
schild, waârop zieh de Guliksche en Geldersehe leeuwen achter èlkander vertoo-
nen. Omschrift:
* Willig t OV« ** IVh’ * Z * GGE' •
Op de kz. ziet inen een, in sibrlijke krulleri en kleine leliën eindigend, vier-
beenig kruis binnen eenen parelrand.
Omschrift :
MOßSroS * RVRSMVßDSBSIS * 4 "
Ons tegenwoordig exemplair weCgt 2 wigtjes 4 korrels. Is van Z®.
Afgebeeld bij de ro ije van wichen onder N°. 9 , en vermeld in de Herne
Belge, T. IV, page 398:
Een ander door ons gezién exèmplaar heeft een krrnsje, in plaats van de lelie
boven aan de kz. Is van Z®.
De munt, onder N”. 8 afgebeeld, verschiff öp häre vz. van de vorige
slechts daarin, dat, in piaats van" een viervcldig wapenschild, thans alloen een
schild gezien wordt met de twee elkander volgende leeuwen van Gulik en Gelder.
Het omschrift is het zelfde.
De kz. verschilt mede alleen door het omschrift, dat thans is :
m o b g to s | Em siieN D S ß ß is * 4
d. i . , gelijk men meent: Munt van fJrkclcns, ééne plaatS, thmis tot het Ko-
ningrijk Pruissen, regeringsdistrikt Aken, behoorende, doch oüdtijds inäakte zij
een deel van Opper-Geldbr uit.
Deze 'munt, van zeer siecht zilver, weegt 2 w. 5§ k., dus ongëveer als de
boddragers of dubbele grooten, ons vroeger voorgekomen. Is van Z5.
Onze N°. 9 heeft de zelfde afbeeldingcn op de voor- en keferzijden, doch het
omschrift der keerzijde is thans duidelijker, als zijndè:
MOBGftOT * EIBIjLSlDÖSßSIÖ Î f
Z. weegt als de vorige. Is van Za.
Zie eene dergelijkë afgebeeld bij de koijr vaK wichen onder N". 5 , en nbg
ebne met moneta eirelendem, vermeld in de Bemè Belge, T. IV,-page 308! '
De N". l6 , eene zeer sierlijkc mUnt, waaisChijblijk niede Ceh groot, heeft op
de vz. een staande wapenschild met vier leeuwen, (bevattcnde ift 1 en 4 Gulik,
in 2 en 3 Gelderland) gedekt door den gekröönden Ophn heto, yad voren
te zien, waarboven een bos van paauwevederen, met het ronde wapenschildje
daarin. Omschrift:
* Wllftj' * DVH IVIi J Z % GSli'.
Vijf bloempjes, twee boven en twee onder aan de munt, zetten dezelve sie-
raad bij (ook worden de verkortingen der woorden, gelijk men ziet, door ster-
retjes aangeduid).
De kz. bevat een in sierlijke krallen en lelien eindigend vierbeenig kruis. In
den rand ziet men het omschrift:
m ods,ro s i v e n iiSD S is i g iv i s % 4
De lelie vervangt het anders steeds gebruikelijke kruisteeken.
Dit laatste eivie zal eene navolging zijn van het opschrift turonus civis op de
grooten van Tours en de in navolging derzelve geslagene mimten uit het einde
der dertiende en het begin der veertiende eeuwen. Daar nu het woord moneta
op deze munt voorkomt, is het, woord civis geheel overtollig.
N” 11 wijkt in twee opzigten van de N°. 10 af:
1° Komen aan wederzijde van den heim op de vz. twee versiersels te voor-
schijn , waarvan de bovenste naar lelieschepters, de onderste eenigzins naar bis-
schopsstaveh gelijken, doch deze laatste zijn zulks stellig niet.
2 \ In het omschrift der keerzijde, dat thans is:
MOßSros % W SDljSßSIS * GIVITS' f
voor Venlends Civitatis (munt van de stad Venh). Vroeger troffen wij steeds
het woord oppidtm aan, om eene stad aan te duiden.
Z. weegt als de vorige. Is van Z®.
Zie de N°. 10 en 11 vermeld in de Revue Beige, T. IV, page 308.
Onder N°. 12 deelen wij een groot mede, hebbende op deszelfs vz. twee ne-
vehs elkander regtop geplaatste wapenschilden, regts het zamengestelde van Gu-
lik-Gelderland, links dat van Zutphem Boven dezelve ’s Hertogs verkorte naam:
WlüiSIi'
Omschrift:
WHJljSIiiDVS S DV^t IVIilS § GSEBS
Kz. Om een eenvoudig kruis in het midden der munt in den binnencirkel:
MODSroS * VSßDEft.