
i l l
'
Il 'rii I ' 1, ' n I H (J f f I J
M A L U S , UBI SE B O N U M F I N G I T , E S T P E S S IM U S ,
E E N Q U A A D E , A L S HY Z I C H GOED V E YNS T , IS
D E ^UA ADS TB .
En daarom, gelyk het opfchiifc van den voorgrond beveftigr, met recht
TE MI S TROUWEN.
D IF F ID E N D U M .
Bnven het GRAF V AN D E N GROOT S TEN W I L L EM KO N IN G V AN
G ROO T B R I T T ANJ E (M O N U M E N T U M G U I L i e l m i M A X i m i R E G
IS B R I T A N N IÆ ) ziet men op de tegenzyde door acht handen, verftaa van den Keyzer
cn de zeven gecrouwgebleeve Keurvorften, een fchild, beftempeld met deu Keyzerlykcn ryksappel,
vafthouden} onder die randfchrift:
C O E A N T IN F O E D E R A D E X T R Æ .
D A T D E R E CHT E R E H A N D E N I N n V E R B O N D
t r e e d e n .
Welk boven gemelde fchiid het Keurvorftlyke huys van Beijere in hoedaanighcyd van Aarts-
(*) ll Titel fpysdiftcher des Roomfchen ryks voert,naa die waardigheyd, gelyk wy (#) bier voorgemeld heb-
/»/.13t. ben, voorheen aan Frederik den V. Keurvorft van de Palczjom zyncn ondernomen opftand tcgen
dco Keyzer,was oncnomen. Voorts is dat fchiid zelf nog beftempeld met deeze fpreuk :
V IS U N I T A F O R T IO R .
D E v e r e e n d e k r a c h t IS D E S TE S TERKER .
n .f lu k ,
1702. pag.
191.
(2) Europ.
Merkur.
I l.llu k ,
1702. pag.
199-
Immiddels had de Kcurvoril: van Beijere
in de overrompelde ftad Ulm eene bezecting
van drie o f vierduyzend man gelcgd,
cn was zelf eerlang in perfoon daarbinnen
gekomen, om te beter de noodige orden toc
de verzekering zyner nieuwe vcroveringe
te geeven. Sederc maakte hy zieh ook
raeeftervan Kirkbergen,gelegen(i)aan den
Iler, welke te Ulm in den Donau vloeit,
midsgaders ook van Biberach eene Keyzerlyke
vryftad in Zwaben, en zondc onder
den Graaf van Arko ticnduyzend man naar
den Bovenryn, om, waar hcc moogelyk,
Jangs de Woudfteden zieh by de Franfche
benden, onder den Markgraaf van Villars
re voegen. Mec die oogmerk was de
Bcijerfche Bevelhebber reeds toc by
Walshoudc, eene der vier woudfteden doorgedrongen
, maar de Zwitzers vatteden
uyt de nabyheyd dier benden, zoodaanige
bekommering op, dac die van Bern zesduyzend
man ftraks naar de grenzen (z )
zonden, die van Zurig zieh ook aanftonds
in beweeging gaven , ja mcn ontboodt deu
derden man in de wapenen, werdende in,
de befchreeve vergadering re Baden den
elfden van wynmaand gehouden, de gedreygde
wmudftedcn onder de befcherming
van ’c Zwitzcriche Eedgenootfchap genomen
, en, voorts beflooten, zoo ’c de nood
vereyfchte, de reeds derwaart gezonde
manfchap toc (3) twintigduyzend man re
vermeerderen. Immiddels liepen de Beijer-
fche krvssvolken onverhinderd het grootfte
gedeelte van de Opperzwabifche kreyts
af, tcerden op de weerlooze huysluydcn
eu vorderden hec platte Jand, boven hec
geëyfchte paardevoeder , ongemeene (4)
geldfommen toc brandfchattingen af.
Voorts zieh meer en meer uytbreydendc,
vertoonden z y zieh eyndelyk voor Memin-
gen, zynde de derde ryksftadvandcZwa-
bifche kreyts,endwongen het,doorde bc-
dreyging van hec anders door hec in re-
werpcn vuur te zulien verwoeften, ondcr
verdrag voor den Keurvorft den tw'ecden
van Wynmaand zyne poortcn tc openen,
rot Wiens Jof, wegens het dwingen dier
ftad , insgelyks te Augsburg decs'penning .
gemaakc is.
Dc
C3) Europ,
Merkur.
Il.lluk,
1701. pa?-
137.
,(4 ) Europ.
Merkur.
I l.f lu k ,
J702. pag.
245.
De voorzyJe is evenecns als die van de iwee voorgaande. Op de tegenzyde ziet_ men dc ge-
dwonge ftad in de gedaante eencr vrouwe met eene muurkroon op haar hoofd zieh voor den
Keurvorft van Beyerc, die in ’t harnas naaft eencn ftapel wapenen in den rechteren hoek ftaat,
vernederen, en hem dc fleutels haarer poortcn aanbieden » onder die randfchrift:
O F F E R O , U T P A R C A T .
I K B I E D Z E A A N , OM G E S P A A R D TE WO RD EN.
Onder welke verbeelding men eyndelyk op den voorgrond dicr zyde nog dit opfchrift leeft:
M E M M IN G A C A P T A , x O C T o b r i s A n n o 1702.
MEMMIN G E IN G E N OME N , D E N 2 V A N W Y N M A A N D
I N 'T J A A R 1702.
Il.lluk.
1 7 0 2 . p a g .
Ora de zaamevoeging der Beijcrfchen en
Franfchen te verhinderen wasdePrius van
Baden ledert mec het grootfte gedeelte van
’c Keyzerlyke leger over den Ryn gccoo-
gen, om de laatften hec komen over dien
ftroom te bcletten, onaangczien de Markgraaf
van Villars daartoe eeue Ichipbrug
omtrent Hünningen reeds gemaakt had.
T o t dat eynde liec hy dan eerft die brug
bcfchieten, en federt zes zwaargelade
fcheepen ( i ) tcgen de zelve afdryvcn,
Merk. maar ’c eene nog andere deed geenszins de
vcrhoopte uycwerking; in tegendeel de
Franfchen omtrent twee o f drieduyzend
man fterk hadden het geluk van onder het
beleyd van den Heer vau Laubadic tuflchen
den twaalfden en dertienden van Wyn-
maand tc fchccp niet alleen over dco Ryn
te raaken, maar in den derden aanval het
fteedje Neuënburg te veroveren. Op deeze
tyding befloot de Prins van Baden, alleeu
zeven-of achtduyzend man te Fried-
linge laatcnde, mct hec overige gedeelte
WEorop. (4) zyns legers tot het dekken van hcc
Brisganwfchc op te breeken. Maar de
1702 p’ag. Markgraafvan Villars uyc zync gemaakte
»40. beweegingen dit voorneemen afmeerende,
rukte yiings met hcc geheele Franfche leger
over den R y n , fchaarde het zelve den
veertienden van Wynmaand in de reeds ver-
laate beichanfingen der Keyzcrfchen in flagordc,
cn lict zyn leger in allen fpoed tegen
de zelven optrekken. Wier rechter vleugel
op eenen berg gefchaard, even als de
flinker door defchaus van Friedlioge gedekt
zynde, ftraks de ruytery, die tuffchen b eyden
in de vlakte ftondt,opdieder Franfchen
deed aanvallen, maar deezen hec eerfte vuuc
hebbende uytgeftaan, vielen met den degen
in de vuyft en zonder eens hun fchiecge-
wecr te loffcn op dc aanvallcrs op hunue
beurt mec zulk eeu naadruk aan, dac die geheel
iu wanorde geraakten , \velkc in
’ t doortrekken eener engte nogmccr federt
coenam, en dus niec weynig de nederlaag
vergrootce. Immiddels hadden dc Françoizen
den berg beklommen en, ooJeaidaar
hec Keyzerlyke voctvolk, ’tgene oc-'
vens z yu kanon iu een digtbevvaffc bofch
zeer voordeelig gefchaard ftondc, mec gelyke
dapperhcyd aangegreepen , eerlang
overhoop gefmeeten en zyu kanon veroverd.
Maar te onvoorzigtig den berg af-
daalendc om den vyand nog zwaarderc
neep in de laagte toe tc brengen, wierden
z y aidaar niet alleen geftuyt, maar zelfs een
eynde (3) wegs te rug gedreeven, en gaf
die den Keyzerlchen gelegenheyd om eenc
geregeldc aftogt te doen, wac poogingen de
Françoizen federt aanwendden, om dat ce
belettcn. Behalven tien ftukken kanon, vielen
den overwinnaar nog drie paar ketcl-
trommen, en zeveneudertig zoo vaandcls
als ftandaarden in handen, cnhaddicdaar-
enboveu weynige moeite om den volgenden
dag de fchans te Friedlinge tot dc
overgaaf tc dwingen. De gedachtenis (4)
1 van deezc zeege, op de Duytfchers be-
j haald , vind ik op den volgenden pen-
i ning verceuwigd.
Q_qq q 2 Rond-
Mcrkur.
I l.ftu k ,
1702. pag.
243.
(4) M ed .
für Us
princ.
evenen».
d e Lo u is
le G rand
fol. 290'.
. l l l l
i/li" ^ J il
Í
a