
1 4
N E D E R L A N D S C H E
li t i'"
.lifi
fcn vcrdrags week de bezctting der ftad op
■ het ilot, gene cen der fterkfte van Europa
is, cn waatin dePrins vanBarbançon,
mra.D«; van wicn \vy hier ( * ) voor gcwaagd heb-
/J. 175. ¡jgjj jj]5 Algemceuhoofdbcvclhebbcr des
G e w e f t s het gcbicd vocrde , welke hooge
bedicning ftraks ( i ) by ovcrgaan
der ftad zyne Majefteyc aan deu Graaf ¿1 claft.
van Guiscard opdroeg , zulks men te Nam.
zyncr eerc in die hoedaanighcyd nog
in die jaar deezen legpenning gcmaakt
vindc.
(i") Europ.
Merk.
11. iluk,
169Ì. pag.
114.
(3) Larrey
Hill.d’Anglet.
tom.
IV. fol.
■¡16.
Rondom het gekroonde wapenfchild van den nieuwaangeftelden Landvoogd, ’t gene door twee
leeuwen wordt valtgehouden, leeft men in den rand der voorzyde deezen tytel:
L o u i s C o m t e .D E G U I S C A R D C A P i t a i n e G E N e r a l b t
GOUVERNEUR D U C o m t e ’ D E N AM U R .
LODEPV TK G R A A F V A N G V I S C A R B A L G EM E E N
K R Y G S B E V E LH E B B E R E N L A N D V O O G D
V A N 'T G R A A F S CH A P N AME N .
Wiens wapenfchild onder eene Graaflyke kroon , binnen dit randfchrift, op de tegenzyde
gefteld is;
G E C T o i r s d e s E S T A T S D E N A M U R . 16 9 z .
L E G P E N N I N G E N D E R S T A A T E N V A N NAMEN. 1691.
OndertuiTchen dat de Franfche Koning
tncc dien uytllag het beleg van de ftad
Namen voortzetcede, had Koning Willem
b y de honderdduyzend man omtrent
Duffel vcrgaderd, en die, om dac ilot by te
ipringen , verzeld van den Keurvorft van
Beyere , onder hec gezigt van hec leger
van den Hertog van Luxemburg neer ge-
ilaagen,’c gene toc dckking der belegeraars
achter de Mehainc zeer vailbegraavenlag,
als zynde daar de ecnigfte cocgang , waar
längs het voorgenome ontzer konde worden
ondernomcn. Sederc deed hy zyn
onderhoorig leger ze lf tot aan den boord
der beeke onder het bercyk van ’c vyand-
ly k kanon voortrukken , en daarover
vcrfcheydene bruggcn werpen (x) ten kol-
cen van vcele werklieden, die door ’t
vyandlykkanon kwanien tc fneuveIen,om
den begraavcn vyand, by ’c doen van de
minfte gunftige bewccging, in zync voor-
deelige ftandplaats te bevechtcn. Doch
decs geen ander oogmerk dan hec dckken
der belegeringe hebbende, hielt zieh (3)
onbcwecgelyk in zyn voordcel , te meer
mids de grond tuffchen de gemelde beeke
en zyne verfchanste legerplaars van zoo
kleyn beftck was,dac het verbonden leger,
ZOO ’c al over dc beek trok , daarop ech-
ter in geen bequaame flagordc konde gefchaard
worden. Koning Willem nogthans
fcheen het ontzec te willen waagcn ,
maar hec geftadig regenen dwarsboomde
dit voorneemeo, en deed de Mehaine zoodaanig
(4) opzwellen , dac vcrfcheydene Hift.d'An-
der overgeflaagene bruggen wierden weg- tom.
gelpocld, de geringe voorgrond voor een 717.°*
groot gedeelte onderwater gezet, en dus
eyndelyk hec verbonde leger buyten ffaat
geftcld om het voorgenome ontzec ce
onderneemen. Het blecf echter in ’t gc-
zieht der belegerden, om die tochetach-
tervolgcn van hunne pligc aldus tc meer op
te wekkcn, van welke z y , i n ’t befchcr-
mcn der buytenwcrken reeds onweder-
fpreekelykc blykcn gegecven cn daar door
voor zieh eenen onftervelyken naam ver-
kreegen hadden. Maargelyk gecne oorlogs-
moed, hoe grooc die ook z y , in ftaat is om
eene aangevochtc fterkte tegens een magtig
leger, zonder buytcnhuip, lang tc verdce-
digen, zoo was de bezecting van ’t Hoc
eyndelyk den dercigften van Zomermaand
genoodzaakt om, wegens des zclfs overgaave,
hec verdrag met den Koning van
Vrankryk re iliiycen ; tot wiens eere, wegens
’ t winnen van zoo fterkc ftad en ’c
flot in’t gezigt van honderdduyzend vyan-
d en , de volgende penningen gcmaaakc
zyn.
I.
zyde
Rondom ’s Koning van Vrankryks borftbeeld , ’f.
van den eerften vcrbeeld is, leeft men dit randlchriK:
n i l . ^ e d .
met eenen laauwetkrans op de voor*
L U -