
Men vindt de zwam van Juli tot October door ons
gelieele land, in de kommen der duiiien, scliaduAvrijke
bossclien en liefst op de voclitigste plaatsen.
Deze soort is de meest giftige die b e s ta a t; liaar gebruik
is doodelijk omdat liaar toxische verschijnselen zieh soms
een etmaal later A'ertoonen wanneer hulp niet meer mogelijk
is. Het lijdeii der patienten most volgens de beschrij-
vingeu verschrikkelijk zijn en A'eel overeenkomst hebben
met die der cholera.
2. A. Mappa (F ries) afgeleid van mappa of landkaarten.
a, van het uiterlijk der zwam.
S_vn. HA’-pohAdlum albocitrinum-Paul, Am. bulbosa citrina
Pers., Ag. bulbosus-BulL, Ag. citrino-albus-Vitt., Ag. stra-
raineus-Scop., Am. A'enenosa, Pers.
Hoed halfrond, vervolgens bolvormig
uitgespreid 6 a 9 cM. breed, A’leezig,
\ oolitig, glimmend bij droogte, citroengeel,
soms licht geelgroen, stroogeel,
hezaaid met witte of geelachtige schilfers
die- door droogte bruin kleuren,
niet gestreept. Deze schilfers kunnen
daar zij niet to t de opperhuid behooren
gemakkelijk met den nagel A'erwijderd
worden terwijl veel regens ze ook doen
verdwijnen.
De steel is stevig, gevuld, later hoi,
5 a 8 cJI. lang, onhehaard, gestreept
aan den top, wit, onderaan dikwijls
licht citroengeel.
K n o l v an A. Mappa.
De hoi aan den voet is flink ontwikkeld, bovenop afge-
plat, Avaar omheen overblijfsels der volva, die Avit, geel of
bruinaclitig en Adokkig zijn. DikAA'ijls verclAvijnt zij geheel en
laat aan den boA'enkant A'an denbol een geschilferden rand na.
De plaatjes zijn AA'it soms roomkleurig, dicht opeen,
zacht met scherpen rand. De sporen zijn spherisch. Het
vleesch is Avit, zacht, lichtgeel onder het epiderm, onaan-
genaam A'an reuk die doet denken aan rauwe aardappelen.
37
de smaak is bitter en scherp. Zij komt van Juli to t October
A'oornamelijk in zandige bosschen overal en meest in kleine
troepen zeer aigemeen a' o o t . Hoewel even doodelijk giftig
als Phaiioides veroorzaakt zij, dank haar onaangenamen
reuk en bitteren smaak minder onRelukken.
3. A. Virosa (Fries) afgeleid van virosus of vergiftig.
Syn. Ag. A'ernus-Lam., Am. verna-Sec,
Hoed kegelvormig, daarna plat
uitgespreid met kleine verhooging
in bet midden, sneeuAVAvit, glimmend,
kleverig, Id d.M. breed.
De steel is gCA'uld, pluizig,
cylindrisch ongeveer 13 cM. lang
en eindigende in een knol die in
een dikke slappe beurs besloten
is. De eA'eneens Avitte ring is bovenaan
gestreept, vlokkig, A'eelal
gescheurd en gedeeltelijk aan den
rand A'an den hoed hangend.
De beider AA’itte plaatjes zijn vrij,
speervormig, dicht op elkaar en
A'lokkig op de snede.
Vleesch Avit, reuk zAA'ak en ca'cu-
als smaak onaangenaam.
Deze prächtige sneeuAA'Avitte
ZAA'am trek t dadelijk de aandacht Knoi van a. virosa,
door haar bizondere grootte en slanken bouAV; zij is de
grootste A'an haar geslacht.
In ons land is zij het eerst gcA'onden in Aug. 1882 in
dennenbosschen bij Driebergen, komt echter niet veel A’oor
en behoort met de laatst genoemde soorten to t de doodende
zAA'ammen.
4. A. Verna (Lam.) afgeleid A'an vernus of groen.
Syn. Ag. vernus-albus-Fr., Ag. bulbosus A'ernus-Bull.
Ag. solitarius-Gon. en Rab., Ag. A'enenatus, Roq. Am.
bulbosa alba-Pers., Ag. A'ernus-D.C., Ag. A'irosus-Sec.