
; ¡Ül
i :
m
. fe "iif I
. i * ’ 'i '
A D N U T U M DEI.
N A A R GODS WI L.
in Mpt het kopftuk der zelve Vorftinne is de voorzyde van den derden beftempeld, en dat
omzoomd door dic randfchrift;
E L I S A B e t h a C H R I S T I N A , P R I N C e p s B R o n s v i c e n s i s E T
L U N e b u r g e n s i s , A V I T Æ F ID E I
REGIQ.OE F ID A .
E L I Z A B E T CHRI S T INE , P R IN S E S V AN B R U N SWT K E N
L U N E N B URG , G E T ROUW A A N HET
V O O R O U D E R L IK G E LO O F E N
D E N KONING.
TuiTchcn vcrfcheydene fcheplers cn Iirooncn is op dc tegenzyde dc Noordfche flarrehcmcl
verbeeld, en bevat dierhalven in't midden tuffchen de groote en kleync Beer dc Noordflar, waar-
naartoe de onder verbeeldde fcheepsnaald yvyll, boven dit opfchrift :
N O N S C E P T R A , S E D A S T R A .
N I E T D E R TK EN, M A A R DE HEMEL-. ' '
( 0 Europ.
Merkur.
1. ftuk,
1707. pag.
306.
i
f l ) Europ.
Merkur.
I ftuk,
1707. pig.
307.
(3) Europ.
Merk.
I .ftu k ,
Ï707. pag.
306.
T e weeten, dat haar geenszins dc begeerte
tot dc kroon en den Scheptcr, maar
de Hemel ze lf tot dit befluyt gebragt had.
Wat hier van z y , het is zeker dat alles tot
haare afreyze naar Weenen wierdt vervaardigd
cn de Graaf van Paar(i) Keyzerlyke
Opperkeukeraeeftcr, als Gezant van
Koning Karel, zynde verzeld van deGraa-
vinne van Ringmaul als haare aanftaande
Oppcrhofmeeftrefle, ora de jonge Vorftinne
af te haalen, re Wolfenbuttel tydig
met veel luyfters vcrfcheen, en beyden
aidaar met zeer uytbundigc eer, zoo door
den Grootvader en Vader, a l s ’t verdere
Vorftlyk gezin wierden ontfangen, en
rykelyk, naamclyk de eerfte met eenen
diamanc van achtduyzend ryksdalers, en
de Graavin mec een (x) diergelyk kruys
ter waarde vau vyfduyzend kroonen .door
den Hertog befchonken. Haare afreyze
gefchiedde den negencienden van Grasmaand
verzeld van eene zeer pragtige hof-
ftoet, welke door de Vorftlyke lyftrawan-
tcn Avicrdc geopend, eh die weder opge-
volgddoor alle de Leyjonkers des Hofs,
en dc leden der Hertoglyke ridderfchoole,
ten getale van (3) zesendcrtig , zyndc
jeder op ’ t prachtigft uyrgcdorft cn te
paard gezeeten. Toen kwamen alle dc
edellieden, amptenaaren,kamerjonkcrs cu
’t verdcrc hofgezin, en achter dat twaalf
trompetters, welken voor de Vorftlyke karros
reeden, waarin dc Prinfes, verzeld van
haarc doorluchtige ouders cu de Graavin
van Ringmaul zat. De Abtdis van Eran»
desheym, de Erfprins, de vrouw van
Benniuge, wclke de Prinfes tot Weenen
mocft verzellen, cn die van Kraijcn als
eerfte Staatjufter zacen in de tweede , even
gclyk dc Graaf van Paar, dctwee Prinfcn
van Beveren, die van Holfteyn, de Baron
van Friezendorf buycengewoon Afgezant
van Zweede en ’c verder Vorftlyk gevolg
in de volgende karroflen, welken eyndelyk
van een overgrooc getal troswagens, karren
en verder reytuyg gevolgd wierden.
Den drieëntwintigftcn was hcc Vorftlyk
gezelfchap tc Erffiirt aangekomen, daar
hec zieh tot den zesentwintigften ophieldr,
alswanneer dc reys naar Bamberg (4)
(4) Eutop.
wierdt voortgezet, ’tgene het des naamid-
dags vanden laatften dicr maand bereykte, ^
neemende in het Kcurvorftlyk hof zyn
verblyf. De dag dcczer ftaatlyke afreyze
vinde ik op ccncn penning bewaard,
welke daarom nergens gevocglykcr
dau achter dic verhaal kan geplaatft
worden.
, ' - h
Dewyl nu de aaugelande Prinfes iu deeze
ftad haare openbaare beleydenis des
Roomfchen gcloofs mocft doen , zoo was
daartoe vooraf alles vervaardigd. Den
cerften van Bloeimaand dan wiefdtzy door
de karros van den Keurvorft van Ments,
naa z y zieh ’sdaags te vooren gebiegt had,
(i)Europ. van haar verblyf gehaald (x ) en naar de
Huk Hoofdkerk gebragt, aau wier ingang haar
1707. pag. bet kapittel ontfong en mec wywater be-
307. fprenkte; werdende door den Graaf van
Paar naar de coegeftelde bidbauk, niec ver
van de graffteden der Heyligen Hendriken
Kunigunde, mct de hand geleyd. De
Keurvorft van Ments ze lf deed by die gelegenheyd
dc Hoofdrais. Dan, als die
tot naa ’c zingen der Ni?efche geloofsbe-
lydenis gekomen was, nadcrde de Prinfes,
door den zelfden Graaf wederom met de
hand geleyd, hec altaar, en zyude ter
rechter hand onderfteund door haaren
I 7C / .
Haar kopiluk, zeer fierlyk in ’t haair gekapt, ftaat op de voorzyde» omzoomd door deezen
tytel;
E L I S A B E T H A C H R I S T IN A , P R IN C E P S B R U N S V i c e n s i s
E T L U N e b u r g e n s i s ,
E L I Z A B E T CHR I S T INE , P R IN S E S F A N B R U N SWT K EN
LUNENBURG.
Op de tegenzyde loopt een fchip mct drie maften, begunftigd door cenen voordeeligcn wind,
in de zee onder deeze (i) fpreuk ;
V O C A T A U S T E R IN A L T U M .
D E Z U T D E W IN D R O E P T Z E T É SGHÉEP . '
(i)Vifg.
Æn.iib.
IU. f. 69.
Zinfpeelende het woord A U S T E R op hec Ooftenrykfche Huys. Vootta leeft mcn op den
voorgronci nog dit opichiifc:
D A T A V E L A N O T I S ,
M D C C V I I D i e X IX A P R i l i s .
D E Z E T L E N F O O R D E N WIN D G E O P E N D , D E N ip D A G F A N
G R A SM A A N D 1707.
Biechcvader den Jezuit Blokncr, en ter
flinker door den KeUrmencsfchen en Apoftolifchen
geheymfchryver den Hecr Bcs-
felbinder, las z y met cene heldcreftemde
gewoonlyke gcloofsbelydenis,ten overftaan
van den Graaf Melchior van Schombron
Keyzerlykcn Geheymen Raad , den
Prooftdeken en verfcheydene anderen,
welken verzogt waaren tot getuygen van
den eed, dien z y vervolgens, met opleg-
ging van beyde haare handen op het Sine
Jans Evangeli, ’t gene de Keurvorft van
Ments voor ’t alcaar in eenen armftoel gezeeten
vaflhieldt, ter bekrachtiging der
voorgande belydeuis afleyde. Naauwlyks
was dit verricht, o f de Keurvorft uyt z y neu
zetel opgeftaan, las de gebruykelyke
kerkgebeden, cn gaf haar, als toc eenlid-
maad der Roomfche kerk nu zynde aange-
noomCD, onder ’c maaken van een kruy-s
met dc rechter hand, zynen zeegen. De
Nn n n n n % Priu