
P l : < r
r S / i b l « ?
;■ i ffíf'*?"
H-il
300 N E D E R L A N D S C H E H I S T O R I P E N N I N G E N ; /// Boek. 30^
1701.
( i ) Europ.
Mcrk.
I.n u k ,
1701. pag.
JO?.
(1) II.Art.
der Capí-
tuUric.
deu. Invocgc op den ( i ) volgenden dag
cen wedcrzydlche ftiiftaod van wapenen
wicrdc ingewilligd, en de ftedevoogd,
ziende federt naa v y f dagen de vyandlyke
bcukeryen in den bedekten weg volkomen
vaardig, eyndelyk te raade wierdc, ccn
wit vaandel op den vyftienden van Zo-
mermaamd, om cc handelen, op ce fteeken.
Hec verdrag der overgaave wierdr
gevolglyk nog dien zelven dag getroffen;
de bezetring mct alle tekcnen (x) van eer
naar Venlo geleyd, en dus Keyzcrswaart
door dc krygsdeugd zoo der Staatiche als
Pruyfifche benden op de Françoizen veroverd.
Voorwaar de Keurvorft van Bran-
dcuburg,die zich in ’c voorgaande jaar tot
Koning van Pruyfe had laaten inhuldeu
cn in die hoedaanighcyd door den Keyzer
erkend was, op voorwaarde van het ryk met
cenige duyzenden zyner landkncchten by
te fpringcn, had niec alleen toc verfterkinge
van ’s Keyzers leger den beloofdcn manfchap
aau deu Bovenryn in dit jaar geleverd,
maar behalven deovcrgelaateue benden aan
de Vereenigde Staaten, welken daarvoor
maandlyks (3 ) tweeenvyftigduyzendeen-
endercig guldens, ache ftuyvers en negen
penningen betaalden.ook in Nederlandhec
leger der Bondgenooten met een aanzien*
lyk aautal zyner benden verfterkt. Zulks
het geeven van deezen dubbelenonderftand
ook aanleyding tot het maaken van deezen
zeer fterlyken penning (4) gegeeyen
hecfc.
(3) Refol.
ijerStut.
Gener.
4 April
1701. Jol.
2l8.
a - '
MDCCII.
' " ' " ■ ' I i i '
(5) Num. Het gelaurierde kopiluk van den te Koningsbcrge (f) gckroonden Koning van PruylTe Ilaat
M D C C I voorzydc, wier rand omzoomd is door deezen nieuwen tytel;
fol. 75. '■
F R ID E R I C U S , R E X B O R U S S iæ , E L e c t o r
B R A N D e n b u r g i c u s .
F R E D E R I K , KO N IN G V AN P R V Y S E N , K E U R V O R S T
V A N B R A N D E N B U R G .
Op dc tegenzyde houdt hy in dc gedaante van den hulpbrengendcn krygsgod Mars twee Ro*
meynfche legertekencii j onder deezc fpreuk :
M A R S O P IF E R .
MARS D E HU L P B R E N G E R .
Werwaart en tegen wien dccze hulp gegeeven zy, is uyt die opfchrift van den voorgrond dier
zehde zyde af te mceccn;
B E L L O G A L L i c o P R O F L IG A N D O D U O E X E R C itus
D E D U C T I , M D C C I I .
TWE E L E G E R S , TOT DEMP /NG VA N D E N
F R A N S C H E N KRTG, A A N G E VO
E R D , 1702.
Zoo
derStaaten
Gener.
i.Apri
,702.fû5-
»37-
(;) Refol.
derStaaten
Gener.
îoMey
1701. fol.
37JClFi'i
«'-
iem in is.
Zoo dra dc Koning van Pruyfe dc wiffc
tyding van bet onverwachc overlyden van
Koning Willem ontfangen had, was hy uyt
Beriyn verrysd, eu had zich, ftaande het
beleg van Keyzcrswaart, te W e z c l(i)o p -
gehouden. En dcwyl iedere dc achtcrge-
laate uyterfte wil van den overleedcn
Koniug van Engcland was geopend, waarby
hy den jongen Prins van NaiTou,
Erfftadhoudcr van Vriefland tot z y - (
nen eenigen en algemeenen (x) erfgenaam,
midsgaders de Algemeene Staaten
tot uytvoerders van dien benoemd had,
vervoegde zich dc Koning van Pruyfe,naa
hec beleg van Kcyzerswaartgclukkiglyk ten
eynde gebragc was, iu ’sGraavenhaage om
perioonlyk aan de Algemeene Staaten, als
uytvoerders van des overleeden Konings
uytcrftenwille, mec naadruk zyn erfrecht
voor tcdraagcD, hec wclke hy vermeende
op de erfgocderen van zynen Grootvader
Frederik Hendrik te hebben, zoo volgens
des zelven uyterften wille, cn de daarin
eeuwigduurende vaftgeftelde erflaatingc (*)
over de hand in den Huyzc Naffou Oranje
, als het eerftegeboortcrecht zyner mocder,
ter gunftc van 'c vrouwlyk oo ir,by gebrek
van hcc raanlyke , vaftgefteld. Hy
had voor zyne aankomft in Holland aan
de hem te gemoet gezondene Gemagtigden
verklaard. dac hy zich dcrwaart bcgaf om i 7ox.
nyt rc ruften, cu dierhalven befiooten had “
den laft der gewoonlyke Hofiykhcdcn te
onrgaan. Zuiks mcn zich van luydruch-
tigc pligtplccgingcn outhiclt cn hem opzy-
( 3 ) Refol.
ne aankomft flcchcs door eenige Gcmagtig- dersi--_
den (3),zoo der Algemeene Staaten alsdcr C e n e r.
byzondere van Holland verwclkomde. T e
vooren had mcn reeds over des zelven in- jor.
geleverde rechtcyflchingen (4) geraad-
pleegd en beflooccn zyner overleedc Ma- Gen e r.
jeftcycs Raaden den boedcl in naame der
Algemeene Staaten tc doen aanvaarden, 401. ea
den ftaat van dicn op te neemen, en dac 403-
w c l, volgens die ftaaken en erfvolgingen
zoo en indiervoege,als de achtcrgelaatcne
goederen op den overleeden Koning waaren
afgedaald; op dat ieder in zyn gehcel
bly vende, het z y by onderling minlyk verdrag
o f by wegen van rechten tot het
zync zoude können geraaken. Immiddels
dac men hierop beraadflaagde, nam
zyne Majefteyt het vcrmaak vaa hec
aanraerkenswaardigfte in cn rondom ’s
Graavenhaage tc bezigtigen , cn alom
ftaande deezc fpcelrys , die in zes
wecken was afgclegd , zoodaanige b lyken
van haare milddaadigheyd achter tc
laacen, dac men de gedachtenis daarvan
I op deezc twee penningen bewaard vindt.
I De voorzyde van den eerften voert het kopftuk van den zelfden Koning» doch binnen die
vcrlchillend randfchiift:
F R E D E R IC U S I , R E X B O R U S S IÆ .
F R E D E R I K DE I, KONING V AN PRUYSE.
Op de tegenzyde ziet men den Pruyfifchcn Arend met den eencn klaauw aan dc Godinne Pallas,
die ter aarde zit, eenen gedenkpenning toereyken, en met den anderen uyc eencn overvloedshoorn
verfcheydenc andere penningen ovcr dc onderftaande menigte uytftorten: waarop die randlchnft
zinfpeek :
D I T A T , Q U Æ L U S T R A T .
i n VERRYKT , D A A R HY DOORTREKT.
En dewyl decs penning door den te Uytrcchc wmnenden penningmaakcr Niklaas Chevalier
ontworpen is, zoo ftaat voorts nog op den voorgrond ;
U l lH e e l . G g g g N I