i S f e f e
" i f f j i ü è i
[|l||ÌP<,;tfe'fe (!|r*
é i é ï i i f e f '
lit ' 'È :
- , f e l ,
: " I * " , : .|11
I'; ; Si :! <1 I,
l i l i
, 4» '» r t f ' - '
'm I Ì I
1 é i
P L E N O S U P E R IS F A V O R E F E L I C I T A T E M
F O E D E R A T O R U M C O N T I N U A T U R IS ,
N A N D O C UM M I L I T E V A R O A M N E S U P E R A T O ,
C A S T E L L U M S a n c t i L A U R E N T I I O C C U P A T
M D C C V I I D i e X I J U L i i .
DE HEME L Z U L L E N D E HE T G E LUK D E R
B O N D G E N O O T E N
ME T V O L L E G ONS T A CH T E R V O L G E N ,
N E EM T HT, ME T Z TNE K R YG S KNE CHT EN DE R I V I E R V A R
O V E R Z f V EMME N DE,
HE T SLOT S INT L AU R EN T S I N BE Z I T ,
D E N I I D A G V A N H O O IMA A N D 1707.
(1) Europ.
Merkur,
ll .f tu k ,
1707. pag,
34.
(1) Europ.
Metkur.
II ftuk.
1707. pag'
124.
Deezc vyandlyke werken nu namen
hunnen aanvang van dc zee en ftrekten
zich twee uuren langsdcn overkanc dier riviere
uyc. En dewyl de toegangen dcrwaart,
mids hcc daar by leggende geberg-
tc , bynaar ongcnaakbaar waaren, zoo
zoude hec onmoogelyk geweeft zyn dc
zelven te veroveren , by aldien aan den
vyand genoegzaamen tyd gegeeven was,
om de begönne verfchanfing aan hec byge-
gelege gebergce te hechten. Den volgenden
dag wierdc dan eene brug over de Var
geilaagen om de gemeenfchap met Piemont
open te houden, midsgaders tot het ( i ) tc
zaamen brengen van allerhanden voorraad,
waarvan het leger in ’c vervolg beftaan
moeft, de noodige orde gegeeven.
Dus was nu de wegnaar Toulon geopeud,
waarvoor dan ook hec verbonde leger,
naa hec de ftad Antibes zoo door eenige
benden van de landzyde,alsdoorverfchey-
dene fcheepen van den zcekant flechts iu-
gefloocen had gelaaten, zich gevolglyk
den zesentwintigften ( i ) tot omtrent ccn
grooc half uur vau die ftad neerfloeg, onder
wier kanon de van de Var gevlugte
Franfche benden, ren getale van zescndcr-
rig Bataillons, reeds verfchanft lagen. En
hoewel men hieroradie ftad in ’c ronde niet
konde influyten, zoo wierden echter, naa
verfcheydene vyandlyke benden van de by-
gclegene hoogtcn verjaagd waaren, onder
dc gunft der geflichte bcukeryen de aanvechtingen
tegens eeneu toorn begonnen,
wclke over dc Noordooflzyde der haven
heerfchte, om , dien hebbende veroverd,
de verbonde oorlogsvloot binnen dc bay
en gevolglyk de ftad rot het opcnen haaret
pborten tc brengen. Tc rw y l men
mec dceze aanvechtingen bezig was, lieten
de Françoizen eene ongemeene dappcr-
heyd blyken , z y betwifttcn den aanval-
Icren den grond voec voor voet, en beftonden
Zelf den vyftienden van Oogftmaand
de aangelegde werken der belegeraars
, waarin de Prins van Saxengotha
dien dag hec bevcl voerde, van alle kanten
zòo vinnig te beftooken, dathy eyndelyk,
ziende van alle zyne voorige man-
fchap, toen flechts nog maar dertig man,
zynde meeft Hopluyden, by zieh te hebben
, tegens hen zeyde : Waaràe fpitsbroe-
ders\ het ( 3 ) ts hier eer ly ker te ßerven,
dan dat tnen zoude zeggen: de Prins van miuk,
Saxengotha is uyt zyne werken gejaagd. noj.pi.
En waarlyk een oogenblik daarnaa wierdt
hy Ondcr hcc flinkeroog mct eene musket-
koegel door ’t hoofd, en mcc eene twcede
door ’c ly f gefchooten, zulks hy aan-
ftonds, tot gccne kleyne droefheyd aller
Bcvelhebberen, mids zyne weergaalooze
kloekmoedigheyd zoo in ’ t ontzetten van
Turin als het trekken over deVar nogou-
langs betoond, in die ftandplaats dood ter
aarde viel , alwaar het ingcvvand wicrdc
begraaven, en gevolglyk hcc gebalzem-
de lyk over Genua naar Gotha verzonden.
Vcele penningen (4) zyn op des zclfs
manmoedig fneuvelen gcmaakt, welke al- mdcc»h.
len, mids hy ovcr de Staatfche en ande-
re hulpbenben in Italie met zoo grooten
roem hot opperbevel gevoerd hecfr, ik
my verpligt oordeele hier te moeten iu
laflcn.
I O p
I Op het ruggeftuk van den eerften, want des zelfs voorftuk is eveneens als van den laatft be*
fchreeven penning, ftaac dit opfchritc :
D U L C E E X I S T IM A N S E T D E C O R U M P R O S A L U T E
P U B L IC A M O R I ,
A D P O R T U M T E L O N I E N S em ,
F O R T I T E R P U G N A N D O , D i e X V A U G u s t i M D C C V I I
A n n o . E T a t i s X X X O C C U M B I T ,
S IB I G L O R IA M IN G E N T E M N O B I S L U C T Ü M
A F F E R E N S .
I
f'i:.
i m D eel. E c e c c c ZOET
I ».