penningen
nae vuytweysen des wardeyns boeck, de voirschreven sissalien afgetogen ende xiij penningen
om dassaye te maecken, rest net xxj“ vij« xxxiij d®, die gereduceert in marcken beloopen
'ijc lviij marck v onces xvj engels vj aes wercx, maeckende cl marck jpdj karaten ij grain-
fijn gonts tot vij stuvers dmarck voere seignouraige, beloopt ter sommen van
Iij Kar. xvj8luv* xxijmi,v
De selve Karolus gulden zijn bevonden tschars int gewichte op elck marck wercx xxv
aes, compt opt geheel werck i marck ij ónces ij engels iij aes, in gelde . cvjK»®- ij®. iij®i<-
De voirschreven Karolns gulden zijn hevonden bij den assayenr generael comende vuyten
viere goet genoeek, ergo hier . . . • • • . . . met.
De selve Karolus gulden zijn bevonden comende vuyten watere juste int alloy ende de
generaels gevisiteert hebbende de billette® de welche soe goet nyet bevonden en sijn als
dassay van den assayeur generael, waerom bij appointement van den heeren van den came-
ren ende generaels is geordonneert dat die meester particulier betaelen zal tên pronflljte van
den Keysere een quart fijn gouts van elcken marck, compt opt geheel werck v karaten iiij"
greyn iij quart tot c xxxvj Karolus gulden tmarck fijn gerekent, beloopt
XXxKar. xjs XViij““1-
Somme van den voirscreven Karolus gulden . . c lxxxixK»“ ix® xliij®i..
De voirschreve meester die hier voere alleenlijcken ontfanck gemaict heeft met Karolus
gulden tot xx stuvers, den gouden real voere lx stuvers, den halven voer xxx stuvers, den
Karolns golden tot xx stuvers ende de gonde Croone voer xxxvj stuvers, ende gemerct dat
navolgende der permissien de voirschreve drie penningen als real, halve, ende Karolns ver-
hooght zijn den xx®" penninge ende de goude Croone den xviij»» penninge, compt deselve
verhooginge ten prouffijte- van den Keysere, beloopende opt geheel werck nae vnytwijsen
der rekeningen van den generaels de sommen van . . xxviijKar- ix® xxx“U.
DEN PENNINGEN VAN DEN SIL VE EEN KAROLUS GÜLDEN.
Yan den silveren Karolus gulden, ganck en cours hebbende voere xx stuvers brabant,
houdende x d» fijn silvers int marek ende van thien derselver penningen ende cxiij, van
clx deylen van eenen penniDge in den snede int troysche marck, van den welcken gemunt
Z ijn geweest de quantiteyt van ijc xcix marck v oncèn, waervan bevonden zijn aen sisalien
viij marck vij oncen x engels, ende in de busse xxx d8.nae vuytewijsen des wardeyns boeck,
afgetogen sisalien ende een marck òm dassayen te maecken, rest net ijc lxxxix marck v
oncen x engels, tselve gereduceert tot fijn beloopt ijc xij marck iiij penningen xxj greyn
tot j stuver xij miten tmarck fijn gerekent voer seignouraige, compt xvKar. j8 xxxvjm“-
De voirschreven silvere Karolus zijn bevonden tschaers int gewichte op elck marck
wercx xxv aes, compt opt geheel werck i marck iij onces vj engels ix aes, beloopt in
gelde op . . . . . - - * • xvKar. ijs xlijmit.
De voirschreven Karolus zijn bevonden bij den assayeur generael comende vuyten viere
sonder remedie, waerom de billetten van den wardeyn gevisiteert zijn, de welcke soe goet
nyet bevonden en zijn als dassay. van den assayeur generael, waervan, bij appointements van
den heeren van den cameren ende generaels, sal dese meester particulier betalen ten prouffijt
van onsen heere den Keysere voer de helft van den beterscap § greyn fijns silvers, compt
+ + \
opt geheel werçk vj d8 iij quarts greyns 10, 82 tot xij Karolus gulden xij stuvers dmarck
fijn gerekent, beloopt ter sommen van . . • •. vjKar. vj» xxxv|,nit*
Somme van den voirscreve silveren Karolus gul. . . x x x v j Kar. xj8 xvij§mit*
Van den wercke van den vier stuvers penningen, houdende vij d8 x greyn fijns zilvers
ende, van xl penningen in de snede int troysche marck, heeft desé meester binnen den tijde
deser rekeninge doen maecken de quantiteyt van twee duysent c xiij marck iiij oncen xv
engels, waervan bevonden zijn geweest aen sisalien xxxv marck v oncen, ende in de busse
ijc x i i j penningen naer vnytwijsen des wardeyns boeck, hier afgetogen sisalien ende ij marck
om dassayen te maecken, rest net ijm lxxv marck vij oncès xv engels, die gereduceert tot
.+ ..........
fijn beloopt xijc lxxxiij marck xviij greyn i quart 16 tot iij grooten xiiij mijten Vlerus
tmarck fijn voer seignouraige, compt op . . . c x iiijK a r. xviij8 xlj*»11*
De voirschreven vier stuvers zijn bevonden te schaers int gewichte op elck marck wercx
xxij§ aes, compt opt geheel werck viij marck vj oncen vj engels viij aes, beloopt in
gelde op . . . . . . . . . lxxKar. vj8 xijmií-
Deselve vier stuvers zijn bevonden bij den assayeur generael comende vuyten viere te
scaers int alloy i quart greyn fijns silvers, compt opt geheel werck i marck ix d8 xv grein
tot xij Karolus gulden xij stuvers tmarck gerekent, compt . xxijKar. xiiij8 yjmit*
Somme van den voirschreven vier stuvers penningen . ijc vjKar. xix8 x£mit*
HALVE STUTVERS.
De voirschreve meester particulier heeft binnen den tijde deser rekeningen doen wercken