
Si
. - f l '
HetkopÆuk van Koning Lodewyk is op dc voorzyde, omzoomd door dit randfchrift :■
L U D O V I C U S M A G N U S , R E X C H R I S T IA N I S S IM U S .
L O D EWT K DE GROOTE, A L L E R CHR I S T E -
LTK STE KONING.
Op de tegenzyde houdt dc Oorlog-sgod Mars !n de rechterhand het wapenfchild van (i) Vctir-
nc. en in de llinkcr dat van Dixmaydc (z) onder dit randfchrift :
M A R S P R O V ID U S .
D E F O O R Z I E N I G E MARS.
M Les
DelIces
des Pÿs -
bas torn.
I I .pag.;
94.
(2) Les
Dewyl de Françoizen door ’t neemen deezer voorzorge, niet adcen hun land dekten, maar te
gelyk degefmeedene aanflagen der Bondgenooten aan dien oord vcrydelden. Op den voet dicr zelL des Pais
üe zyde ftaat voorcs nog toc opfchrift :
F U R N I S e t D IX M U D A C A P T is M D C X C I I I .
V E U R N E E N DIXMU /D E G EWO N N E N . 1 6 9 3 .
des Pais-
bas tom,
II.pag. 92;
Gener.
16 Jan.
1693. foT.
Ujnefol.
derStaaten
Geaer.
5lan.
1693.
fol. II.
(s)Refol,
derStaaten
Gener.
12 April
1603. fol.
(6)Refol.
der Staat.
Gener.
27 July-
1689, fol.
594.
Z oo vroege krygsverrichtingen in het
midden van den winter maakten de verbondene
magten wakker, en gaf aanleyding
om bytyds wegens de noodige toebereydfelen
voor den aanftaanden veldtogt bezorgd
te weezen. De Vereenigde Staaten
dierhalven beflooten achtenveercig oorlog*
fchepen , veertien Fregacs, tien Jagten,
(3) even zooveel Branders en zes Gaijoots
in zee te brengen, waar van de koften
voor zes maandcn, achtcnvyfcighonderd-
achcennegentigduyzcnd (4) guldens bclie-
pen. Voorts hebbende goedgevonden aan
icder rcgement o f Efquadron tot volmaa-
king v y f paarden, ter fomme van eenhonderdzescndertigduyzendtwechonderdvyfentwintig
guldens, toe te voegen, bewil-
iigden z y nog daarenbovcn in dertig tonnen
fchacs voor dc Icgerlaftcn van den aanftaanden
veldtogt : midsgaders nog in ze-
venhondcrdenvyfcigduyzcnd guldens tot
het werven van drie (y) nieuwe regemcn-
tcn ruyters, en een Dragonders. En gelyk
het geld de krachtigfte zenuuw van
den oorlog, en des den lande zeer aange-
legen is , dat het zelve op eenen vaftcn voet
en gelykc anhalte by de byzondere munt-
kamercn gcflaagen wordt, was het ftuk der
munte, mids het dagelyks coeneemend
verval der kleyne getdftukkeo, nu federt
eenige jaarcn hervvaart het aandachtig
voorwerp der Staatfche raadsbeiluyten, cn
waaren de Heeren (6) Everwyn en hunne
andere Gemagtigden al over cenige jaaren
gelaft om mcc den algemccnen Muntmcc*
ftcr tegens dat verval de noodige hulpmid-
delen te beraamen. Scdcrt hadden de Staaten
van Uycrechc de kleync geldftempels
ingecrokken cn verzogt (7) dac dit voorbeeld
door de Muntkamers vau OverylTel,
Deventer, Kämpen,Nieumcegc cn Zucfcn
naagevolgd mogc worden. Op dit zelve
voorwerp was over twee jaaren nietalleen
(8) een- cn andermaal geraadpleegd, maar
z c lf (9) een plakaat in ’c licht gegecven.
En ofwel daar by het flaan van allcrhandc
kleyn geld verbooden, en de byzondere
Geweften de mage benomen wierdc om
daartoe verlof te können geeven, zoo was
echter hec reeds quaadingevoerde geld, toc
2cen klcyii uaadcel van ’c gemeen, tor nog
toc gangbaar gebleeven. Zulks die van
Holland''(io) eenelyft van allcdete ligt gemaakte
fchellingenby plakaat bekend maa*
kende,die van zes toc op v y f en eenen hal-
ven ftuyver verinindcrdcn , ’ c gene mec
den eerften van Grasmaand deezes jaars ingang
nam, en zynde dit bcfluyt door ccn
(1 1 ) tweede federt bckrachtigd, is dat door
de Algemccne Staaten ook door een
uyrgegeeve plakaat naagevolgd geworden.
En dewyl de metaale gedenkftukken van
Nederland het byzonderlyk voorwerp van
dit werk z yn , dunkt my nietongevoeglyk
dc afbeeldiog vau allede vcrminderde ichel-
lingcn, zoo aïs die door de Algemeene
Staaten opgefteld, ook alhier, als
eene zaak die toenmaals geen kleyn gerucht
maakte,plaats te geeven.
(7) Refol:
derStaaten
Gener.
20 Aug.
1Ö89. toi,
666.
6 Aug.
1691.
foJ. S3Ö.
en 537-
(9) Reiol:
der Staat.
Gener.
7 Allg.
1Ö91. fol;
543-
(10) Refol.
der Staat,
van Holl.
2J Dcc.
169a.
(n)Rerol.'
der Staat,
van Holl.
8 April
1693.
C12) Refol.'
derStaaten
Gener.
I I April
1Ä93.
fol, 253;
In